'Bedankt, Fernand!' - De kunst van het gastenboek

Door Arne De Winde, op Wed May 31 2017 22:00:00 GMT+0000

Iedereen kent die plechtstatige maxivolumes in lederen band die aan de uitgang van exposities en musea liggen. De pennenvruchten die daarin opduiken, lijken een energie-investering waar geen hond een ruk om geeft, of aan heeft. Ze gaan verloren om nooit of te nimmer gelezen te worden. Niet in het geval van de expositie Voor God & Geld.

Een gastenboek doorblader je, dat lees je niet. Of zo gaat dat toch bij de meesten die al eens in een charmante Ardeense chalet hebben overnacht of een museum hebben bezocht. De organisatoren van Voor God & Geld, de expositie die van juni 2016 tot januari 2017 in het Gentse Caermersklooster liep, dachten daar evenwel anders over. Elke bemerking uit het gastenboek, hoe banaal ook, transcribeerden zij minutieus – om ze daarna te rangschikken volgens categorieën als Professoren, Vlaams en Audioguide. Maar schijn bedriegt. Als je de best of-file vergelijkt met het originele gastenboek, blijken enkel de meest lovende kribbels van de vergetelheid te worden gered.

De succesexpo Voor God & Geld van curator Katharina Van Cauteren en mecenas Fernand Huts – en al zijn Foundations en bedrijven – bracht hulde aan de ondernemersgeest die in onze contreien in de middeleeuwen ontlook en van Vlaanderen ‘het Silicon Valley van de wereld’ maakte, ‘het technologisch, industrieel en handelsepicentrum van de middeleeuwen’ (zo de officiële brochures). Men kan van dit triomfalistische narratief het zijne of het hare denken, maar onze mening doet er hier even niet toe. Wat dit gastenboek immers toont, is dat het publiek zelf een kritische massa is, die heel goed de sterktes, de zwaktes, de krachtlijnen en de pijnpunten van een expo aanvoelt.

Thesaurus van superlatieven

Sommige van de pakweg 1.500 commentaren zijn niet meer dan een teken van leven, een graffitiachtige krabbel om te signaleren: ik leef (nog). Een eigennaam (zonder meer) of een penis in drie lijnen (1: balzak en schacht, 2: eikelrand, 3: plasgaatje) getuigen van de vitale drang zichzelf kenbaar te maken en ergens toe te behoren, zelfs al denkt men zich daar met een dikke middenvinger juist aan te onttrekken. Zodra men iets in het boek pent, maakt men immers onvermijdelijk deel uit van een communicatieve community. Velen voelen daarbij de drang om hun identiteit geografisch te specifiëren en te salueren met bijvoorbeeld ‘Kempense groeten’. Het is een charmant regionalisme dat tegelijk wat intriest is: ‘Kijk eens, Fernand, (zo lijkt men te zeggen) van hoever we gekomen zijn, speciaal voor jouw tentoonstelling!’ En ja, als curator en organisator speel je die bovenlokale aantrekkingskracht vervolgens maar al te graag uit. In de masterfile staat niet toevallig ook de categorie ‘Vlamingen in het buitenland’.

Meerdere bezoekers richten zich in het gastenboek onbeschroomd tot curator of mecenas, als waren ze hun beste vrienden: ‘Beste Karen en Fernand’ en ‘Mijnheer Huts’. Een zekere Michel weet met zijn blijdschap geen blijf en schreeuwt het uit: ‘Fernand, je bent fantastisch!’ En Michel moet zich geen zorgen maken. Zijn reactie staat in de masterfile van Fernands Phoebius Foundation mooi geboekstaafd onder de categorie ‘Aan Dhr. Fernand Huts’. Er is dus wel degelijk een directe lijn met God de Vader … of de ‘nieuwe Hertog van Brabant’, zoals Huts in het gastenboek ook wordt genoemd.

Hoe men het ook draait of keert: het leggen van een gastenboek veronderstelt lofbetuigingen. In het geval van Voor God & Geld zijn die dan ook rijkelijk. Het boek leest welhaast als een thesaurus voor uitingen van grandeur en pracht, en getuigt zo van een onstuitbare talige originaliteitsdrift. Zo kan je bijvoorbeeld zien hoe mensen halsstarrig vermijden eenzelfde adjectief te gebruiken binnen een straal van twee pagina’s en zo de taal laten spatten, sprankelen en – tja, ook – sputteren. Voor God & Geld heet mooi, interessant, super, buitengewoon, schitterend, fantastisch, uitzonderlijk, prachtig, amazing, subliem (en dat alleen al op pagina drie van het gastenboek). De expo wordt omschreven als een ‘pareltje van internationale allure’, ‘een streling voor geest en oog’, ‘een openbaring’. Kortom ‘een wereldtentoonstelling waardig!!!’. Het genre van het gastenboek vraagt om zulke superlatieven, het is de te verwachten geste bij het buitengaan.

Mozaïek aan kritiek

Maar het boek laat tegelijk ook een ruimte voor kritische reflectie en interactie. De meest diverse aspecten van de expo worden gewikt en gewogen, en soms vlijmscherp gedissecteerd: van scenografie, belichting en toegankelijkheid over corpsgrootte van infoteksten en audioguide tot collectie en de eigenlijke opzet van de expo. Vooral dat laatste lijkt de gemoederen van de bezoeker te beroeren. De ene komt naar buiten als trotse Vlaming, gelouterd van elk minderwaardigheidscomplex (‘nieuwe fierheid’, noemt iemand het). De ander verlaat Huts’ universum als kosmopoliet, ‘gedegouteerd’ door een misplaatst chauvinisme dat enkel en alleen op historische manipulatie lijkt te berusten.

In zekere zin draaien alle reacties om het verlangen naar (dis)continuïteit: is het inderdaad zo dat de geschiedenis zich steeds weer herhaalt of voortzet? Zijn we al dan niet wie we waren – en moeten we dat wel opnieuw worden? Toont het verleden wat het heden al is of de toekomst nog moet worden? Moeten we ook echt ‘blijven geloven en kopen’, zoals Kathy, Claire en Eliane proclameren?

Deze expo scheidt meer dan ooit de geesten en dat weerspiegelt zich ook op het blad. Een kritische noot wordt onmiddellijk gecounterd door tal van tegenwerpingen. Hoewel je weet dat je reageert op een persoon die jouw repliek nooit zal lezen, wil je wat rechtzetten tegenover diegenen die na jou komen. Het lijkt haast niet te horen, een al te scherpe commentaar in een gastenboek. En toch toont deze mozaïek hoe het in een gastenboek kan stuiven dat het een lieve lust is. Elektrificerend vliegen de hanenpoten in het rond.

Arne De Winde is literatuur- en cultuurwetenschapper. Hij is docent en postdoctoraal onderzoeker aan PXL-MAD School of Arts en LUCA - School of Arts, en redactielid van rekto:verso.