Het ene #MeToo-excuus is het andere niet

Door Fien Meynendonckx, op Mon Sep 14 2020 22:00:00 GMT+0000

Bestaat er een scenario om als celebrity een comeback te maken na aantijgingen van seksueel wangedrag? Als #MeToo iets leert, dan wel dat excuseren een kunst is geworden die weinigen meesteren. Een zoektocht naar een oprechte ‘sorry’ in een wereld van make believe.

Op hetzelfde moment dat Harvey Weinstein en Bill Cosby schuldig werden bevonden voor seksueel misbruik en achter de tralies belandden, toerde de in opspraak geraakte komiek Louis C.K. met zijn nieuwe show Sincerely Louis C.K. (2020) door de VS en werd de gecontesteerde regisseur Roman Polanski in Frankrijk gelauwerd voor zijn film J’Accuse (2019). Ruim twee jaar nadat actrice Alyssa Milano vrouwen de moed gaf om misbruik op de werkvloer aan te klagen met een herlancering van #MeToo – een beweging die reeds in 2006 boven de doopvont werd gehouden door activiste Tarana Burke – is het nog altijd onduidelijk waarop de publieke opinie zich baseert om bepaalde mannen van seksueel wangedrag vrij te pleiten en andere te vergruizen.

Voor Tarana Burke was rehabilitatie altijd al onderdeel van de #MeToo-beweging

Voor Burke was rehabilitatie altijd al onderdeel van de #MeToo-beweging. Als we onze cultuur van seksueel geweld willen ontdoen, moeten we volgens de MeToo-oprichtster uitzoeken hoe daders tot plegers van seksueel geweld uitgroeien. En daarvoor moet onze maatschappij zich in haar ogen op rehabilitatie richten: beschuldigde mannen niet allemaal over dezelfde kam scheren en geloven dat ‘zondaars’ hun gedrag en moraliteit kunnen veranderen. Ex-daders die hun eigen gedrag analyseren en de maatschappelijke mechanismen aanklagen die dat gedrag aanwakkeren, kunnen volgens haar een gigantische impact hebben op de ontmanteling van machtsmisbruik.

De kracht van verandering schuilt dus deels in de ogen van toeschouwers, die daders de kans tot inkeer moeten geven. Maar hoewel velen van comebacks houden – denk aan Robert Downey Jr. die zich van veroordeelde junk tot Iron Man ontpopte of Winona Ryder die zich na beschuldigingen van diefstal herpakte en nu schittert in Stranger Things – krijgt niet iedereen die tweede kans. Daarvoor moet je de juiste excuses gebruiken. Maar welke verontschuldigingen aanvaardt het publiek, en welke niet? Daar zijn meerdere scenario’s voor, van een mea culpa tot een ouderwetse cool down-periode.

De uitzondering en de regel

‘Ik wil me eerst rechtstreeks verontschuldigen tegenover de jongedame in kwestie. Ik wil me excuseren voor mijn gedrag die avond en voor de gevolgen die ze daardoor het afgelopen jaar ondervond. Hoewel het voor mij persoonlijk een ongelooflijk moeilijk jaar was, kan ik me enkel de pijn inbeelden die zij moest doorstaan. […] Hoewel ik oprecht geloofde dat onze ontmoeting met wederzijdse instemming gebeurde, besef ik nu dat dit voor haar niet het geval was. Ik begrijp nu waarom zij voelde dat ze niet had ingestemd met onze gemeenschap.'

Deze verontschuldiging komt van Kobe Bryant, de basketbalster die in januari om het leven kwam in een helikoptercrash. In 2003 werd hij door een 19-jarig kamermeisje beschuldigd van aanranding. Hoewel hij meteen toegaf dat hij seks met haar had, ontkende hij de aantijgingen eerst. Een jaar later sloeg Bryant dan toch mea culpa. Hierna zette hij zijn loopbaan bijna ongestoord verder. Niemand zal ooit weten hoe oprecht de excuses van Bryant waren en in hoeverre ze geregisseerd werden. Toch ontving hij collectieve vergiffenis omdat hij zich opvallend nederig opstelde.

Hoe cynisch ook: ontkennen blijkt vaak de beste manier om bij een #MeToo-schandaal de imagoschade te beperken.

Zulke nederige verontschuldigingen passeren echter zelden de revue. Ontkennen komt veel vaker voor. Niet enkel omdat het een goede tactiek is om een rechtszaak te vermijden, maar ook omdat het – hoe cynisch het ook klinkt – vaak de beste manier blijkt om bij een #MeToo-schandaal de imagoschade te beperken.

Het werkte alleszins voor Woody Allen. De regisseur-acteur blijft ontkennen dat hij in 1992 zijn 7-jarige adoptiedochter Dylan Farrow aanrandde. Met zijn omstreden autobiografie À propos (2020) slaat hij zelfs terug en noemt hij de beschuldiging een fabricatie van begin tot eind. Maar zijn gebrek aan zelfkritiek, in combinatie met een verhoogd bewustzijn, zorgt ervoor dat de publieke opinie zich steeds meer tegen hem keert: meer en meer acteurs weigeren de ooit erg gegeerde rollen in zijn films.

Bart De Pauw in de stuntelaar-rol

De videoboodschap die televisiemaker Bart De Pauw eind 2017 verspreidde, was ook een soort ontkenning. Toen de VRT eenzijdig alle samenwerking stopzette na klachten over stalking, zei De Pauw in zijn video dat hij ‘niet weet waarover het gaat’. Dit doet denken aan het archetype van de ‘mannelijke stuntelaar’, een man die het verschil niet begrijpt tussen een aanraking en een betasting of tussen een goede grap en een ongepaste opmerking.

Mannen verschuilen zich steeds vaker achter zo’n personage. Omdat ze bang zijn om ‘ongewild’ iets verkeerds te doen of te zeggen. Door in de stuntelaar-rol te kruipen, onderkennen ze de gevolgen van hun gedrag niet. ‘Mag dat ook al niet meer’, lijken ze zich af te vragen, meer spijt betuigend dat ze niet langer met hun gedrag wegkomen dan om hun misstap zelf. Ook Joe Biden schoot in die klunzige reflex toen hij vorig jaar beschuldigd werd van ‘ongepaste aanrakingen in het openbaar’. De Amerikaanse presidentskandidaat verontschuldigde zich voor het feit dat hij niet snapte dat hij persoonlijke ruimte niet had gerespecteerd, maar nooit voor de daden zelf.

Naast zich verontschuldigen en ontkennen gebeurt het ook vaak dat vermeende daders de spotlights even verlaten. Het schoolvoorbeeld van deze afzonderingstechniek is Mel Gibson. In 2006 werd de Mad Max-acteur nog uit Hollywood verbannen vanwege antisemitische uitspraken en een geluidsfragment waarin hij zich agressief gedroeg tegenover zijn toenmalige vriendin. Gibson verontschuldigde zich nooit voor zijn daden, hoewel hij ze wel toegaf. Bij bevriende onlinemedia als _Deadline _suggereerde hij dat hij zelf de grote dupe was van het verhaal.

‘Ik denk dat hij op de zwarte lijst van Hollywood staat,’ zei Shane Black enkele jaren geleden over Gibson. ‘Niemand wil nog met hem werken.’ De Lethal Weapon-scenarist en The Nice Guys-cineast zat ernaast. Dankzij steun van beroemde vrienden als Black, Jodie Foster en Danny Glover keerde hij tien jaar later terug in de spotlight. In 2017 zat Gibson zelfs op de eerste rij tijdens de Oscaruitreiking als regisseur van Hacksaw Ridge. Buiten enkele sneren van de Oscarhost Jimmy Kimmel leek alles koek en ei.

Jan Fabre heeft excuses aan zijn been.

Niet enkel in de VS maar ook in België kan je doen alsof je neus bloedt. Eind februari hingen studenten van het Antwerpse conservatorium een spandoek met ‘SORRY’ aan Jan Fabres kunstwerk _De man die de wolken meet _op het dak van deSingel. Omdat Fabre zelf weigert om zich voor het machtsmisbruik en de ongewenste intimiteiten tegenover de dansers van zijn gezelschap te verontschuldigen, excuseren de studenten zich in zijn naam. Zij zijn zich bewust van het psychologische belang van excuses. Met een échte verontschuldiging zou Fabre immers erkennen dat hij één of meerdere personen benadeelde en tegelijkertijd belangrijke morele waarden negeerde.

Wanneer we mannen als Louis C.K. en Mel Gibson zonder meer opnieuw het spotlicht gunnen, laat dat meer misbruik toe. Misschien niet door die mannen zelf, maar door andere machtige mannen die hieruit onthouden dat ze met alles wegkomen.

Welke verhalen?

Als we #MeToo al een beweging willen noemen, is het een beweging van verhalen. En vooral: van een verschuiving in de rangorde van verhalen. Waar vroeger de ervaringen van vrouwen werden weggewuifd, bestaat er nu een platform, een medium zoals Twitter, waarop hun verhalen gedeeld kunnen worden en een gemeenschap waarin ze die kwijt kunnen. Machtige mannen moeten plots verantwoording afleggen voor hun wangedrag.

Wat nu bewaakt moet worden, is dat comebackverhalen niet gaan domineren en dat de verhalen van daders disproportioneel meer aandacht krijgen dan die van slachtoffers.

Wat nu bewaakt moet worden, is dat comebackverhalen niet gaan domineren. Dat (vermeende) daders het verhaal weer op zichzelf betrekken en hun verhalen disproportioneel meer aandacht krijgen, én dat er meer geloof aan wordt gehecht dan aan de verhalen van slachtoffers – wiens kreten worden gesmoord. Dat betekent niet dat elke vorm van terugkeer uit den boze is. Zoals MeToo-boegbeeld Tarana Burke zei, is rehabilitatie zowel een doel als een krachtig middel. Wie ooit schuldig was aan machtsmisbruik maar zich later inzet voor het herstel van slachtoffers, wordt daarmee een luid criticus van een systeem dat misbruik toelaat.

Elk #MeToo-verhaal beschrijft een persoonlijke en pijnlijke ervaring. Elke mogelijke comeback moet het gevolg zijn van ondernomen acties na het erkennen van die persoonlijke ervaringen. Van zodra er een succesformule bestaat voor comebacks ligt de macht opnieuw bij zij die dankzij #MeToo tijdelijk verdwenen.