Enkel cynisme kan ons redden, godverdomme!

Door Joost Vandecasteele, op Tue Dec 05 2017 23:00:00 GMT+0000

‘Iedereen die trager rijdt dan ik, is een zielige sukkel en iedereen die sneller rijdt, is een gevaarlijke gek,’ concludeerde de onvolprezen komiek George Carlin. Hij vat daarmee perfect de huidige tijdsgeest samen: welig getier en getwietel van mini-meningen en eigen-gelijkjes.

Over lijkjes gesproken: George Carlin is al lang dood. Maar geen nood, ‘nique tes morts’ lees ik slecht gespeld en krom gestift op de glijbaan van een Brusselse speeltuin – of in het schoon Vlaamsch, aangezien dit blad zijn maandelijkse aankoop van zalf tegen pijnlijke knieën van al die locatieprojecten met te krappe zitjes bekostigt met hun Vlaamse cultuurprijs: ‘neuk uw doden’ – een dooie hoeft dus geen spijtige zaak te zijn, zeker niet als-ie blank is.

Ik ben zelf een blanke man. Ik wacht wel even tot het boegeroep bedaart. En als een veulen uit de stal van de even dooie, even blanke, even aan-Carlin-verslingerde pdw (de afkorting voor Patrick De Witte, een afkorting is trouwens bedoeld om tijd en plaats te besparen, daarom gebruikte ik daarnet zijn afkorting, uit plaatsbesparing, want niks zo erg als een tekst die ter plaatse blijft trappelen) is mijn eerste en vaak enige impuls om alles respectloos en schaamteloos grappig te vinden. Ook die beladen boerkavideo van Rachida Lamrabet, het filmische equivalent van een veertienjarige puber die zijn puisten boven zijn dagboek uitduwt en die kei-dramatisch uitsmeert. Oké, ik beken. Ik vond het twintig seconden grappig. Daarna voornamelijk saai en voorspelbaar. Een beetje zoals ik bij een ‘diverse’ theatervoorstelling begin af te tellen tot de allochtoon van dienst moet beatboxen of breakdancen.

Mijn eerste en vaak enige impuls is om alles respectloos en schaamteloos grappig te vinden. Ook die beladen boerkavideo van Rachida Lamrabet, het filmische equivalent van een veertienjarige puber die zijn puisten boven zijn dagboek uitduwt en die kei-dramatisch uitsmeert.

Laat die goedheilige man in een jurk zijn geketende zwarte slaven met een zweep afranselen op zijn galei terwijl hij de notabelen op de Antwerpse kade toeroept: ‘Is het nu traditioneel genoeg, godverdomme?'

Of is dat een bewijs van mijn witte privilege? Dat zou ook kunnen. Voor u mij met uw diepe (al dan niet plaatsvervangende) gekwetstheid overschreeuwt: ik ken het wel, dat witte privilege, zeker als inwoner van Brussel, wanneer mensen zonder dat privilege uit bezorgdheid voor mijn verhitte voeten op mijn schoenen rochelen. Het privilege om als blanke te menen te moeten oordelen wat wel of niet racistisch zou zijn. Zie: Het Probleem Van Z#*%te Piet. Maar niet afschaffen, vind ik. Nee, maak het echt en educatief, je weet wel: voor de kinderen. Laat die goedheilige man in een jurk zijn geketende zwarte slaven met een zweep afranselen op zijn galei terwijl hij de notabelen op de Antwerpse kade toeroept: ‘Is het nu traditioneel genoeg, godverdomme?’ Of is dat te één op één? Dat zou ook kunnen.

Ik ben maar een pulpauteur, en bijvoorbeeld geen stadsdramaturg die naar een Vlaams theaterfestival in een Vlaamse stad trok en stomverbaasd ontdekte dat het vol Vlamingen zat. Een even spectaculaire vaststelling als toen Peter De Roover naar de islambeurs ging en opmerkte dat er nogal wat moslims rondliepen. U kent die man wel, ooit belangrijk bij flamingante website Doorbraak.be (savoureer de ironie: “punt be”) en nu onbelangrijk bij de flamingante partij N-VA. U kent de N-VA wel, die Vlaams-nationalisten die de roep om onafhankelijkheid in Catalonië toejuichen en de dag erna doodleuk meedelen dat het communautaire aspect van hun grondbeginsel bijzaak is geworden, want volgens Geert Bourgeois zijn de Vlamingen niet passioneel genoeg. U kent die man wel, de minister-president die zijn septemberverklaring voorleest alsof hij zelf alle woorden en cijfers inspreekt voor zijn GPS. Zodat de voorzitter van het Vlaams Belang de dag daarna zich kan outen als roerganger van de ware nationalisten. U kent die man wel, Tom Van Grieken die in een debat met een onbeduidende pulpauteur de vraag kreeg wat nu precies de Vlaamse identiteit was en niet verder kwam dan ‘De Vlaming heeft niet graag dat zijn pint in het verkeerde glas wordt geschonken.’ Of bewijst dit mijn identiteit als linkse poco (dat is een afkorting, bedoeld om plaats te besparen, zoals ik daarnet tijd en plaats bespaarde door pdw als afkorting te gebruiken. Poco is de afkorting voor ‘politiek correct’, zodat men meer tekens overhoudt in een tweet. Zoals heel deze column samengevat kan worden in de tweet ‘Joost Vandecasteele heeft weer nood aan aandacht’)? Dat zou ook kunnen.

Voor de liefhebbers van rechtse lingo-bingo: in het rijtje met poco ontbreekt nog gutmensch, cuck, snowflake and plofmoslim. Want je kunt rechts veel verwijten, bijna alles, maar ze zijn wel goed met woorden. Of zoals de ultrarechtse politieke marketeer Roger Stone het zo schoon verwoordde: ‘Verkiezingen zijn miss-verkiezingen voor lelijke mensen.’ Terwijl links nog leutert over de zwakkere en de Internationale meebrult met zinnen als ‘De heersers door duivelse listen bedwelmen ons met bloedige damp’, wat klinkt als iets wat Jeroen Olyslaegers zou schrijven na een door magische paddenstoelen ingeblazen angstdroom waarin Theo Francken met totale overgave zijn knieholtes zit te likken.

En dan moet hier nog een paragraaf over Trump ertussen, voor de goede orde, want het is nog altijd 2017.

Of bevestigt mijn geraaskal dat ik gewoon cynisch word op mijn ouwe dag? Dat zou ook kunnen. Hoewel uit onderzoek zou blijken dat het pas op je vierenveertigste levensjaar de kop opsteekt. Maar ik omarm het volhartig, ik ben nu éénmaal graag voor op mijn tijd. Want er is niks meer hoopvol en verbindend dan cynisme. Omdat het door haar weigering om te aanvaarden wat er aangeboden wordt, een utopisch verlangen naar iets anders, schoners en eerlijker in zich draagt. Cynisme is meer dan iets niet goed vinden, het is iets beters willen. Het is zich niet willen neerleggen bij de premisse dat het nu éénmaal zo is en dat de mens nu éénmaal hopeloos is. Het is weten dat iedereen ongelijk heeft en tegengesproken mag worden. Hoe overtuigd hij of zij ook klinken kan. Of in de woorden van de briljante Charlie Brooker (Voor de 2% zonder Netflix: 50% van het Black Mirror-auteursduo): ‘wees geen eikel’. Of gewoonweg ‘dat is toch bullshit’. Of… (sms je eigen cynische reactie naar dit blad en win een abonnement op een ander gratis tijdschrift om het dan ongelezen in die vuilnisbakjes te proppen op de trein waar nauwelijks een gebruikte condoom inpast). Of in de woorden van Jezus die predikte van ‘de klootzak of trut die zonder zonde is, werpe de eerste steen, of melaatse of afgesneden voorhuid.’ Of zoiets.

Cynisme is humor zoals het eigenlijk bedoeld is, als provocatie. Al de rest is entertainment.

Ik ben sowieso wat gestopt met religie te bingewatchen. Het is me te postmodern. En ik ben die sequels beu: elke godsdienst is gewoon een reactie op de vorige, met alleen maar inside jokes en zelfreferenties, en het doden van het hoofdpersonage, duidelijk gestolen van Game of Thrones. Ik krijg mijn nodige dosis spiritualiteit dankzij Rick and Morty, een fantastische serie in alle betekenissen van deze woorden. Ooit begonnen als een animatie-parodie op Back to the Future. Een beetje zoals mijn boeken slechte imitaties zijn van Lanoye’s romans. Een reeks – Rick and Morty dus – omschreven door andere gelovige geeks als kosmisch cynisme. De idee dat de aarde niet het centrum van het heelal is en niks daarbuiten op mensenmaat gemaakt is. Of volgens de filosoof Eugene Thacker, een liefhebber van H.P. Lovecraft – ook een anti-semiet, net als (naam geschrapt) – het idee dat het universum totaal niet geïnteresseerd is in ons, dat de mens een onooglijk stofje is in een oneindig aantal mogelijke universums. Dat is cynisme op zijn mooist, de heerlijke gelijkmaker, de aap op onze schouder die ons influistert dat niemand speciaal is. Dat jouw overtuiging, jouw woede, jouw nageslacht, jouw werk, jouw geloof, jouw angst niet speciaal zijn. Dat niks onkwetsbaar en ongenaakbaar is.

Cynisme is geen zwaktebod, geen angst om mens te zijn zoals David Foster Wallace zou mompelen, deels wegens de strop rond zijn hals. Cynisme is het antwoord op het te krachtig geworden verwijt van politieke correctheid, omdat het net niet discrimineert en alles zo laag mogelijk inschat. Cynisme is humor zoals het eigenlijk bedoeld is, als provocatie. Al de rest is entertainment.