Beste Landschapscommissie, oordeel met zorg

Door Lana Willems, Katrien Reist, Wouter Hillaert, op Sun May 15 2022 22:00:00 GMT+0000

Een evenwichtig kunstenveld garanderen voor het komende decennium: dat is de aartsmoeilijke opdracht waarvoor de Landschapscommissie staat. Daarbij moet ze rekening houden met de preadviezen én een al te beperkt kunstenbudget. Voor welke obstakels staat de 'architect van de kunstenwei'? Deze open brief formuleert zeven aandachtspunten.

Beste Igor Geubbelmans, Veerle Declerck, Delphine Hesters, Naomi Meulemans, Chantal Pattyn en Filip Strobbe,

De subsidiekoorts in de kunsten stijgt. Over zo’n zeven weken maakt de minister zijn eindverdict bekend. Maar eerst rust deze week op jullie schouders een even nobele als lastige taak: op basis van alle adviezen van verschillende experts het evenwicht bewaken van het kunstenlandschap voor de komende vijf en zelfs tien jaar.

Concreet moeten jullie een uitspraak doen over ruim 30 kunstorganisaties die uit de boot dreigen te vallen. Hun plannen werden door twaalf beoordelingscommissies (voor dans, theater, klassieke muziek, beeldende kunst, architectuur, grote instellingen…) wel positief beoordeeld, maar er was geen geld meer voor. ‘Positief buiten budget’, zegt het jargon.

Jullie zijn de gatenstoppers, de bijpassers, de correctoren, de tuinarchitecten van onze kunstenwei.

Wat moet er volgens jullie alsnog middelen krijgen om het veld fris en performant te houden, in de wetenschap dat ook een kwart van alle 282 aanvragende kunstorganisaties een negatief preadvies kreeg, met alle mogelijke kraters van dien? Elke commissie zette trouw de tering naar de nering, maar samen leest het resultaat toch redelijk kipkap.

Van jullie verwacht de minister dus het vogelperspectief. Jullie zijn de gatenstoppers, de bijpassers, de correctoren, de tuinarchitecten van onze kunstenwei. Allemaal vonden we zo’n landschapscommissie heel erg nodig: om vóór de ministeriële eindbeslissing op 30 juni de dreigende hiaten in de kunsten te detecteren, en niet pas erna.

Als input krijgen jullie – naast een objectieve analyse van Kunstenpunt – twaalf bespiegelingen vanuit de commissies. Daarin doen ze jullie uit de doeken hoe ze de dossiers hebben gelezen en om welke redenen ze dit theater ‘binnen’ of die artist-run organisatie net ‘buiten budget’ hebben gezet. En waarom ze andere organisaties een ‘negatief’ rapport hebben gegeven. Jullie kunnen die dertig dossiers ‘buiten budget’ ook zelf inkijken. We vragen jullie om dat ook te doen: blader graag terug in de aanvragen zelf.

Wat is een veld?

Met deze open brief voegen we graag een dertiende insteek toe. Eind maart liet het lezen van onze eigen preadviezen ons – al naargelang – opgelucht, boos, teleurgesteld of verweesd achter. Maar wat dat verdict ook was, vandaag delen we allemaal dezelfde grote bezorgdheid over het voorwerp van jullie opdracht: het kunstenveld als veld.

Zelf schreef de minister in zijn Visienota: ‘Het is noodzakelijk dat de dynamiek binnen het kunstenecosysteem gewaarborgd blijft en wordt gestimuleerd.’ En inderdaad: een veld is niet zomaar een optelsom van organisaties, maar een levend organisme van onverwachte connecties, diep vergroeide wortels, één grote wilde tuin. Een veld is geen lijstje subsidiebedragen, maar één geraffineerd weefsel tussen de ambities van artiesten, de collectieve noden van het publiek en de capaciteiten van de ondersteunende organisaties.

Dat is precies de clou van een veld: de één zijn dood schept ook elders een nood.

Je kan dus niet zomaar tientallen bomen kappen en dan verwachten dat je oogst even vruchtbaar zal zijn. Uitstroom is geen taboe, instroom is noodzakelijk. Maar zo mogelijk nog belangrijker is het globale evenwicht van het hele ecosysteem. Een beuk vervang je niet zomaar door een bessenstruik. En zonder de schaduw van grote bomen verpieteren die bessen in de zon. Dat is precies de clou van een veld: de één zijn dood schept ook elders een nood.

Wat volgt, zijn daarom enkele suggesties en kritische kanttekeningen waarvan wij hopen dat ze jullie in deze twee dagen helpen om out of the box te denken, de verbeelding toe te laten en de kracht van de sector zélf te laten spreken.

Krater Hasselt (c) Frederik Maesen

Vooraf wel nog één disclaimer: deze suggesties zijn gebaseerd op onvolledige informatie. Het zou kunnen dat er bij de laatste adviezen al een en ander veranderd is. Want al speelt het veld de hoofdrol in dit stille drama, toch tast het grotendeels in het duister over wat er precies gaande is. Officiële cijfers en finale adviezen zijn door het kabinet niet vrijgegeven. Deze subsidieronde voltrekt zich eerder in achterkamers dan transparant.

Ook wij varen dus halfblind en kennen niet alle dossiers – ook niet van de organisaties die in deze brief genoemd worden. We baseren ons op hun historiek en hun huidige plek in het veld, en halen hen aan als illustraties van grotere bewegingen die we menen te zien. Een volledig overzicht hebben enkel jullie, samen met administratie en kabinet.

Wel zijn deze suggesties mee gevoed door een open gesprek over deelsectoren heen, afgelopen dinsdag 10 mei in Monty, waar we met zo’n 30 cultuurwerkers bijeenkwamen om onze indrukken samen te leggen. Lees ze graag als onze gedeelde zorg. (We nodigen andere collega’s trouwens van harte uit om onze indrukken onder deze brief nog aan te vullen of te corrigeren. Meerstemmigheid is een ministeriële missie!)

1. Beste commissie, verplaats je in de kunstenaar

Een van de grootste blinde vlekken in deze ronde is wellicht het lot van de kunstenaars in dit alles. Hoewel de kunstenaar de hoeksteen van het beleid heet te zijn, denkt het Kunstendecreet sterk vanuit organisaties. Al hun werkingen draaien wel rond het werk van kunstenaars, maar soms dreigt het gesprek over deze of gene organisatie wel eens het zicht te benemen op de betekenis ervan voor de kunstenaars die eraan verbonden zijn.

Heel veel organisaties zijn geen afgesloten containers, maar transferstations.

Waar zullen nieuwe kunstenaars in het spoor van FC Bergman of Mette Ingvartsen hun uitdagende ambities voor de grote zaal blijven verfijnen, als met Toneelhuis (Antwerpen) en Kaaitheater (Brussel) twee van de best uitgeruste én meest fijnmazige productiestructuren voor theater verdwijnen? Hoe rijmen we een negatief preadvies voor Z33 én het oordeel dat internationale werkplaatsen voor beeldend kunstenaars als Cas-co (Leuven) en VONK (Hasselt-Genk) zich zouden moeten terugplooien op een (louter lokaal gefinancierde) atelierwerking met de ministeriële vraag naar meer internationale uitstraling en zelfredzaamheid voor kunstenaars? Zulke speerpunten maken werkplekken en professionele omkadering met een internationale reikwijdte juist onontbeerlijk. En als zowel Rataplan (Antwerpen) als nona (Mechelen) buiten budget blijven staan, en Gent Jazz met een negatief preadvies de boeken moet sluiten, wat betekent dat voor de residentie- en speelkansen van nieuw jazztalent in Vlaanderen? Finaal zijn kunstenaars de pineut.

Het decreet verdeelt het veld in vijf onderscheiden functies: ontwikkeling, productie, presentatie, participatie of reflectie. Maar in de praktijk is er veeleer sprake van een weefsel vol neurologische knooppunten, waar deze functies elkaar raken en versterken en in elkaar overgaan. Wie bezig is met ontwikkeling, heeft aansluitend wellicht een partner nodig om te kunnen coproduceren én een (andere) partner om dat werk te tonen. En die partner heeft op zijn beurt weer spelers nodig met expertise in participatie of reflectie. Heel veel organisaties zijn dan ook geen afgesloten containers, maar transferstations.

Als er één station verdwijnt, kan dat voor een veelvoud aan artiesten een hele keten breken.

Voor kunstenaars en hun trajecten is dat van vitaal belang. In die stations wint hun werk aan kwaliteit, verknopen ze zich tijdelijk met andere dynamieken en creëren ze intussen tewerkstelling. Voor de buitenwacht blijven zulke nomadische kunstenaarstrajecten vaak onzichtbaar, maar als er één station verdwijnt, kan dat voor een veelvoud aan artiesten een hele keten breken. Zo zien een hoop innoverende transdisciplinaire kunstenaars, met name in de beeldende, audiovisuele en experimentele media- en geluidskunst nu eensklaps bijna al hun cruciale coproducerende en presenterende partners wegvallen, door verspreide keuzes in verschillende commissies rond iMAL, Z33, nona/Contour, C-TAKT, Jubilee, Out of Sight, Etablissement d’en face…

Ook al lijken sommige van deze vitale plekken heel lokaal, als ze plots wegvallen is de neurale doorstroom niet langer verzekerd. Schrap bijvoorbeeld de werking van KunstZ met nieuwkomers-kunstenaars en je knipt een heel toevoerkanaal voor de diversifiëring van de Antwerpse podiumkunsten af. Sluit Muziekclub ‘t Ey in Belsele en Vlaanderen verliest één van zijn enige podia waar Vlaamse en internationale folkmuzikanten kind aan huis zijn.

Beste landschapscommissie, hou in het achterhoofd dat er naast al die dossiers op jullie tafel ook heel veel mensen zonder subsidies werken.

Enkele van de hier genoemde organisaties kregen een negatief advies, en zijn strikt genomen dus niet jullie zaak. Maar ze zijn wél een zaak van het landschap. Wie neemt hun rol dan elders over? Waar kunnen die kunstenaars dan terecht om in vertrouwen hun skills door te ontwikkelen en/of met een publiek te delen?

Beste landschapscommissie, hou graag ook in het achterhoofd dat er naast al die dossiers op jullie tafel ook heel veel mensen zonder subsidies werken. Net daarom is het cruciaal om deze brede basis van structureel gesubsidieerde organisaties stevig en veerkrachtig te houden: omdat ook zij – indirect – de levensaders zijn voor andere activiteiten. Er moeten genoeg van deze dynamische plekken blijven om capaciteit te creëren voor een diverse én kwaliteitsvolle output. Met elke organisatie die wegvalt, verdwijnt er ook een veelvoud aan kansen voor kunstenaars.

Krater (c) Jos en Gerard

2. Beste commissie, denk ook aan het publiek

Geen betere definitie van een gezonde toekomst voor de kunsten dan de blijvende ontwikkeling van nieuwe en nieuwsgierige blikken. Ook het publiek hoort tot het raderwerk.

Zeker de kinderkunsten spelen daarin een cruciale rol. Globaal komen zij succesvol uit de subsidieslag: ook in de toekomst zullen ze breed kunnen produceren, spreiden en toeren, met werk dat ook vlot zijn werk vindt naar verschillende cultuurcentra.

Waar gaan Gentse scholen hun leerlingen na 2023 nog leren proeven van toneel?

Wel dreigt er in Gent een groot gat te vallen. Voortgaand op de preadviezen, zitten de drie Gentse jeugdtheatergezelschappen allemaal op de wip. 4Hoog en Ultima Thule kregen negatief, Kopergietery ‘positief buiten budget’. Dat zou niet alleen betekenen dat er in de derde grootste stad van Vlaanderen plots veel minder theater gemaakt wordt voor kinderen en jongeren, maar ook dat we de deuren zien sluiten van dé Gentse presentatieplek voor heel wat familietheater uit de rest van het land (en soms zelfs het buitenland). Als dit plaatje bekrachtigd wordt door de minister, is het zo goed als afgelopen met uitdagend jeugdtheater in de stad die in 2024 'European Youth Capital' zal zijn.

Ook hier gaat het dus niet alleen over drie gezelschappen, maar over de functie die ze vertolken voor een publiek en voor het draagvlak van de kunsten in Vlaanderen. Waar gaan Gentse scholen hun leerlingen na 2023 nog leren proeven van toneel? Was ‘(jonge) kinderen en jongeren betrekken’ niet net een van de vijf prioriteiten in Jambons Visienota?

Ook rond de spreiding en presentatie van ander theater rijzen er rode vlaggen. Spreiding was de jongste twintig jaar altijd al een zorgenkind: hoe en waar raakt al dat moois dat geproduceerd wordt, ook in contact met genoeg publiek? Nu veel cultuurcentra om budgettaire redenen minder theater kunnen programmeren, is de gemiddelde speelreeks per productie serieus gekrompen. Steeds meer producerende gezelschappen met een zaal probeerden die leemte mee op te vangen door collega-gezelschappen plek te bieden.

Maar net meerdere van zulke structuren eindigen negatief of buiten budget: Malpertuis in Tielt, Zuidpool en Toneelhuis in Antwerpen, Kaaitheater in Brussel, Kopergietery in Gent… Als deze keuzes zich doorzetten in de finale beslissing, dan dreigen er weer x aantal podia te verdwijnen die nog ruimte bieden voor een meer uitdagende programmering. En met het TheaterFestival als jaarlijks schaaltje met de bijzonderste podiumvruchten erbovenop. Een bui die ze tot in Nederland zien hangen…

Hoe kijken jullie als landschapscommissie naar het regionale bereik van kunstsubsidies?

Ook buiten de grote steden is die verankering cruciaal, als we het draagvlak voor kunsten in Vlaanderen niet willen zien inkrimpen tot de heilige driehoek Gent-Antwerpen-Brussel. Limburg ziet echter voorlopig slechts de helft van zijn ingediende dossiers erkend, minder dan elke andere provincie. Ook het Turnhoutse festival Stormopkomst is onzeker. En bij Malpertuis in Tielt luidde het preadvies impliciet dat je in de provincie niet te moeilijk moet doen.

Hoe kijken jullie als landschapscommissie naar het regionale bereik van kunstsubsidies? Als de toekomst van de kunsten ergens bepaald zal worden, is het dan niet net dáár? Of wordt kunstproductie in Vlaanderen louter iets grootstedelijks?

En laten we in deze oefening ook voorbij onze grenzen kijken. Vlaamse producties zijn in het buitenland zeer gesmaakt. Dat applaus zal sneller verstommen dan ons lief is, als de kwaliteit van het veld waar al dit moois op groeit, steeds verder verschraalt…

Kraters Cap Blanc-Nez (Pas-de-Calais)

3. Beste commissie, lees vanuit een perspectief dat niet het jouwe is

Gemeenschapsvorming, participatie, meerstemmigheid, inclusieve kunsten: de minister benadrukte die grote waarden meermaals in zijn kunstenvisie. ‘Het kunstenbeleid moet een kunstenbeleid zijn voor iedereen, inclusief, voor jong en oud, hoog- en laaggeschoold, arm en rijk, nieuwe Vlamingen en oudgedienden’, zo stond het in de Visienota Kunsten. ‘Het sociaal-artistieke veld waakt erover – vaak vanuit de functie participatie – dat niemand wordt uitgesloten of achtergelaten en geeft de meest kwetsbaren een stem.’

Veel sociaal-artistieke werkingen kregen een positief preadvies, maar vreemd las wel het negatieve oordeel over broodnodige werkingen als KunstZ (Antwerpen) en Manoeuvre (Gent), die participatie koppelen aan ontwikkeling. Denken we dan dat participatieve kunst vanzelf oppopt? Dat er in Vlaanderen geen nood is aan organisaties die echt investeren in traag onderzoek daarin, in diepgaande talentontwikkeling, in extra participatieve skills bij kunstenaars? Als er bij grote instellingen steeds meer vraag groeit naar participatieve projecten met minder gehoorde groepen, waar wordt die expertise dan ontwikkeld?

Alles hangt met alles samen. Geen uitstraling van muziek zonder intensieve participatieve cultuur aan de basis.

Participatieve werkingen als KAOS (met kunstenaars met een psychische kwetsbaarheid) of De Batterie (met kwetsbare jongeren) stromen voorlopig niet in, al zou de meerwaarde van zo’n verstevigde werking voor hun specifieke doelgroepen groot zijn. Kleine autonome organisaties voor participatie en ontwikkeling blijven immers cruciaal, wil je van dit werk de emancipatorische kracht bewaren. Grote kunsthuizen kunnen wel losse participatieve projecten inkopen, maar de ervaring leert dat het dan sneller op hun voorwaarden gebeurt dan altijd vanuit de noden en ambities van de betrokken groepen en kunstenaars.

Bij muziek dreigt dan weer een hiaat inzake educatie. Al lijkt het voor de klassieke muziek in Vlaanderen geen overbodige luxe om extra te investeren in diversifiëring en verjonging van zijn publiek, toch dreigen met MUS-E (Brussel) en Musica (Pelt) twee jarenlange sterkhouders op mute gezet te worden. In de vorige structurele ronde in 2016 sneuvelde ook al Jeugd en Muziek.

Als ‘meerstemmigheid’ meer is dan een buzzwoord, lees het kunstenveld dan graag ook vanuit andere perspectieven dan alleen door een witte middenklasse-bril.

Als de groeiende interesse voor participatieve kunsten in Vlaanderen (eindelijk) ook begint te kiemen in de klassieke muziek, en concertzalen en orkesten steeds meer partners zoeken om hen daarin te versterken, kan het muzieklandschap zich dan wel een verschraling inzake educatie permitteren? Opnieuw geldt: alles hangt met alles samen. Geen uitstraling van muziek zonder intensieve participatieve cultuur aan de basis. Het deeltijds kunstonderwijs kan het niet alleen. Integendeel, het DKO zou die extra steun en expertise van educatieve kunstorganisaties net goed kunnen gebruiken.

Nog een aandachtspunt is etnisch-culturele diversiteit. Bij de samenstelling van de twaalf commissies bleef die zorg in gebreke, en sommige preadviezen lazen dan ook navenant ‘wit’. Eindelijk zijn er nu in Vlaanderen meerdere kunstorganisaties die zelf gerund worden door en met kunstenaars met buiten-Europese roots en oprechte cross-culturele interesses, maar daarvan werden de Vaartkapoen, Het TheaterFestival en danscompagnie Eastman (Sidi Larbi Cherkaoui) buiten budget geplaatst, terwijl de multidisciplinaire productiestructuur ROBIN (Ahilan Ratnamohan, Saddie Choua, Sara Oklobdzija, Thomas Bellinck) een negatief preadvies kreeg.

Als ‘meerstemmigheid’ meer is dan een buzzwoord, lees het kunstenveld dan graag ook vanuit andere perspectieven dan alleen door een witte middenklasse-bril. Publieke middelen verdelen is minstens de vraag stellen wie van de brede bevolking in Vlaanderen er zich allemaal door vertegenwoordigd mag voelen.

4. Beste commissie, bewaak de balans tussen erfgoed en innovatie

In zijn Visienota Kunsten brak de minister een lans voor een spannende balans tussen erfgoed en innovatie. Hoe verhouden jullie zich dan tot het ‘buiten budget’ voor Marius en De Roovers, naast STAN wellicht de meest uitgesproken theatercollectieven die van een eigentijdse ambachtelijke omgang met het toneelrepertoire hun handelsmerk hebben gemaakt – én twee van de nog schaarse ‘artist-run’ organisaties in de podiumkunsten?

De transitie van STEM naar STEAM kan zich enkel voltrekken als ook die A volwaardig wordt ingevuld.

'Met de innovatieve kunsten hebben wij een competitief voordeel opgebouwd op andere Europese landen', schreef de minister ook. 'Dat moeten we zien te behouden.' Het kan toeval zijn, maar net organisaties die zich expliciet richten op de nieuwste vormen van hedendaagse kunst en cross-overs met wetenschap en technologie werden opvallend negatief beoordeeld. Zeker binnen de experimentele media dreigt een vreemde kaalslag. Zowel iMAL als Gluon ondersteunen jaarlijks talloze residenten met zeer specifieke kennis, spreiden hun werk in Europese netwerken en slaan de brug naar wetenschappelijk onderzoek. CREW heeft dan weer onvervangbare expertise in immersie als artistiek medium. Moet net zulk specifiek werk niet gekoesterd worden als uniek en onmisbaar, zeker in een kennisregio die zo graag uitpakt met zijn innovatieve spitstechnologie? De transitie van STEM naar STEAM kan zich enkel voltrekken als ook die A volwaardig wordt ingevuld.

Ook de internationale trendsettende vernieuwingsdynamiek in de hedendaagse muziek wordt zwaar getroffen. Met Ictus als ChampdAction zitten twee spelers op de wip die al sinds de jaren 1990 als vaandeldrager fungeren van een ‘typisch Vlaamse stijl’ met sterk performatieve inslag, verrassende samenwerkingen en veel branie in het samenstellen van concertprogramma’s.

Er komen serieuze barsten in de zakelijke en organisatorische ondersteuning van een hele rist jonge en midcareer kunstenaars.

‘Bloemen verwelken, scheepjes vergaan’ luidt wel eens de reactie op het ter discussie stellen van welluidende namen en structuren die al langer meegaan. Maar ook voor een vermaard podiumkunstencollectief als Needcompany (sinds 1986) geldt dat het met zijn gestaag toegenomen middelen intussen ook allerlei nieuwe dynamieken onder dak heeft genomen, en doorstroom van jonger talent faciliteert. Verjonging gebeurt steeds meer binnen structuren. Zonder die structuren zal ze dan ook een stuk moeilijker lopen.

Tegelijk komen er serieuze barsten in de zakelijke en organisatorische ondersteuning van een hele rist jonge en mid-career kunstenaars en zelfstandige producerende organisaties zonder structurele middelen: meerdere alternatieve managementbureaus kwamen onder de strenge streep of in de wachtkamer terecht.

In de klassieke muziek dreigt samen met Cohort en ChampdAction (dat zich van ensemble heroriënteerde naar een ontwikkelings- en productieplatform voor individuele muziekmakers) ook de flexibele onderbouw van een hele middengeneratie (Zwerm, Hyoid, Tiptoe…) in te storten. Ook de preadviezen voor Hiatus, Caravan, SPIN en Jubilee zijn vooral slecht nieuws voor alle podium- en beeldende kunstenaars en creatieve organisaties die deze managementbureaus en artist-run productiekernen vertegenwoordigen. Hoeveel jonge en ondertussen al minder jonge ensembles, muzikanten en componisten moeten het dan weer alleen zien te rooien om hun projecten te realiseren, met contacten en contracten van aan de keukentafel?

Kraters in Cambodja

5. Beste commissie, lees nieuwsgierig

Klein, vreemd, dik, luid, onbegrijpelijk of surreëel…. Gladgestreken kunst was nooit spannend. Een gladgestreken sector is dat ook niet. Laat jullie blik dus niet meteen bepalen door de rekenmachine, maar focus op de artistieke plannen. Laat je sturen door een basisnieuwsgierigheid naar de vraag welke stemmen we de komende vijf jaar willen horen, door welke experimenten we ons willen laten verrassen. Waar kunnen die verhalen rijpen en groeien, waar kan een publiek ze proeven?

Misschien vertoonden enkele aanvraagdossiers van de genoemde organisaties mankementen, daar kunnen wij niet over oordelen. Maar laat ons ook beducht zijn voor de groeiende neiging in ons kunstenbeleid om ‘een goed geschreven dossier’ zoveel zwaarder te laten wegen dan wat organisaties dagelijks op de vloer verwezenlijken, en het artistieke of maatschappelijke belang daarvan. Papier heeft soms zo zijn beperkingen.

In sommige preadviezen is het gebrek aan diepe veldkennis en inzicht in historiek sterk voelbaar.

Commissies trouwens ook. Een vaak gehoorde kritiek in het veld was het gebrek aan voldoende expertise in de commissies. Uit respect voor deontologie konden een heel aantal commissieleden met degelijke veldkennis in deze ronde niet meedoen, of toch niet in de commissie waarvoor hun expertise anders zeker gevraagd zou zijn. De commissies werden aangevuld met mensen die misschien niet minder capabel zijn, maar lang niet altijd het besproken werk zelf hebben kunnen volgen en daar in het moordende tempo van de hele beoordelingsprocedure ook geen tijd voor hadden. In sommige preadviezen is het gebrek aan diepe veldkennis en inzicht in historiek sterk voelbaar.

Expertise en veldkennis zijn natuurlijk cruciaal om het kaf van het koren te kunnen scheiden. Gelukkig is het nog niet te laat: roep die expertise alstublieft alsnog in, als jullie twijfelen omdat je een organisatie, een discipline en/of functie onvoldoende kent.

6. Beste commissie, lees als een slimme investeerder

Opgelet, we roepen niet op om alles en iedereen mee te nemen ‘omdat ze bestaan’, en al zeker niet ten koste van positief geadviseerde plannen. Kaasschaafscenario’s zijn al vaker gebruikt: iedereen hakt nog maar eens een teen of een hand af om als veld te kunnen blijven overleven. Maar zulke operatieve ingrepen zijn absoluut niet meer wenselijk: ze maken van het veld veeleer een veldhospitaal. Een hospitaal dat net niet goed is voor de gezondheid, laat staan de beoogde kwaliteit. Wat we jullie wel vragen, is om jullie keuzes ten gronde te overwegen en te beargumenteren voor de toekomst van het veld.

Niemand zal er directer mee geconfronteerd worden dan jullie: er is gewoon te weinig geld om in Vlaanderen een gezond kunstenlandschap te garanderen.

Natuurlijk zijn we ons terdege bewust van de financiële en decretale restricties waarin jullie bovenstaande overwegingen moeten maken. Om de olifant in de kamer te noemen: jullie moeten een corrigerend landschapsadvies uitbrengen voor 4,5 miljoen euro, terwijl de geadviseerde bedragen voor alle ‘adviezen buiten budget’ samen rond de 20 miljoen zullen draaien. En dan hebben we het nog niet over het budgettaire plaatje van alle negatief geadviseerde plannen.

Niemand zal er directer mee geconfronteerd worden dan jullie: er is gewoon te weinig geld om in Vlaanderen een gezond kunstenlandschap te garanderen voor de aanwezige kwaliteit. Misschien is het dan ook aan jullie om het budgettaire keurslijf waar we als sector keer op keer worden ingeduwd, bij de minister scherp ter discussie te durven stellen?

Je kan wel zeggen: geen werkingsmiddelen meer, dat betekent toch niet noodzakelijk het einde van organisaties? Dat klopt. Of toch voor sommige werkingen. Het effect is dan wel – behalve een hoop ontslagen en nog meer flexwerk – dat de druk gewoon verschuift naar de projectsubsidies en/of de sowieso al manke begrotingen van steden en gemeenten. Ook financiën vormen nu eenmaal één verknoopt landschap. Zolang er geen geld bijkomt, blijft de knoop.

Net als bij sectoren als zorg of onderwijs is onze maatschappelijke basisvoorziening door jarenlange bezuinigingen tot op het bot uitgehold.

Maak daarom graag ook zelf de oefening ‘positief buiten budget’: geef de minister naast jullie advies voor de beschikbare middelen graag ook mee waar jullie verder warm van worden, en wat extra ondersteuning verdient als hij toch extra geld vindt. Wij hoorden in de wandelgangen dat hier politieke wil voor is.

Dat is hoegenaamd niet te veel gevraagd. Net als bij sectoren als zorg of onderwijs is onze maatschappelijke basisvoorziening door jarenlange bezuinigingen tot op het bot uitgehold. Door gebrek aan indexering voor cultuur functioneren we eigenlijk nog steeds op het niveau van 2014. Er zijn dus mensen die vandaag letterlijk geen cent méér verdienen dan acht jaar geleden, en die deze situatie – ondanks forse inflatie – mogelijk verlengd zien tot 2026. Het leidt vandaag tot heel wat burn-outs en een dramatische braindrain. Zo zou de jongste twee jaar tot 40% van de technici uit de sector zijn weggevloeid.

Er is een grens aan wat toelaatbaar is, maar grote delen van de sector zitten daar al onder.

Net tegen zulke precarisering werd er zoiets ingevoerd als Fair Practice, een stokpaardje van de minister. De globale budgetten optrekken zou daarvan een logisch gevolg moeten zijn. Anders loopt de machine opnieuw vast op kosten van de vele werknemers en freelancers in het veld – met name opnieuw de kunstenaars. Lees de wetenschappelijk waterdichte inzichten van de nieuwste studie Loont Passie: er is een grens aan wat toelaatbaar is, maar grote delen van de sector zitten daar al onder.

Jullie verkeren in een positie om nog maar eens een lans te breken voor een waardig en structureel gefinancierd kunstenveld. Gebruik ze! Eigenlijk is er zelfs het dubbele nodig van die 20 miljoen, zo berekende oKo. Groot is onze overtuiging dat het zal lonen. Met 1 euro subsidie genereert de gemiddelde kunstenorganisatie 1,7 euro extra, nog los van wat de bezoeker daarnaast aan horeca en vervoer besteedt bij concert- of expobezoek.

Kraters

7. Beste commissie, lees kortom met zorg en empathie

Lees als tuinier niet alleen wat de beoordelingscommissies te zeggen hebben over de dossiers binnen en buiten budget, maar vergeet ook niet wat er met ‘negatief’ verloren lijkt te gaan. Gooi het snoeisel niet prompt bij de vuilnis, maar wees je bewust van welke lege plekken er ontstaan. Hoe vangt het veld een geschrapt stadstheater op? Wat moet er in de beeldende kunst of de muziek herplant worden? Kan er iets dienen als compost?

Wie gaat er zorgen voor die actoren die harde klappen krijgen en misschien zelfs knock-out geslagen worden?

Als de dossiers van tafel zijn, is jullie klus geklaard. Maar dan begint het werk van het veld zelf. Wie gaat er zorgen voor die actoren die harde klappen krijgen en misschien zelfs knock-out geslagen worden? Wat met mensen die ontslagen moeten worden? Wat met kennisoverdracht? De braindrain uit de sector? Zeker, dat is niet jullie opdracht. Maar de uitstroom begeleiden blijft wel een prangend thema. Welk advies geeft u de minister mee rond het herstellen van dit landschap?

Want we zouden bijna vergeten dat dit veld nog volop aan het bekomen is van een covid-crisis die er zwaar inhakte. Misschien heeft de veerkracht van de sector eerst eens een booster nodig, voor ze met nieuwe taken wordt opgezadeld?

In elk geval wensen we jullie een vruchtbaar overleg.
Er staat een landschap op het spel.

Met vriendelijke groeten,
Namens velen,

Wouter Hillaert, lid kerngroep State of the Arts
Katrien Reist, lid kerngroep State of the Arts
Lana Willems, algemeen directeur Monty

#ambitieuzerdandit

Mee ondertekend door:

Frederik Sioen (muzikant & coördinator Gents Kunstenoverleg), Adinda Van Geystelen (directeur Z33), Jo Roets (artistieke leiding Laika), Femke Vanpoucke (algemeen coördinator Rataplan), Melat Gebeyaw Nigussie (directeur Beursschouwburg, co-voorzitter bestuur BKO), Elsemieke Scholte (artistiek coördinator TONEELHUIS), Eric Joris (artistiek leider CREW), Vicky Vermoezen (algemeen coördinator DE MAAN), Stephanie Koziej (coördinator Limburgs Kunstenoverleg), Lucía García (directeur iMAL), Katrien De Bruycker & Steve Piens (artistieke en dagelijkse leiding 4Hoog), Judith Vindevogel (WALPURGIS), Sven Ronsijn (artistiek leider ULTIMA THULE), Marc Verstappen, Amelie Aernaudts, Patrick Sterckx (De Studio), Barbara Van Lindt (algemeen & artistiek coördinator Kaaitheater), Kim Calmeyn (zakelijke leiding Victoria Deluxe), Katleen Vermeir (lid artistieke leiding van de artist-run organisatie JUBILEE), Daan Vander Steene & Milo Rau (NTGent), Lies Serdons (directeur VONK), An De Bisschop (School of Arts Gent), Aernoudt Jacobs (artistieke leiding Overtoon), Esther Ursem (directeur Musica Impulscentrum), Björn Schmelzer (artistiek directeur Graindelavoix), Johan De Smet (artistieke leiding KOPERGIETERY), Evi Swinnen (Timelab), Kobe Van Cauwenberghe (Artistiek coördinator Cohort Productions en muzikant (Zwerm)), Luc Baeckeland (algemeen coördinator De Centrale), Pascal Gielen (ARIA - Universiteit Antwerpen), Jan Lauwers, Grace Ellen Barkey, Maarten Seghers & Johan Penson (Needcompany), Pierre Mertens (beheerder NICC), Robby Cleiren, Sara De Bosschere, Luc Nuyens, Sofie Sente & Sofie Vreys (de Roovers), Marc Maillard (artistieke leiding FroeFroe), Matthias Velle (freelance dramaturg, o.a. Kopergietery en de Roovers), Flore Opsomer (artistiek coördinator en zakelijke leiding Zuidpool), Leen Vanderschueren (coördinator cult! netwerk cultuurhuizen), Karel Dombrecht (algemeen coördinator Caravan Production), Johan Petit & Bart Van Nuffelen (artistieke leiding MartHa!tentatief), Rogé Verstraete (algemeen coördinator Citadelic vzw), Toon Callier (muzikant en co-coördinator bij Zwerm (ism Cohort Productions)), Danielle van Zuijlen, Valentijn Goethals, Tim Bryon, Marjoleine Maes & Tomas Lootens (coördinatie Kunsthal Gent), Carl Gydé & Kristof Blom (algemene leiding CAMPO), Fabienne Seveillac (zangeres en co-artistieke leiding HYOID voices), Stijn Devillé (Het nieuwstedelijk), Loes Jacobs (artistiek coördinator nadine), Kurt Melens (algemeen directeur Handelsbeurs Concertzaal), Daniel Linehan & Hanne Doms (leiding Hiatus), Lukas Pairon (directeur onderzoekersplatform SIMM, oprichter Music Fund), John Zwaenepoel (algemene leiding Damaged Goods & Decoratelier Jozef Wouters), Gerd Van Looy (algemene leiding Ictus), Nathalie De Neve (Minardschouwburg Gent), Sarah Eisa, Willy Thomas & Manu Devriendt (ARSENAAL/LAZARUS), Goedele De Veuster (medewerker Muziektheater Transparant), Greet Vlegels (MORPHO, bestuurder AKO), Stijn Dickel & Peter Aerts (Aifoon), Caro Marnef (Fameus, bestuurder AKO), Piet Arfeuille & Maud Verlynde (Theater Malpertuis), An Vandermeulen (Globe Aroma), Maarten Van Cauwenberghe & Lisbeth Gruwez (Voetvolk), Bart Vanvoorden (kunstencentrum nona, Abattoir Fermé, JazzLab, Contour Biennale), Julia Eckhardt (Q-O2), Rolf Quaghebeur (kunstencentrum KAAP), Edith Wouters (artistieke leiding, AR-TUR platform voor architectuur en ruimte), Quinten Wyns (Brussels Kunstenoverleg), Els De Bodt (hetpaleis), Margot Vanheusden & Etienne Wynants (Etablissement d'en face projects), Rebecca Diependaele (MATRIX Centrum voor Nieuwe Muziek & Nadar Ensemble), Piet Van Bockstal ( algemeen directeur Collegium Vocale Gent), Pieter Matthynssens (Nadar Ensemble), Hans Dewitte (kleinVerhaal), Andreas Halling (performer, co-artistieke leiding HYOID voices), Anyuta Wiazemsky Snauwaert (kunstenaar & coördinator NICC), Mirthe Demaerel (Coördinator Cas-co), Steven Reynaert (Muziekcentrum Dranouter), Francis Pollet (artistieke leiding I SOLISTI), Stefan Prins (componist, Nadar Ensemble), Dieter Sermeus (algemeen coördinator Trix, bestuurder AKO), Jurgen De bruyn & Sigrid Damen (Zefiro Torna), Chris Rotsaert (artistiek coördinator manoeuvre), Leontien Allemeersch & Michiel De Baets (de Koer), Caroline Dumalin (MORPHO), Patrick De Groote (Sfinks Mixed)