The Roots: ‘Make My’

Door Jurgen Boel, op Fri Mar 16 2012 19:33:01 GMT+0000

Negen studioalbums ver (het in eigen beheer uitgebrachte Organix niet meegeteld) blijft The Roots een van de meest opzienbarende hiphopcollectieven die er zijn. Met het derde album Things Fall Apart (1999) wist de groep zichzelf niet alleen definitief op de kaart te zetten, maar ook de norm voor alle volgende platen vast te leggen.

Na jaren zuchten onder het Bush jr.-regime en de daarop geïnspireerde platen Game Theory en het opvallend donkere Rising Down, brak er met How I Got Over opnieuw een meer zonnige en soulvolle periode aan. De zogenaamde Obama-plaat luidde tevens de terugkeer in van The Roots, die eerder verklaarden dat ze met Rising Down hun laatste album hadden uitgebracht. Undun ligt muzikaal in de lijn van die laatste plaat, maar laat qua thematiek een heel ander geluid horen. The Roots hebben ditmaal namelijk voluit voor een conceptalbum gekozen.

51_Boel_PSW_TheRoots.jpgOp zich is het niet zo vreemd dat een maatschappijkritische band als The Roots naar het leven van alledag teruggrijpt. Maar terwijl hun sociale bewogenheid op de vorige albums nog vaag was verweven in de teksten of de albumtitels – die naar romantitels of wetenschappelijke theorieën verwezen – krijgt ze bij Undun een heel specifieke invulling. Aan de basis ligt, ietwat vreemd misschien, het instrumentale nummer ‘Redford (For Yia Yia & Pappou)’ van Sufjan Stevens. Dat nummer, te horen op Stevens’ plaat Michigan, vormt voor The Roots het startpunt om het verhaal te vertellen van de crimineel Redford.

Met het verhaal van Redford brengen The Roots geen klassiek verhaal over een rise and fall, noch een Tony ‘Scarface’ Montana-geïnspireerde tragedie over een crimineel die larger than life was. Redford is veeleer een straatschoffie dat weliswaar enig succes kende in zijn criminele carrière, maar finaal sterft hij al even anoniem als hij ter wereld is gekomen. Opvallend is dat de groep het verhaal laat starten met de dood van Redford, en met elk nummer verder in de tijd terugkeert. Toch is het meest intrigerende van heel het album dat Redfords (fictieve) verhaal eigenlijk nergens expliciet wordt verteld. De songs blijven een voldoende abstract en universeel karakter behouden dat het particuliere van dit ene verhaal ver overstijgt.

In essentie is het verhaal van Redford niet meer dan een kapstok waaraan kritische reflecties en overpeinzingen worden opgehangen. Het verhaal, dat onder meer via enkele virals uit de doeken wordt gedaan, vormt een rode draad die nooit expliciet in Undun aan bod komt. Toch bestaat het concept niet louter in de hoofden van recensenten of meerwaardezoekers. Want wie de plaat muzikaal ontleedt, hoort doorheen de verschillende songs bepaalde sporen en melodieflarden terug die het album tot een coherent geheel maken. Sufjan Stevens’ song duikt overigens zelf op in ‘Possibility’, dat de start vormt van de afsluitende, instrumentale trilogie/epiloog. Maar laten we even wat aandachtiger luisteren naar ‘Make My’, het derde nummer op de plaat.

0’01”: Voorzichtig voortschuifelend trekt de eerste melodielijn op keyboard/orgel zich op gang; het lijkt meer een behoedzaam fluisteren dan een echte opener. Het klinkt alsof de band zelf niet goed weet welke weg ze zullen inslaan, net als Redford, de protagonist voor wie de keuze tussen leven en dood nog slechts een song is verwijderd.

0’14”: De melodielijn lijkt zijn terughoudendheid te laten varen en geeft zijn essentie bloot, zij het met nog enige reserves.

0’31”: De drum laat van zich horen, volledig in lijn met de ondertussen opengebloeide maar verstilde melodie, behoedzaam en zacht. Niet meer dan een bijna onhoorbare, droge tik.

0’36”: De drum houdt zich niet meer in en laat zijn toms spreken.

0’37”: Met de bepaling van het drumritme, een mooi samenspel van basdrum, snare en hi hat, wordt het startschot voor de song gegeven. De gitaar neemt meteen het leidmotief over en laat zich van haar meest zorgzame kant horen.

0’40”: De eerste zangstem dient zich aan. Gastvocalist Big K.R.I.T. laat zijn flow bij die van Kanye West aanleunen, zonder diens overdreven parafrasering over te nemen, en voelt perfect de tragische ondertoon van het nummer aan. ‘I did it all for the money, Lord’ is niet minder dan een late (vroege) bekentenis, een besef van de vergankelijkheid van alles, geconfronteerd met het laatste doek dat vallen zal.

1’10”: De gitaar voert de onderliggende melodielijn subtiel naar het refrein, dat pas enkele seconden later echt prominent wordt. Het is een warme deken die de wrangheid van de songtekst verhult.

1’18”: De laatste woorden van Big K.R.I.T. echoën nog na, wanneer de croonende stem van Dice Raw zich aanbiedt om het refrein in te luiden. Een troostende stem die de bittere pil helpt door te slikken, al zal Black Thought die later tegenspreken.

1’40”: Een enkele cimbaalslag luidt de komst van Black Thought aan, die met zijn klassieke flow opnieuw zijn stempel op de song drukt: ‘Tryin’ to control the fits of panic / Unwritten and unraveled / it’s the dead man’s pedantic / Whatever, see it’s really just a matter of semantics. / When everybody’s fresh out of collateral to damage’. Niet meteen woorden die je associeert met het relaas van een crimineel.

2’14”: Black Thoughts laatste woorden (‘If there’s a Heaven I can’t find a stairway’) zijn nog niet koud wanneer Dice Raw nogmaals steun en troost wil geven. Het is aan de luisteraar om te bepalen wiens stem hij volgen wil.

2’33”: De laatste woorden van Dice Raw (‘departure from the world’) worden zonder muzikale ondersteuning gebracht, waardoor de soulinslag die doorheen de hele plaat zit nog eens extra onderstreept wordt.

2’36”: Een nieuwe drumslag luidt een lichte melodiewijziging in. De drum maakt het iets complexer qua samenspel tussen basdrum, snare en hi hat, zonder het basisritme te wijzigen. De bas verkiest intussen een loopser speelritme en het keyboard/orgel laat een vloeiender geluid horen, dat nog weinig gemeen lijkt te hebben met de voorzichtige passen van de eerste helft van de song. Het is geen opstoot van hoop of vernieuwd vitalisme, maar een berusting en aanvaarding van het lot.

4’08”: Een laatste cimbaaltik legt alles behalve het keyboard/orgel het zwijgen op. Die laatste kabbelt zachtjes richting uitgang met een melodie die gaandeweg vervaagt tot een enkele toon.

4’31”: De laatste toon sterft uit. Een voorbode van wat zal volgen (maar in dit geval dus eigenlijk al eerder kwam).

Bekijk ook een deel van de single, uitgebracht als viral.

In elk nummer dissecteren we een recente song. Muziekkritiek op de vierkante millimeter.

Jurgen Boel is onder meer muzikant (Grain Of Sand) en redacteur voor het onlinemagazine goddeau.