Noah: All Aboard!

Door Sam De Wilde, op Tue Apr 08 2014 23:57:32 GMT+0000

Zesarmige, uit aarde opgetrokken monsters leveren verbeten strijd met een horde bloeddorstige wildemannen. En terwijl deze barbaarse bendes een uitgedroogd wasteland terroriseren, zet een man zijn familiegeluk op het spel door obsessief zijn apocalyptische visioenen te volgen. Lord of the Rings? Mad Max? Of misschien Take Shelter? Nee. De Bijbel, of toch Darren Aronofsky’s versie van het heilige boek.

‘In die dagen – en ook nog daarna – leefden er reuzen op de aarde.’ (GENESIS 6,4)

In Genesis neemt het verhaal van Noach en de ark amper vier van de vijftig hoofdstukken in beslag. Erg spannende lectuur is het niet. Na vrij precieze instructies over het bouwen van de ark en over wat wel en niet mee te nemen, volgt vooral veel water:  ‘Oh it rained forty days and it rained forty nights.’ Genesis biedt nauwelijks dialoog en over de gevoelens van de personages kom je – ondanks de extreme keuzes waar ze voor staan – al helemaal niks te weten. Ruimte genoeg dus voor interpretatie en zo proberen Aronofsky en Paramount hun Noah dan ook hardnekkig te verkopen. Als een interpretatie. Eentje die bioscoopbezoekers van velerlei achtergronden (lees: gelovigen én niet-gelovigen) moet weten te boeien.

EEN VLOEDGOLF AAN PROTESTEN

Aronofsky en zijn scenarioschrijver Ari Handel maakten eerst een stripversie van het verhaal over de grote vloed, getekend door Niko Henrichon. Denk daarbij vooral aan Noach als een kruising tussen Thorgal en Thor (inclusief de rode wapperende cape). In de stripalbums vullen Aronofsky en Handel de ruimte voor interpretatie met reuzen, sci-fi, mythische dieren en andere bovennatuurlijke verschijnselen. God – die nooit God, maar steeds de Schepper genoemd wordt – spreekt tot Noach via dromen en drugsgeïnduceerde visioenen. Ook Noach zelf blijkt via een buitenzintuiglijke band met zijn dieren te kunnen communiceren. De strips vormen niet letterlijk het storyboard van de film en de meest fantasierijke uitspattingen werden netjes getrimd, maar vele van de ‘vrij geïnterpreteerde’ scènes uit de strip haalden toch ook de final cut van Noah. Het resultaat mag dan wel een bravere, opgekuiste versie van de strip zijn, als interpretatie van een Bijbelverhaal blijkt dat nog steeds stout genoeg om voor de nodige ophef te zorgen.

Nog voor de film officieel in de zalen kwam, waren er al perslekken over desastreuze proefvertoningen onder het christelijke publiek. De film zou te weinig getrouw zijn aan het Bijbelverhaal. Vreemd genoeg werd vooral aanstoot genomen aan scènes die ook in Genesis voorkomen. Zo zijn er de Nephilim (Hebreeuws voor de reuzen die in Genesis 6,4 ter sprake komen), in Noah de Wachters genoemd. Toegegeven, in de Bijbel staat niet dat die reuzen eruitzien en klinken als Michael Bay’s Transformers of de Enten uit Lord of the Rings. Maar in de Bijbel staat ook niet dat ze géén zes armen hebben, of de donderstem van Nick Nolte. Erger nog voor de christelijke proefpersonen bleek één van de laatste scènes, waarin Noach stomdronken en poedelnaakt door zijn zonen gevonden wordt. Maar hier laat de Bijbeltekst geen twijfel over bestaan: ‘Noach was landbouwer en hij was de eerste die een wijngaard plantte. Toen hij van de wijn gedronken had, werd hij dronken en kwam naakt in zijn tent te liggen.’ (Genesis 9, 20-21). Dat Russell Crowe’s Noach een fundamentalistische global warming-activist is, die vindt dat zijn medemensen terecht door een zondvloed uitgeroeid worden omdat ze hun afval niet voldoende sorteren en te veel vlees eten, stootte dan weer op iets minder protest.

Voor de milieuactivisten wordt Noach neergezet als een strikte vegetariër die tot het uiterste gaat om de fauna en flora van de planeet te redden.

Voor eender welke andere film van Aronofsky, die doorgaans met iets kleinere budgetten werkt, zou elke gelijkaardige vorm van ophef of discussie gewoon gratis reclame geweest zijn. Wanneer je echter een investering van om en bij de 130 miljoen dollar te beschermen hebt, dan wil je toch liefst zo weinig mogelijk aanstoot geven. In de reclamecampagne wist Paramount’s promotieteam dan ook zowel Noachs dronkenschap als de reuzen zorgvuldig op de achtergrond te houden. Daarnaast benadrukt Aronofsky in interviews dat Noah al de grootse momenten uit het Bijbelverhaal uitbeeldt (de ark, de dieren, het water, de eerste regenboog, de duif met het olijfblad in de bek) en dat de ark precies volgens de specificaties in de Bijbel werd gebouwd. Aan de eerste Amerikaanse box officecijfers te zien lijkt zijn strategie ook te werken. Hoewel het gelovige publiek niet even massaal opdaagt als het dat enkele jaren geleden wel deed voor Mel Gibsons The Passion of the Christ, is er ook absoluut geen sprake van een boycot. Het Amerikaanse openingsweekend bracht 44 miljoen dollar in het laatje. Dat leverde Noah meteen de eerste plek op in de box office top tien. De gelovige achterban is dus mee. Of toch deels, want in Qatar, Bahrein en de Verenigde Arabische Emiraten zal de film niet vertoond worden. Het direct verbeelden van Noach is in strijd met de islamitische wetgeving.

61_De Wilde_Noah 5.jpg

ELK ZIJN NOAH

Een productie met een budget als dat van Noah wordt gemaakt voor het grootst mogelijke publiek, en daar horen natuurlijk ook die mensen bij die niet uit religieuze overtuiging wel of niet naar de bioscoop gaan. Ook zij worden op hun wenken bediend. Of zo lijkt het toch. Noah kan uitpakken met sterren en Oscarwinnaars als Russell Crowe, Jennifer Connelly en Anthony Hopkins. Voor de liefhebbers van actie en fantasy zijn er de ‘Wachters’ en de veldslagen, de indrukwekkende special effects en zoveel kolkend water dat The Perfect Storm erbij in het niets verzinkt. En omdat het oude testament sowieso een langgerekt superheldenverhaal is, kan Russell Crowe, nadat hij in Man of Steel enkel Superman père mocht spelen hier eindelijk nog eens zelf de klappen uitdelen. Voor de hardcore arthouse adepten zijn er gelukkig ook enkele sequensen à la Terrence Malicks Tree of Life. Voor de hardcore ongelovigen smokkelde Aronofsky dan weer een heel klein beetje evolutieleer in zijn flashbacks, terwijl hij voor de milieuactivisten Noach neerzet als een strikte vegetariër die tot het uiterste gaat om de fauna en flora van de planeet te redden. Veel water geven die plantjes!

‘Voor elk wat wils’ klinkt als een succesrecept, ware het niet dat het voor een lekkere soep meestal niet volstaat om de favoriete ingrediënten van je tafelgasten in één pot te gooien. Om het met een flauwe bootmetafoor te zeggen: in hun poging iedereen aan boord te houden gaan Paramount en Aronofsky flink overboord. Niet alleen zitten de verschillende films die Noah probeert te zijn elkaar in de weg, in elk afzonderlijk genre zijn ook betere voorbeelden te bedenken. En daarvoor moet je zelfs niet heel ver terug in de tijd. Goede superheldenblockbusters en post- (of pre)apocalyptische sci-fi genoeg de laatste jaren. En binnen het door CGI gedomineerde fantasygenre zijn niet enkel betere films te noemen, maar zelfs betere computergames. Als ecothriller overtuigt Noah al meer, maar daar is de competitie dan weer veel beperkter.

Waar Noah echt interessant wordt, is waar Aronofsky thuis is: in het hoofd van zijn obsessieve en getormenteerde hoofdpersonages.

Toch lijkt alles er op te wijzen dat Noah de film is geworden die Aronofsky in gedachten had. En dus zou het al te makkelijk zijn hier een typisch onafhankelijk-regisseur-versus-grote-studiobonzen verhaal van te maken. Het onverwachte commerciële succes van Black Swan (de film bracht meer dan 300 miljoen dollar op) bezorgde Aronofsky een vrijkaart om met de grote jongens mee te spelen, en het siert de regisseur dat hij die kans aangreep om eindelijk een episch project te verwezenlijken waar hij al jaren op zat te broeden. De Lord of the Rings-creaturen en de Mad Max-momenten mogen dan wel vreemd aanvoelen, trouwe fans van Aronofsky zullen de hand van de regisseur niet alleen herkennen in de symboliek en de fundamentele vragen over leven en dood en wat het betekent mens te zijn. Ook in de spectaculaire visualisering van een bonte mengeling van metafysische vragen uit verschillende religies, filosofieën en mythologieën laat de maker van The Fountain zich kennen.

PLANEET ARONOFSKY

Waar Noah echt interessant wordt, is waar Aronofsky thuis is: in het hoofd van zijn obsessieve en getormenteerde hoofdpersonages. Het ongemak waar de Amerikaanse cineast zijn publiek doorgaans graag mee opzadelt, komt pas echt bovendrijven op het moment dat Noachs monomane vastberadenheid om de mensheid finaal te laten verzuipen, hem lijnrecht tegenover zijn eigen familie plaatst. Aronofsky laat Noach en diens familie worstelen met pertinente vragen waar de Bijbel aan voorbijgaat. Je hoort de mensen schreeuwen terwijl ze omkomen in de vloed. Maar zelfs wanneer Noachs vrouw en kinderen opperen dat tussen die ongelukkigen toch ook onschuldige zielen zitten die het redden waard zijn, blijft Noach vastberaden. Zo vastberaden dat je je sympathie voor het als superheld begonnen hoofdpersonage ongeveer halfweg de film helemaal verliest. Je moet Aronofsky heten om het aan te durven een antiheld te maken van één van de belangrijkste figuren uit het Oude Testament. Een figuur die daar bovendien door Jahwe zelf de enige rechtschapen man genoemd wordt. Wat dat betreft past Noach perfect in het rijtje Aronofsky-protagonisten, zoals de tussen genialiteit en obsessieve zelfdestructie weifelende Maximilian Cohen uit Pi en de door zijn omgeving uitgespuwde Randy ‘The Ram’ Robinson uit The Wrestler.

61_De Wilde_Noah 2.jpgTot slot maakt Aronofsky zich het zondvloedverhaal helemaal eigen in zijn ecologische interpretatie. Hij gaat heel ver door Noach neer te zetten als een fundamentalist die elke vorm van menselijke voortplanting wil uitsluiten om het Paradijs niet opnieuw door mensen te laten bezoedelen. Daarbij wijkt hij wel bijzonder ver af van de Bijbel, waarin ‘wees vruchtbaar, word talrijk en bevolk de aarde’ het leidende principe blijft. De grote vloed als een waarschuwing tegen global warming lijkt op zich niet zo vergezocht, maar Aronofsky’s invulling van Noach als een natuurbeschermer gone wild voelt toch vaak net iets te gekunsteld aan. De boodschap dat we omzichtig en doordacht moeten omspringen met onze leefwereld (of die nu door God geschapen is of niet) klinkt evenwel oprecht door en staat misschien wel dichter bij de essentie van het Bijbelverhaal dan conservatieve tegenstanders van de film willen toegeven.

Of Aronofsky nu de minst bijbelse (zoals hij zelf beweert) of de meest bijbelse Bijbelfilm ooit gemaakt heeft, is voer voor verdere discussie. Dat hij een buitenissige, soms op het randje van het doldwaze balancerende, maar niettemin opmerkelijke toevoeging aan zijn reeds opmerkelijke oeuvre heeft gemaakt, staat buiten kijf.

Noah loopt in de zalen vanaf 9 april.

Sam De Wilde studeerde filmwetenschappen aan UAntwerpen en is freelance criticus/programmator.