Het denken en doen van Zeno

Door Frans W. Saris, op Wed Sep 11 2019 22:00:00 GMT+0000

'Het is als met alle revolutionaire veranderingen: heel lang denk je dat het veel te langzaam gaat, opeens is er dat kantelpunt en dan gaat alles veel sneller dan je ooit had durven dromen.' Met dit essay kroonde Frans W. Saris zich tot een van de vijf laureaten van onze essaywedstrijd met Het zoekend hert en Historische Uitgeverij.

‘Het gaat er, blijkt het, niet om dat de rede de emoties onder de duim houdt, of dat de emotie de rede tot slaaf heeft, maar dat de rede zich meer of minder openlijk via de emotie ten dienste van het leven kan stellen.’ (De psychologie heeft zin, Frijda 1993)

De lakenwevers uit Brugge, naar Dranouter gekomen waar de Vrede van Kamerijk wordt gevierd, veranderen het feest in een volksoproer. Een van hen wordt met de galg bedreigd omdat hij met een hamer de mechanische weefstoelen heeft stukgeslagen toen hij zo’n machine dag en nacht zag werken en in zijn eentje het werk van vijftien man zag doen.

‘Nee’, zei de koopman, ‘Geen genade voor Thomas wiens hals zal worden gebroken zoals hij mijn weeftoestellen heeft gebroken. Zouden jullie het prettig vinden als iemand bij jullie thuis de ledikanten kwam stukslaan?’ Deze scène komt uit de roman Het hermetisch zwart van Marguerite Yourcenar.

In Yourcenars roman staat Zeno voor elk van de iconen uit de Verlichting, hij is uitvinder, alchemist, arts en filosoof.

De mechanische weeftoestellen werden bedacht door zijn neef, Zeno, die wanhopig uitroept: ‘Die weeftoestellen waar jullie zo op afgeven, hadden van mijn oom een koning kunnen maken en van jullie prinsen, maar ik zie hier alleen een rijke lomperd en arme zotten.’

De voorman van de wevers werpt nog tegen dat de mens kalm en rustig moet werken zoals generaties voor hem het altijd hebben gedaan, en zich tevreden moet stellen met zijn twee armen en zijn tien vingers. ‘En wat ben jij zelf’, roept Zeno driftig, ‘dan een slecht gesmeerde machine die wordt gebruikt en dan op de mestvaalt gegooid, en die ongelukkigerwijs andere machines voortbrengt?’

Zeno, de fictieve hoofdpersoon in Het hermetisch zwart, is volgens het verhaal geboren in 1510, negen jaar voordat Leonardo da Vinci stierf. Hij is een dertiger als Erasmus, Paracelsus en Copernicus overlijden, tijdgenoot van de anatoom Vesalius en de wiskundige Cardano. Hij pleegt zelfmoord vijf jaar nadat Galilei wordt geboren en dertig jaar voordat Bruno op de brandstapel zal sterven. In Yourcenars roman staat Zeno voor elk van deze iconen uit de Verlichting, hij is uitvinder, alchemist, arts en filosoof.

Marguerite Yourcenar laat hem door heel Europa reizen, van Brugge naar Parijs waar hij zijn Protheoriën en Verhandelingen over de stoffelijke wereld hoopt uit te geven, naar het hof van de Spaanse koning die zijn buskruit koopt, naar de Paus die hem van blasfemie beschuldigt, naar de zieke sultan tussen de oorlogszuchtige Turken van Constantinopel, naar Maarten Luther de hervormer in Thüringen en naar het zinnelijke hof van de koningin van Zweden. Als Zeno verneemt dat zijn boeken in Parijs niet worden uitgegeven maar verbrand, duikt hij onder in Brugge.

Zuiver denken is Zeno niet genoeg, het gaat hem ook om het doen.

In de ongeveer zestig jaren waarbinnen de geschiedenis van Zeno zich afspeelt heeft zich een aantal gebeurtenissen voltrokken waarvan we nog steeds de invloed ondervinden, schrijft Yourcenar in een nawoord. De splitsing van wat tegen 1510 over was van het oude christendom der Middeleeuwen in de twee theologisch en politiek vijandige partijen; het mislukken van de hervorming die tot protestantisme verviel en de liquidatie van wat men zijn radicale vleugel zou kunnen noemen; het echec van het katholicisme dat vier eeuwen lang gevangen bleef in een heilloze strijd tegen de reformatie. De grote ontdekkingsreizen, meer en meer overgaand in een stelselmatige exploitatie van de wereld. De enorme expansie van het kapitalisme, samenhangend met het begin van het tijdperk der monarchieën.

In Zeno's stamkroeg Het grote hert te Brugge zegt hij: ‘Ik denk vaak dat niets ter wereld, behalve een eeuwige orde of een bizarre neiging van de materie om zichzelf te overtreffen, verklaart waarom ik me elke dag inspan om een beetje helderder te denken dan de vorige dag.’

Hij denkt terug aan zijn jonge jaren, zijn tekeningen van vliegende bollen en door de wind voortgedreven voertuigen, de technische dagdromen die slechts onrust en tumult hebben veroorzaakt. Het is daarmee als met de uitvindingen van de goudzoeker die hem afleiden van de zuivere wetenschap, maar die deze soms activeren en bevruchten. De vorsten willen oorlogstuig om hun macht te vergroten of te bestendigen, de rijken goud, en zij betalen voor een tijdje de kosten van de ovens; de vreesachtigen en de eerzuchtigen willen de toekomst weten.

Hij heeft het smeltpunt van de metalen en de groei van de planten bestudeerd. Hij heeft de sterren geobserveerd en het inwendige van de lichamen onderzocht. Hij kan uit het optillen van een houtblok het begrip gewicht afleiden en uit vlammen het begrip warmte. Hij komt tot de onontkoombare conclusie dat in een aldus geordend heelal geen plaats meer is voor de persoonlijke wil van God. Het was niet alleen tegen het bijgeloof dat men moest vechten, maar ook tegen het ‘botte scepticisme’ dat het onzichtbare en het onverklaarbare zonder meer afwijst. ‘Ik zal een beetje minder dom sterven dan ik geboren ben.’

Welke Zeno van de eenentwintigste eeuw kan mensen vooruit helpen? Is dat überhaupt nog mogelijk, zo’n revolutie van het denken en doen?

Zuiver denken is hem niet genoeg, het gaat Zeno ook om het doen. In het klooster der Kordeliers te Brugge richt hij een hospitaal in met apotheek waar vooral vluchtelingen hem weten te vinden. Drommen, die de Westerschelde proberen over te steken naar Zeeland of Engeland om te ontsnappen aan het misbruik van de katholieke clerus, de woekerende bankiers en de oorlogszuchtige vorsten. Ware Gelovigen die misleid en uitgebuit worden door mensensmokkelaars in Zeeuws-Vlaanderen en meer dood dan levend bij Zeno aankloppen.

In deze chaotische wereld bestaan enkele zeer duidelijke voorschriften, denkt de filosoof: ‘Men moet iemand liefhebben om zich te realiseren dat het een schande is dat de mens sterft… Mijn taak is zieken te verzorgen.’

Zeno’s idealisme wordt hem fataal. Dat een bekwaam man die vorsten had behandeld voor lange tijd het weinig lucratieve bestaan van armenarts had gekozen was te vreemd om niet verdacht te zijn. Hij wordt beschuldigd van onkuisheid, godslastering en landverraad, ten onrechte maar de klasse justitie heeft genoeg redenen om niet slechts zijn geschriften maar ook Zeno zelf op de brandstapel te brengen.

Pas als zijn laatste uur geslagen heeft, wordt Zeno wanhopig: ‘De mens is een onderneming die de tijd, de noodzaak, het geluk, en de domme en steeds toenemende numerieke meerderheid tegen zich heeft. De mensen zullen de mens doden.’ Zeno weigert zijn Protheorieën te herroepen, maar gruwt van de onmenselijkheid bij hen die zullen komen kijken naar zijn gespartel in de vlammen, hij slaat de hand aan zichzelf.

Genoeg gedacht, nu komt het erop aan wat we doen.

Het hermetisch zwart was meteen een groot succes toen de roman op 8 mei 1968 verscheen. Geen wonder, het waren de jaren van de democratiseringsbeweging, de seksuele revolutie en de tweede feministische golf. Velen herkenden zich in Zeno. Maar welke Zeno van de eenentwintigste eeuw kan mensen vooruit helpen, is dat überhaupt nog mogelijk, zo’n revolutie van het denken en doen?

‘De werkelijke groei die we nodig hebben is de groei van de liefde, de groei van de daadkracht, de groei van de verbinding en vooral de verbeelding, de groei van de hoop, de groei van de passie voor het leven, de groei van respect voor de natuur, de groei van het bewustzijn. En vooral: de groei van de moed.’

Hier is niet een beroemde filosoof aan het woord, niet Peter Sloterdijk, noch Bruno Latour of Gilles Deleuze, maar de vijftienjarige Anuna De Wever & Kyra Gantois. Op 10 januari 2019 organiseerden zij de Belgische scholierenstaking tegen het huidige klimaatbeleid op een door de politie aangewezen plein in Brussel. Het bleek te krap voor de 3.000 leerlingen die kwamen opdagen. Een week later waren ze met 12.500, de week daarna met 35.000. (Wij zijn het klimaat, De Bezige Bij, 2019)

‘In een rechtsstaat komt de regering een uitspraak van de rechter na’, zegt rechtsfilosoof Marjan Minnesma van de Klimaatzaak. Als directeur van de stichting Urgenda was zij de eerste ter wereld die de Staat ter verantwoording riep inzake maatregelen om klimaatverandering tegen te gaan. Wereldwijd wordt de Klimaatzaak gevolgd door organisaties, burgers, bedrijven en media. En in steeds meer landen volgen burgers het voorbeeld van Urgenda: ze slepen hun regering voor de rechter. Ook bedrijven worden aangeklaagd voor hun aandeel in de schade als gevolg van klimaatverandering.

Gaat het niet allemaal veel te traag? We weten precies wat er moet gebeuren, toch gebeurt het niet.

Bill McKibben, die we kennen van zijn natuurboeken en essays in de New York Review of Books, is uitgegroeid tot Amerika’s bekendste milieuactivist. Als oprichter van de Fossil Free-movement doet hij een beroep op pensioenfondsen en andere grote investeringsmaatschappijen die werken voor overheden, universiteiten, banken en allerhande instituten, hun geld niet langer te investeren in fossiele brandstofwinning maar in duurzame energieprojecten.

De ‘divest-campagne’ heeft honderden colleges en universiteiten met enorme ‘endowments’ weten te overtuigen. Ook de familie Rockefeller, oprichters van Exxon, heeft besloten tot verkoop over te gaan van de aandelen Exxon, omdat na zorgvuldig onderzoek is gebleken dat hun bedrijf jarenlang moedwillig klimaatverwarring heeft gezaaid.

In the world view of the corporate priesthood, the restructuring of Earth to accommodate vast numbers of people and their artifacts is not the price of progress. It is progress.’ Zo karakteriseert Ed O. Wilson, uitvinder van het woord ‘biodiversiteit’, de gestage vernietiging van de natuur. Inmiddels is ongeveer de halve aarde door mensen in gebruik. Wilson is bang dat de hele aarde een mensenpark wordt: ‘Alleen als we onze planeet in tweeën delen, in twee parallelle werelden, kunnen we het overleven garanderen van de biodiversiteit en van ons zelf.’ (Half Earth, our fight for life, Norton, 2016)

'Veel mensen hebben een zwart wereldbeeld', zegt historicus Rutger Bregman (1988), 'daarom wil ik schrijven over wat wel goed gaat in Nederland en de wereld. En wat er beter kan.' Zijn belangrijkste les uit de geschiedenis: ‘vroeger was alles slechter.’

Je hoeft Het hermetisch zwart er maar op na te lezen om te weten dat Bregman gelijk heeft. Als moderne Zeno schreef hij zijn eigen ‘Protheorieën’ (Gratis geld voor iedereen, 2017)

Door onze huidige rijkdom kunnen we iedereen een basisinkomen geven en zo de armoede de wereld uit helpen.
Door onze robotisering kunnen we de werkweek reduceren tot vijftien uur betaalde arbeid en hebben we tijd voor de noodzakelijke sociale contacten.
Door alle grenzen open te zetten kunnen we de migratie en vluchtelingen problemen oplossen en wereldvrede bereiken.

Ga door met de strijd, het beweegt al, dat is niet niks.

Marguerite Yourcenar moeten we dankbaar zijn om het gewetensvolle karakter van Zeno, die het Verlichtingsdenken via zijn emoties ten dienste stelt van het leven van alleman. Het hermetisch zwart van zijn tijd door: armoede, honger, misbruik, bijgeloof, slavernij, uitbuiting, pest, oorlog,onmenselijkheid, bestrijdt Zeno met zijn denken en doen tot en met zijn dood.

Ook bij de moderne Zeno's herkennen we dit, niet alleen door hun geschriften ook en vooral door hun gedrag, hun actie voeren. Genoeg gedacht, nu komt het erop aan wat we doen. De klimaat meisjes gaan in schoolstaking, de rechtsfilosoof daagt de Staat voor de Rechter, de ecoloog start een divest-campagne, de bioloog begint het Half Earth Project en de historicus provoceert het World Economic Forum.

De moderne Zeno’s hebben de brandstapel niet meer te duchten, ze verschijnen middenin de politieke arena. Hun boeken worden niet verbrand maar in vele talen vertaald, het zijn best sellers die ons als dansende verlichting leiden uit het hermetisch zwart.

Ja, maar gaat het niet allemaal veel te traag? We weten precies wat er moet gebeuren, toch gebeurt het niet. Straks is het te laat!

Nee hoor, ga door met de strijd, het beweegt al, dat is niet niks; het is als met alle revolutionaire veranderingen: heel lang denk je dat het veel te langzaam gaat, opeens is er dat kantelpunt dan gaat alles veel sneller dan je ooit had durven dromen.