Beste cultuuromnivoor

Door Rudi Laermans, op Thu Sep 08 2022 07:54:00 GMT+0000

In zijn brief van de week zet Rudi Laermans de cultuuromnivoor een spiegel voor. Op zoek naar authenticiteit in de consumptiekeuzes van een specifiek segment cultuurzoekers, vindt hij eerder een vorm van sociaal narcisme. Is de Vlaamse culturo klassenblind geworden? Misschien is dit ook af en toe een brief aan zichzelf.

Het cultuurseizoen trekt zich andermaal op gang. U kreunt: YOLO = FOMO, wat een aanzienlijke portie keuzestress genereert: zoveel mogelijkheden! Een monomane jazzfanaat of klassieke muziekliefhebber heeft daar ook last van, maar u gaat vierdubbel gebukt onder het gewicht van uw culturele vrijheid. U graast immers graag op vele weiden, u lust alternatieve pop evengoed als betere soap en verorbert met plezier over de middag een pianistisch aperitiefconcert vooraleer u een avond later richting theaterzaal huppelt.

Feitelijk maalt u niet om kunst. Wat doet dat label er ook toe, tenzij voor statusgeile witte mannen? U denkt ruim en geniet in de breedte, u koestert een veelomvattende levensstijl die draait rond – ik schraap mijn keel – waarden als zelfontplooiing en ‘groen' welzijn (’s morgens yoga, ’s avonds vegan). Uiteraard bekent u zich ook tot dat weinig verplichtend kosmopolitisme, genre ‘openstaan voor de Ander’.

Omnivoriteit, dat is de paradox van een gesloten openheid.

De cultuurhuizen zijn u gevolgd. De meesten veranderden in supermarkten die een veelheid aan, ahum, culturele praktijken in de aanbieding hebben. Culturele omnivoriteit werd een businessmodel. Vanavond De Brambammers (ambient uit Limburg), morgen ontluikend piepkuikentheater uit het Gentse, overmorgen het meerkleurige slam poetry-gezelschap Frankly Funky, en in de aanloop naar het weekend de betere stand-upcomedy. Wat een culturele weelde!

Nu lust u veel maar niet alles. Uw cultuurterrein is wel degelijk afgepaald. U bent op een uitsluitende manier insluitend: omnivoriteit, dat is de paradox van een gesloten openheid. Liever geen platte gabber of rechttoe-rechtaan heavy metal bijvoorbeeld, al was dat over de top concert van Rammstein in Oostende ‘de max’ (uw woorden, ik sterf nog liever dan ze uit te spreken). De kunst van de ironische knipoog richting het populaire – of wat daarvoor doorgaat – is u inderdaad niet vreemd. Tot voor kort haatte u voetbal, nu supportert u voor Union. En techno kan, graag zelfs, maar enkel het betere soort. Beetje vreemd toch: u die het als schijnbaar relativistische omnivoor onnadenkend over de betere film of coffeeshop heeft.

Ziehier de nieuwe legitieme cultuur, versie omnivoriteit: liefst regelmatig gekruid met het soort van multiculturalisme dat voor een kritisch loensende buitenstaander nogal eens naar neokoloniaal exotisme neigt.

Te makkelijk kan niet, te complex is echt not done: moeilijkdoenerij (alweer uw woorden) druist in tegen uw democratisch discours. Klassiek mag, neoklassieke pianokitsch (mijn woorden) à la Max Richter al zeker. Wie daarentegen van Alban Berg of Helmut Lachenmann houdt, serveert u plat-populistisch af als een snob. Idem voor de liefhebbers van free jazz of noise rock: het moet wel een beetje leuk blijven. Ziehier de nieuwe legitieme cultuur, versie omnivoriteit: geen hoge cultuur naar oud burgerlijk recept maar hoogstaand vermaak, liefst ook regelmatig gekruid met het soort van multiculturalisme dat voor een kritisch loensende buitenstaander nogal eens naar neokoloniaal exotisme neigt.

U beheerst op een geraffineerde manier de kunst van het behendig laveren tussen uitersten. Toegankelijke film, muziek of podiumkunst met een arty twist is helemaal uw ding. Nick Cave. FC Bergman. Kae Tempest. Ryusuke Hamaguchi. Ik noem losweg wat namen, in de rekken van de alternatieve mainstream liggen tig waren te blinken. Pardonnez-moi, maar nogal wat van die cultuurproducten getuigen van een klef aandoend humanisme. U hebt het echter liever over authenticiteit: dat toverwoord laat u toe om schijnbaar moeiteloos de commercialiteit van de aangeprezen koopwaar te negeren.

Authenticiteit is de ideologie waarmee de culturele omnivoor haar eigenste warenfetisjisme legitimeert.

Nick Cave, inderdaad mijn zwart schaap - de man draagt dan ook steevast een zwart pak met bijpassend wit hemd. Nick Cave dus, die live voor tienduizend mensen in het Antwerps Sportpaleis talig samengebalde diepzinnigheden (afijn, wat heet) afwisselend fluistert en uitschreeuwt: hoe authentiek! En u was erbij! Uw geest en lichaam werden doordrongen van een waarachtige muzikaal-poëtische zelfexpressie: u was sprakeloos! Ondanks die peilloze ontroering vond u toch nog de tijd en concentratie om uw persoonlijke aanwezigheid digitaal te documenteren en dat fotografisch bewijs van uw audiëntie bij N.C. meteen te instagrammen. Over het prijskaartje van uw gezwijmel zweeg u zedig. Authenticiteit is de ideologie waarmee de culturele omnivoor haar eigenste warenfetisjisme legitimeert.

Waarachtigheid impliceert eigenheid, niet te verwarren met eigenzinnigheid. U koestert uw eigenste smaak, uw eigenste singulariteit, uw eigenste identiteit, uw eigenste emotionele knopen die niemand anders kan ontwarren. U praat honderduit over nog een resem andere ‘eigens’ die u als persoonlijk eigendom beschouwt. Possessief individualisme, versie neoliberale postmoderniteit: ‘ik heb een eigenste zelf, investeer daarin, en zal zo nog meer zelf-en en toe-eigenen’. Kapitaalsaccumulatie, versie psychokapitalisme.

Plots is iedereen zichzelf door met een flard roze door het geklede leven te gaan: massa-individualisme bestaat.

Merkwaardig genoeg is de authentieke expressie van uw eigenste singulariteit nogal modegevoelig. Plots is iedereen zichzelf door met een flard roze door het geklede leven te gaan: massa-individualisme bestaat. Nu ja, in uw persoonlijke beleving doet dat collectieve er niet toe. Ook dat is ervaringseconomie: ‘ik ben wat ik voel in kleren die anderen ook toevallig dragen’. Toevallig?

De hipster of de Dansaertvlaming is welzeker een achterhaald tijdsicoon, maar blijft prototypisch voor de zelfbenoemde avant-garde van het cultureel omnivorendom. U bent mee, u draagt eigentijdse wanten: een beetje neo-soul, een keer per jaar Milo Rau, wekelijks een snuif Netflix, tussendoor een flard jong theaterwerk, ‘en vanavond gaan we naar dinges, euh, afijn, dat nieuw jazzgroepje waarin onder meer Lander Gyselinck zit.’ Kassa 19 van Claire-Louise Bennett hebt u natuurlijk ook al gelezen of minstens visueel besnuffeld. Neen!? Nou ja, alle begrip: in het tijdperk van de veralgemeende mode moet zelfs de voorhoede af en toe de paraplu opentrekken voor het teveel aan cultuurdruppels.

U waant uzelf uniek en ziet helemaal niet dat u een verwisselbaar exemplaar van de nieuwe culturele burgerij bent.

U waant uzelf uniek en ziet helemaal niet dat u een verwisselbaar exemplaar van de nieuwe culturele burgerij bent. Vandaar dat massa-individualisme of uniform nagestreefde distinctieprofijt in uw omgang met zowel uw beter boerende economische evenknie als korter geschoolden. Jawel, de economische burgerij minacht u: in haar ogen was en is iedere culturo een dikdoenerige armoelijder (tenzij die per uitzondering veel verdient). Even jawel kijkt u neer op mensen in Primark-kledij, zij het steels en soms schuldbewust. De welgestelden zijn openlijk neerbuigend of beleefd minzaam, u munt uit in hypocrisie.

U voelt zich beter zonder u ook beter te willen voelen. Zelfverheffing als onbedoeld gevolg van een als evident ervaren levensstijl onderscheidde altijd al de burgerij van de kleinburgerij. Overigens probeert u anderen in eigen kring wel degelijk bewust te overtroeven. ‘Ken je Klein niet? – neen, niet Yves Klein maar de muzikante.’ Verwonderde ogen hier en een monkelend lachje daar, en onderwijl boekt uw innerlijk incassobureau een weldoend profijt in de eigenste annalen.

U bent pertinent klassenblind in uw zelfvoldane zelfreflexiviteit, met of zonder hulp van een therapeut of Knack Weekend.

Culturele omnivoriteit, dat is het ethos van singulariteit en authenticiteit als basis voor exclusiviteit. De crux van het ermee corresponderende symbolisch geweld is dat u ook nog eens voor anderen uitmaakt wat voor waarachtig kan doorgaan. Het resultaat is een gezwatel van jewelste. Dat verandert evenwel in hoogst performatief gezwets als het kan bogen op diploma’s, in eigen kring erkende deskundigheid en andere uitingen van symbolische erkenning. Of bent u soms ook niet verbaasd over het almaar aanwassende legertje van coaches? Let’s keep it simple: met uw omnivoor consumentisme bewoont u een specifiek marktsegment, punt aan de lijn. Authenticiteit is een kaduuk geloofsartikel dat ondertussen volkomen is gecommodificeerd.

Facit: u bent pertinent klassenblind in uw zelfvoldane zelfreflexiviteit, met of zonder hulp van een therapeut of Knack Weekend (‘Inspiratie voor uw lifestyle’). Cultureel omnivorisme en sociaal narcisme zijn twee zijden van eenzelfde munt. Enjoy your show.

Vriendelijke groet,
Rudi Laermans