Lana Del Rey: 'Video Games'

Door Jurgen Tas, op Wed Jan 11 2012 18:33:10 GMT+0000

Is het een draak? Is het een luchtbel? Nee, het is een supersong, ‘Video games’ van Lana Del Rey. En toch veroorzaakte het nummer bij zijn release een storm van kritiek in de blogosfeer, met name in de ‘alternatieve’ lagen van de bevolking, waar hippe vogels rondfladderen. Zou het kunnen dat hun onbillijke beoordeling op andere argumenten was gebaseerd dan louter artistieke?

Uit de negatieve commentaren bleek in elk geval dat niet zozeer de muziek de steen des aanstoots was – dikwijls kwam die zelfs niet eens ter sprake – als wel de figuur van Lana Del Rey. Zij is het alter ego van de 24-jarige Amerikaanse Lizzy Grant, een rijkeluiskindje dat haar artiestennaam heeft laten influisteren door een managementteam, gefascineerd is door de glitter en glamour van het oude Hollywood en er ook wil uitzien als een diva (vandaar dat paar succulente collageenlippen, wellicht): allemaal zaken die bepaald not done zijn in het indie-milieu, waar authenticiteit het hoogste goed heet.

50_Tas_PerSecondeWijzer-Tas(fotoErezAvissar)_380.jpgNogal wat hipsters ergerden zich dan ook blauw toen haar debuutsingle ‘Video games’ (enfin, ‘debuutsingle’: in 2010 was al een volledig album verschenen van de frêle freule, maar dat is inmiddels niet meer verkrijgbaar, omdat ze het beschouwt als een valse start) goed werd ontvangen door de alternatieve muziekpers. Toen het invloedrijke indie-webzine Pitchfork de song zelfs een ‘Best new music’-etiket opplakte, foeterden veel lezers dat hun lijfsite meeging in een hype, en geen aandacht hoorde te besteden aan een mainstreamproduct. Als er in de hele heisa echter íéts getuigde van oppervlakkigheid, dan was het wel die geborneerde reactie.

Eerst en vooral, beste alternatievelingen: ‘mainstream’ is niet noodzakelijkerwijs synoniem met ‘bagger’. Liefhebbers van niet-commerciële muziek – en ik pleit ook zelf schuldig – hebben de onhebbelijke gewoonte hun neus op te halen voor alles wat nog maar riekt naar toegankelijkheid, hetgeen in casu niet alleen blijk geeft van een misplaatst esthetisch superioriteitsgevoel, maar ook van gemakzucht. Want mochten de criticasters van Del Rey de moeite nemen om ‘Video games’ eens fatsoenlijk te beluisteren, zouden ze bijvoorbeeld kunnen vaststellen dat er een interessante discrepantie bestaat tussen la Lana’s ultraglossy imago en de songtekst, die een disfunctionele liefdesrelatie beschrijft zonder de schone schijn op te houden. Zulks verraadt een gezond gevoel voor zelfironie – er zit meer in dit grietje dan je denkt.

Ze componeert bovendien haar eigen liedjes en is ook zelf verantwoordelijk voor de clip van ‘Video games’, waarin zowel amateurbeelden van skatende jongelui als paparazzo-opnames van een straalbezopen Hollywood-starlet zijn gemonteerd. Net die onnatuurlijke combinatie van een do it yourself-ethiek en een chique esthetiek, maakt van Lana Del Rey zo’n interessant fenomeen; ze omschrijft zichzelf treffend als een ‘gangster Nancy Sinatra’. Natuurlijk sticht die ambivalentie tegelijk verwarring en twijfel bij een publiek dat zich wel laat voorstaan op zijn ruimdenkendheid, maar in wezen aartsconservatief is: alternativo’s verwachten van hun muzikale helden dat ze lijden voor hun kunst, of op zijn minst die indruk wekken. Een salonfähig geföhnde nuf als Lana Del Rey past niet in dat plaatje. Maar zou het niet juister zijn het kind te beoordelen op haar artistieke merites, en alvast te erkennen dat ‘Video games’ gewoon een dijk van een song is?

Misschien blijkt bij het verschijnen van haar officiële ‘debuutalbum’ – bij het ter perse gaan van dit nummer werd nog geen datum geprikt; men spreekt van ‘begin 2012’ – dat we te maken hebben met een tragisch one hit wonder. Haal haar in dat geval gerust over de hekel. Doch als de nieuwe tracks die reeds online zijn opgedoken in hun liveversie – waaronder ‘Born 2 die’, met de uitnodigende versregel ‘Let me fuck you hard in the pouring rain, / you like your girls insane’ – enigszins representatief zijn voor de kwaliteit van de hele plaat, zou deze ogenschijnlijke etalagepop wel eens lang in de mode kunnen blijven.

‘VIDEO GAMES’, PER SECONDE WIJZER

0’00”: Vier galmende klokslagen kondigen de song aan, en maken meteen duidelijk dat wie allergisch is voor bombastische arrangementen beter een paar zakdoeken in de oren propt.

0’04”: Amper zes pianoaanslagen zetten de onderkoelde toon van het lied; een harp en een elektronische wind schilderen de sobere achtergrond.

0’12”: Strijkers zwellen aan in de beste Hollywoodtraditie. Lana Del Rey trekt de lijn van haar imago door in haar muziek, en toont zodoende aan dat ze een conceptueel totaalpakket biedt.

0’20”: De barbiepop blijkt over gouden stembanden te beschikken. Het meest gehoorde vergelijkingspunt/ compliment is Stevie Nicks.

0’28”: Lana’s vriendje toont zich van zijn meest romantische kant: ‘Open up a beer/
And you say get over here/ And play a video game’. Ik zie het de ouwe Clark Gable niet meteen doen.

0’36”: De zangmelodie gaat de hoogte in, terwijl Lana’s lichaam ‘downtown’ trekt – een metafoor voor nietsbetekenende seks met de voornoemde Cara Pils-hijsende casanova?

0’44”: Ze noemt hem ‘the bestest’: de beste van de besten. Als een vrouw zelfs taalfouten wil maken om je ego te strelen, dan heeft ze werkelijk alles voor je over.

0’53”: Tromgeroffel op de achtergrond: het refrein komt eraan!

0’55”: Nee, wacht: Lana wil in een pre-chorus nog even benadrukken dat ze zichzelf volkomen wegcijfert voor haar amant: ‘It’s you, it’s you/ it’s all for you/ Everything I do’. Ofwel lijdt ze aan een joekel van een minderwaardigheidscomplex, ofwel is ze bijtend ironisch.

1’04”: Ik gok op het tweede, want het (muzikaal prachtig ontluikende) refrein móét wel een hyperbool zijn: ‘Heaven is a place on earth with you/ Tell me all the things you want to do”. Lana imiteert kennelijk niet Barbie, maar dier parodie uit The Simpsons, Malibu Stacy.

1:38”: Muzikaal wordt alles hernomen vanaf de intro; de filmische strijkers blijven alomtegenwoordig.

1’46”: Lana claimt dat zij en haar hartendief voor de ‘fame’ leven, maar …

1’52”: (terwijl de violen na elke strofe vier noten toevoegen in staccatostijl)

1’56”: … poolbiljarten en darten in morsige bars lijkt me toch niet het summum van glamour, quoi.

2’02”: De enige keer dat Lana ‘stars’ ziet, is wanneer haar zatte lover haar tijdens een omhelzing bijna wurgt. Romantiek met hoofdletter R, voorwaar.

2’30”: Eerste herneming refrein, met diep in de mix traag getrommel als ritmische ondersteuning.

3’20”: Tweede herneming refrein.

4’20”: Outro. Wat volgt: niets dan onbegrip en hoongelach, voor wie dit compositorisch en melodisch sterke stukje kamerpop met een dubbele bodem zomaar opzijzet als een hersenloos marketingproduct.

In elk nummer dissecteren we een recente song. Muziekkritiek op de vierkante millimeter.

Jurgen Tas is eindredacteur en columnist bij rekto:verso.