Fat on Film: dik gebuisd

Door Andrew Van Ostade, op Tue May 31 2022 22:00:00 GMT+0000

Dikke acteurs krijgen te weinig veelzijdige, complexe rollen en worden te vaak opgevoerd als ‘tropes’ of clichés. Waarover gaat het precies en hoe versterken die ‘tropes’ de heersende vooroordelen en verwachtingspatronen over dik zijn? Deze dikke acteur hoopt jouw visie hierop te veranderen.

Als dikke acteur bots ik vaak op de meest ongewone audities. In 2016 kreeg ik de kans om een droom waar te maken: een hoofdrol spelen in een horrorfilm. Tijdens de auditie maakte ik kennis met de regisseur en schrijver van het filmproject A Young Man With High Potential. Het was een aangenaam gesprek en hij was onder de indruk van mijn auditie. Ik kreeg meteen het volledige scenario mee naar huis om te lezen, maar als het van hem afhing, had ik de rol.

Toen ik de beschrijving van mijn personage las, voelde ik de bui al hangen. 'Piet is a brilliant but sexually inexperienced computer science student.' Wat volgde was één van de meest problematische scenario’s die ik ooit voorgeschoteld kreeg. De uiterst briljante Piet communiceert moeilijk met andere mensen, sluit zich op en functioneert voornamelijk via het internet. Hij bestelt computeronderdelen, maaltijden en seksuele pleziertjes allemaal online, vanuit zijn comfortabele studio. Een van zijn docenten koppelt hem aan studente Klara ('bright and beautiful') om een groepswerk te maken. Omdat ze vriendelijk is tegen hem, wordt hij verliefd. Maar Klara beantwoordt zijn gevoelens jammer genoeg niet. Per ongeluk drogeert hij haar met slaappillen, besluit hij haar te verkrachten en lijkt ze ‘toevallig’ dood te zijn door een overdosis van diezelfde slaappillen. Piet gebruikt vervolgens zijn vertrouwde internet om op te zoeken hoe hij het lichaam in kleine stukken kan snijden, de lichaamsdelen in aparte doosjes kan steken en vervolgens als postpakketjes kan opsturen naar alle kanten van de wereld. De film eindigt met een privédetective, gespeeld door niemand minder dan Amanda Plummer, die Piet ondervraagt. Piet praat haar onder tafel en wordt niet beschuldigd van moord. Dat is de film.

53% van de Europese bevolking heeft ‘overgewicht’, maar die vertegenwoordiging vertaalt zich niet naar het witte doek.

Ik wees de regisseur en schrijver op de fatphobe en misogyne elementen. Ze gingen niet akkoord (‘We hebben toch een vrouwelijke detective?’), maar beloofden het script te herwerken. In een nieuwe versie zou Piet in plaats van extra large pizza’s sushi bestellen. Veel meer veranderde niet. Aangezien ik niet akkoord ging met de representatiepolitiek van de film (en zo goed als al de rest), heb ik vriendelijk bedankt. Jaren later zou ik de regisseur opnieuw ontmoeten. De film bleek een succes te zijn op talloze filmfestivals en was volgens sommigen, aldus de regisseur, een feministisch meesterwerk.

The Truth About Tropes

Als ik als acteur kijk naar de soort televisie- en filmrollen die ik voorgeschoteld krijg, bestaat er maar één dik persoon in onze samenleving: The Socially Awkward Fat Person. Het is één van de weinige rollen die ik mag spelen. Mijn personages zijn altijd sociaal onaangepast, slecht in communicatie, onaantrekkelijk, zielig en seksueel gefrustreerd. Ze blijven altijd steken in de friend zone (als ze al vrienden hebben), zijn ongelukkig over hun gewicht en durven nooit op te komen voor zichzelf. Als dikke mensen al op het scherm verschijnen, zijn het eendimensionale bijrollen die de flauwe punchline vormen van een al te vaak gebruikte mop. En die mop is niet eens zo goed.

Als dikke mensen al op het scherm verschijnen, zijn het eendimensionale bijrollen die de flauwe punchline vormen van een al te vaak gebruikte mop.

Volgens Eurostat heeft 53% van de Europese bevolking ‘overgewicht’, maar die vertegenwoordiging vertaalt zich niet naar het witte doek. Het merendeel van onze samenleving wordt niet gerepresenteerd op televisie en film. 'You can’t be what you can’t see,' schreef feministe en kinderrechtenactiviste Marian Wright Edelman. Als dikke mensen enkel als Socially Awkward Fat Person worden getoond, of een ander problematisch personage, dan kunnen dikke kinderen en volwassenen zichzelf niet herkennen in en spiegelen aan positieve voorbeelden. Hoe kunnen dikke toeschouwers zich ooit goed voelen over zichzelf en hun leven als de cultuur rondom hen hun enkel ridiculiseert? En hoe ziet de samenleving ons?

Van Comic Relief tot Fat Villain

Dikke personages in tv-series en films zijn vaak extremen. Of ze dienen als komische noot die de actie of tragedie met louterende humor afwisselt. Of ze zijn een personificatie van een hoofdzonde als Fat Villain.

Niet toevallig zijn die slechteriken vaak queerpersonages, wat queerness op een toxische manier verbindt met corruptie en gulzigheid.

Heel wat Disney- en scifi/fantasyfilms hebben een dikke slechterik die symbool staat voor corruptie en overconsumptie. Voorbeelden zijn Ursula, de inktvisheks in drag uit De Kleine Zeemeermin (1989), de Britse kolonisator Ratcliffe uit Pocahontas (1995), en de kosmologische slak Jabba The Hutt uit Star Wars. Niet toevallig zijn die slechteriken vaak queerpersonages, wat queerness op een toxische manier verbindt met corruptie en gulzigheid. Ook eender welk hoofd van een corrupt bedrijf in zowel animatie- als real-live-actionfilms is dik. Zelfs de recente blockbuster Dune (2021) van Denis Villeneuve steekt acteur Stellan Skarsgård in een fatsuit om een Fat Villain te tonen. Fat Villains hebben altijd dezelfde eigenschappen: zelfzucht, machtswellust, vraatzucht en gulzigheid. Hun voorkomen wekt voornamelijk walging op bij de kijker. Ze dienen als antagonist voor onze (dunne) held die wél zelfcontrole heeft. Disney is duidelijk geen fan van stiefmoeders en dikke mensen.

Wanneer dikke mensen de komische noot moeten brengen, spelen ze onhandige, zwakke, gulzige en domme figuren, opnieuw zonder enige vorm van zelfcontrole. Denk aan Homer Simpson, Peter Griffin uit Family Guy, Fat Bastard uit Austin Powers (1999) en Shakespeares personage Falstaff ('My skin hangs about me like an old lady’s loose gown!'). Twee soorten tropes vallen op in deze categorie: de Funny Fat Girl en de Funny Fat Guy.

Het ergste wat een vrouwelijk personage kan overkomen is dik worden. Een dikke vrouw op het scherm is steeds een waarschuwing voor andere vrouwen. De Funny Fat Girl is ontstaan als antithese voor de trope van de Popular Girl, de conventioneel aantrekkelijke, emotioneel intelligente en sociaal geliefde hoofdrolspeelster. Het bevestigt dat vrouwen nog steeds ofwel sexy ofwel amusant ‘moeten’ zijn om in beeld te mogen.

Het ergste wat een vrouwelijk personage kan overkomen is dik worden.

Volgens een studie over de top-100-films van 2016 waren slechts twee vrouwen met een maat groter dan 40-42 gecast in een hoofdrol of bijrol. De studie lichtte niet toe of die twee actrices dan complexe personages mochten neerzetten, of speelden in een gelaagd verhaal vol empathie en diversiteit. Je ziet gewoon heel vaak dat het om hun gewicht draait. Ze brengen ons dan een soort inspirerend verhaal over gewichtsverlies.

Toch zijn er vrouwen die zich daartegen verzetten. Actrices als Queen Latifah en Mo’Nique herwerkten hun personage van de Funny Fat Girl zo dat ze agency over hun verhalen en hun lichaam bemachtigden, in Living Single (1993-1998), Phat Girlz (2006) en Just Wright (2010). Deze tweede golf van Funny Fat Girls omarmen hun lichaam. Hun humor is zelfbewuster en doelgerichter. Ze zijn bereid de punchline te zijn, maar wel volgens hun regels. Ze zijn zelfzeker over hun uiterlijk, nemen grote risico’s en zitten niet in met wat men over hen denkt. Vrouwen als Roseanne Barr, Rebel Wilson en Melissa McCarthy brengen personages die zich niet alleen goed voelen in hun lijf, maar ook niet begrijpen waarom anderen niet zo vrij leven als hen. Personages als Megan uit Bridesmaids (2011) of Fat Amy uit Pitch Perfect (2012) zijn unapologetically sexual, hebben zelfvertrouwen in overvloed en werpen hun lichaam in de komische strijd. De actrices promoten body positivity met de personages die ze kiezen om te spelen. 'Enjoy and embrace whatever body type you have', verklaarde Melissa McCarthy in een interview met het magazine Redbook. Regisseur Paul Feig stelt haar gewicht nooit als negatief voor in The Heat (2013), Spy (2015) of Ghostbusters (2016). Integendeel, ze gebruikt haar lichaam voor alle mogelijke stunts en (komische) vechtscènes. 'Give me your best punch in the face, and I’ll take that punch, rather than have my kid feel bad about herself', zegt McCarthy nog in dat interview.

De Funny Fat Woman is geëvolueerd van een grappige bijrol naar een zelfzeker hoofdpersonage. Ze is meer dan haar gewicht en nu ook meer dan alleen grappig.

Stilaan beginnen schrijvers personages te vormen die spelen met de verwachtingspatronen van een Funny Fat Girl. Zwarte dikke personages als Donna Meagle uit Parks And Recreation (2009-2015), gespeeld door Retta, zijn sterke, zelfzekere individuen die een humor hanteren waarmee ze op een onzichtbare manier veel macht hebben over iedereen die hen omringt. De Funny Fat Woman is geëvolueerd van een grappige bijrol naar een zelfzeker hoofdpersonage. Ze is meer dan haar gewicht en nu ook meer dan alleen grappig. Funny Fat Women zijn in on the joke. Meer en meer dikke actrices schrijven hun rollen zelf en producen de films waarin ze voorkomen. Ze durven lachen met zichzelf, ook opdat niemand anders het zou doen. Zolang series en films deze authenticiteit en gelaagdheid blijven nastreven, is er hoop voor deze trope.

Terwijl de Funny Fat Woman vecht voor een goede representatie op het scherm, worden actrices naast het scherm geconfronteerd met de verwachtingen en eisen omtrent hun gewicht. De term Hollywood Fat is een omschrijving van vrouwen die perfect gezond zijn, maar ‘dik’ volgens de Size Zero Standards waaraan celebrities moeten voldoen. Dikke celebrities die vechten tegen deze verwachtingen, worden met een vergrootglas geanalyseerd en becommentarieerd. Rebel Wilson kreeg vanuit verschillende hoeken kritiek over haar drastisch gewichtsverlies, omdat ze zou toegeven aan onderdrukking door te kiezen voor het dunne ideaal. Eisen dat dikke artiesten dik blijven is echter ook een vorm van fat phobia. Body acceptance gaat over alle lichaamstypes. We moeten strategieën zoeken om fat phobia in onze samenleving te ontmantelen. Individuele dikke mensen bekritiseren om wat zij kiezen te doen met hun eigen lichaam, hoort daar niet bij.

Van Funny Fat Guy tot Reformed Fat Friend

Er is nog een lange weg te gaan op het vlak van representatie voor dikke vrouwen van kleur en queer/cripmensen. Dikke heteroseksuele cis-mannelijke acteurs hebben meer kansen, hoewel ook zij gevangen zitten in problematische verwachtingspatronen en vooroordelen.

Als mannen verliefd worden op dikke vrouwen, wordt dat als een fetisj aanschouwd.

De Funny Fat Guy heeft, in tegenstelling tot de gedeseksualiseerde dikke vrouw, nog de kans om een romantische filmlead te spelen – hoe dom of lui hij ook wordt voorgesteld. Hij heeft een vrouw die niet geeft om zijn gewicht en wordt – zowel in films als sitcoms – aanvaard als ideale partner. Dikke acteurs als Chris Farley, John Goodman, John Candy en Jack Black zetten zich in de jaren 1980 en ‘90 in voor een betere representatie van de Funny Fat Guy en toonden dat dikke mensen wel seksueel aantrekkelijk konden zijn.

Dat geldt wel enkel voor (witte) mannen. Vrouwen worden ook vandaag nog steeds enkel als ze dun zijn als aantrekkelijk gezien. Als mannen verliefd worden op dikke vrouwen, wordt dat als een fetisj aanschouwd. Hun omgeving bestempelt hen als wanhopige chubby chasers. 'The funny fat guy is seen as more than his weight. The funny fat woman is defined by it', beschrijft Debra Minoff in The Funny Fat Girl Trope van The Take, een YouTubekanaal dat alle filmtropes kritisch analyseert.

Gewichtsverlies is een geluk dat je moet nastreven, ten koste van alles.

Het dominante narratief van de slechte gezondheid en het gebrek aan sex appeal van dikke mensen vormt de basis voor misschien wel de meest schadelijke trope: de Reformed Fat Person. Deze dikke personages willen en zullen koste wat kost vermageren, tot groot vermaak van de toeschouwer. Heel Amerika volgt jaarlijks The Biggest Loser, een realityshow waarin dikke kandidaten snel en radicaal (en daardoor ongezond) proberen gewicht te verliezen. De kandidaten beginnen hun verhaal (of de show) steeds als miserabele mensen met een zielig leven. Een groots probleem (een griezelige hartaanval, een pijnlijke liefdesbreuk, een ontslag) doet hen ‘het licht’ zien: ze dumpen hun ongezond vettig eten en vangen een strenge vermageringskuur aan. Zo’n kuur of intens sporttraject is cruciaal in deze redemption stories. De dikke deelnemers worden gestraft voor hun luiheid en gulzigheid. Enkel gewichtsverlies kan hen redden van hun trieste en verwerpelijke levensstijl. En enkel dan verdienen ze een gelukkiger leven, een liefdespartner en een betere baan. Gewichtsverlies is een geluk dat je moet nastreven, ten koste van alles.

De Reformed Fat Person trope is gekoppeld aan de Formerly Fat Trope. Deze laatste trope bestaat uit personages van wie het ‘tragische’ achtergrondverhaal is dat ze vroeger dik waren. Het bekendste voorbeeld daarvan is ‘Fat Monica’ uit Friends. De humor zit, naast het feit dat we Monica in een fatsuit zien, net in de ontdekking van een andere, wildere kant van controlefreak Monica. Fat Monica krijgt geen respect of liefde voor ze vermagert. Zolang ze dik is, zal ze geen seksuele of amoureuze partners hebben, terwijl de dunne Monica non-stop wordt uitgevraagd. Een voormalig dik personage moet koste wat het kost vermijden om te hervallen. Het is alsof hun levens pas beginnen als ze vermagerd zijn. Dik zijn lijkt het ergste wat je ooit kan overkomen.

Dik zijn in Vlaamse (audiovisuele) velden

Ook kinderen in België groeiden op met een fat trope. Toen Samson & Gert zongen dat hun voorraad snoep en chocolade plots op was, bleek Alberto Vermicelli de dader. Alberto, gespeeld door Koen Crucke, is een getalenteerde kapper en operazanger. Toch focust de serie tot vandaag vooral op zijn gewicht, gulzigheid, luiheid en grootheidswaan. Daarnaast zag heel Vlaanderen Benny, gespeeld door Benny Claessens, als Socially Awkward Fat Guy in Het Geslacht De Pauw. Actrice Joke Emmers vertelde in een interview dat een docente tijdens haar acteeropleiding haar had aangeraden te verdikken om meer rollen te krijgen.

Toen ik op een filmbeurs over de serie Albatros hoorde, was ik in de wolken.

Het is pas in 2020 dat we een serie te zien krijgen met alleen dikke mensen. In het bekroonde Albatros van Wannes Destoop en Dominique van Malder nemen tien dikke mensen deel aan een ‘afvalkamp’ in de Ardennen. Acht afleveringen lang vechten de personages met de overtollige kilo’s die ze al hun hele leven met zich meedragen. Via flashbacks zien we de pijnlijke interacties en situaties waarmee de personages in hun leven werden geconfronteerd. In interviews delen ze hun beweegredenen om deel te nemen aan de vermageringskuur. De dramaserie hoopt de kijker via humor en tragiek te doen meeleven met de dikke personages en duidelijk te maken hoe moeilijk het is om als dik persoon in de samenleving te proberen passen.

Toen ik op een filmbeurs over deze serie hoorde, was ik in de wolken. Ik sprak de makers meteen aan over hoe belangrijk ik representatie vind en dat het tijd werd dat wij dikke mensen een serie krijgen waarin we de hoofdrol spelen. De wetenschap dat een dikke topacteur als Dominique Van Malder mee achter de schrijftafel zat, stelde mij gerust. Ik vertelde de makers dat ik het beu was om altijd de Socially Awkward Fat Guy te moeten spelen. Enkele weken later, vlak voor de opnames, kreeg ik de vraag of ik auditie wilde doen ter vervanging van een acteur die onverwacht was weggevallen. Na een fijne auditie en tof gesprek, ging de rol uiteindelijk naar een oudere acteur omdat ik te jong zou ogen voor het personage. Jammer, maar volkomen begrijpelijk.

Ik heb veel respect voor de getalenteerde cast én crew van deze serie, en blijf Albatros een moedig project vinden om de discriminatie van dikke mensen ook in België aan te kaarten. Toch besloop mij een gevoel van teleurstelling en zelfs frustratie toen ik het resultaat zag. Ondanks haar bewonderenswaardige doel lijkt de serie de vooroordelen en verwachtingspatronen rond dikke mensen net te bevestigen.

Als kijker krijg je het idee dat alle dikke mensen ongelukkig zijn, niet langer dik willen zijn en hartstochtelijk geloven dat ze succesvoller, geliefder en gelukkiger zouden zijn als ze dun waren.

Alle tien personages wentelen zich in slachtofferschap – een slachtofferschap dat ze niet in vraag stellen. Alle personages ondergaan hun tragiek en protesteren niet tegen hun onderdrukking. Hoogstens een blik van schaamte. Als kijker krijg je het idee dat alle dikke mensen ongelukkig zijn, niet langer dik willen zijn en hartstochtelijk geloven dat ze succesvoller, geliefder en gelukkiger zouden zijn als ze dun waren. Dat alle dikke mensen over zich heen laten lopen en te bang, laf, lui of incompetent zijn om er iets aan te doen.

Op die manier weerspiegelt de serie verschillende tropes die ik hierboven beschreef. De makers proberen alle personages een achtergrondverhaal te geven, maar het beperkte aantal afleveringen (acht) beperkte de ruimte voor verdieping. Het personage Indina Vierendeels wordt bijvoorbeeld onderdrukt door haar partner in een ongelukkige relatie. Zo zou hij haar bewust dik maken of houden door haar te voeden, om op die manier controle over haar te kunnen uitoefenen. De makers refereren daarbij aan de feedee/feeder-fetisj waarin de partner voeden leidt tot seksueel genot bij zowel de persoon die voedt als de persoon die eet. Wij als toeschouwer moeten die fetisj veroordelen als walgelijk en verwerpelijk omdat Indina ongelukkig is met haar partner. Hij forceert haar om meer en meer te eten, of ze het nu wil of niet. De scènes vormen een sterk staaltje van kink shaming. Een serie die inclusiviteit en aanvaarding predikt, toont zich opvallend exclusief en veroordelend. Waarom is (seksueel) plezier halen uit dik worden of maken zo ondenkbaar of schandalig? Is seksueel verlangen niet hoogst individueel en, zolang er ten allen tijde sprake is van consent, aan de betrokken partijen om uit te maken? Persoonlijk had ik het veel krachtiger gevonden als dat personage durfde opkomen voor de feedee/feeder-fetisj die zij en haar partner delen. In de woorden van fat activist Virgie Tovar: ‘You have the right to remain fat’.

Albatros pretendeert meer begrip en empathie te creëren voor dikke mensen, maar versterkt in werkelijkheid hun pathologisering, objectivering en stigmatisering.

Albatros is geen activistische serie. Ze toont hoogstens een soort van melancholische acceptatie van je lot als dik persoon. De serie lijkt uiteindelijk te concluderen dat dik zijn een jammere zaak is die je levenskwaliteit inderdaad pijnlijk verlaagt. Ze stelt geen prangende vragen en eist geen dik-inclusievere samenleving. Zoals zo vaak ligt de verantwoordelijkheid bij het slachtoffer. Afvallen is moeilijk, maar het blijft toch aan de dikke personages om hun leven te herorganiseren en ‘gezonder’ te worden. Het (overwegend dunne) publiek moet medelijden hebben met deze zielige figuren die – oh de horror! – dik zijn en – oh de tragiek! – dat waarschijnlijk zullen blijven. De serie pretendeert meer begrip en empathie te creëren voor dikke mensen, maar versterkt in werkelijkheid hun pathologisering, objectivering en stigmatisering.

Waar blijven de scènes over de ontdekking van zelfliefde, van acceptatie, van kracht en protest tegen de dieetcultuur? Waar blijven de scènes waarin dikke mensen hun plek in de schijnwerpers opeisen en iedereen tonen hoe krachtig ze kunnen zijn? Deze serie, met haar beloftevolle premisse en spannende cast, had zoveel meer kunnen doen. Hopelijk komt er in Vlaanderen snel een nieuwe serie of film over de levens en verhalen van dikke mensen, waarin hoop, liefde, kracht en activisme centraal staan.

We Need Fat Heroes

Mijn jeugdheld op het witte doek was John Candy. Door hem te zien schitteren op het scherm, durfde ik geloven dat ‘zelfs’ een dikke jongen als ik voor een plaats mocht vechten als acteur in films en series. Ik zag mijzelf gerepresenteerd op televisie en zo kreeg ik de steun die ik nodig had om ambitieuze carrièreplannen te smeden.

Nooit, op geen enkel moment in Only the Lonely, gaat het over het gewicht van John Candy.

In de film Only the Lonely (1991) zien we John Candy de romantische hoofdrol spelen met de eveneens briljante Ally Sheedy. Doorheen de film zien we hun twee personages dichter naar elkaar groeien en een relatie beginnen. En nooit, op geen enkel moment, gaat het over het gewicht van John Candy. Het gaat er gewoon niet om. Het doet er niet toe.

Het is tijd dat dikke mensen een hoofdrol krijgen – een hoofdrol in een verhaal dat niet over hun gewicht gaat. En als het daar toch over moet gaan, mogen alle stigma’s en vooroordelen over dikke mensen overboord. Voer dikke personages op die, net als Plum Kettle in Dietland (2018) en Annie in Shrill (2019-2021), zelfliefde leren omarmen en fat phobia bestrijden. We hebben dikke superhelden nodig. Het is tijd om plaats te maken voor Fat Storytellers aan de schrijftafel. Als we het landschap willen veranderen, moeten we sterke dikke mensen zien schitteren op het groot scherm. Zo krijgen we fat phobia een kopje kleiner en veranderen we de samenleving. You can’t become what you can’t see.