Kunst na 9/11: een onvoltooide correspondentie

Door David Verdeure, Bert Van Raemdonck, Wouter Hillaert, Peter Van Goethem, op Mon Aug 29 2011 08:45:08 GMT+0000

In juli ging in de redactie een reeks mails over en weer. De hamvraag: welke kunstwerken typeren de jongste tien jaar? De antwoorden lopen uiteen van The Edukators tot Cidade de deus.

Van: wouter.hillaert@rektoverso.be
Onderwerp: Kunst na 9/11
Datum: 12 juli 2011 15:26:08 GMT+02:00
Aan: redactie@rektoverso.be

Wat valt er voor kunstenaars nog te vertellen, na een aardschok als die van 9/11? Heeft die aanslag de kunst daadwerkelijk veranderd? Theatermaker Bart Meuleman gaf zijn antwoord op de seizoenspresentatie van het Toneelhuis, op 31 mei in de Bourla:

'Laten we beginnen met het intrappen van een open deur: 9/11 heeft ons leven ingrijpend veranderd. Onze dagdagelijkse reflexen, net zo goed als onze grote idealen. Na elf september zijn we plots ijskoud wakker geworden in een wereld waar de dreiging achter iedere hoek kan loeren. Ook op mij zijn de aanslagen van invloed geweest. Op mijn dagdagelijkse reflexen en op mijn grote idealen. Ook op mijn visie op toneel maken. (...) Elke theatermaker kent de dwingende, ja zelfs autoritaire roep van de actualiteit. Van het nu. Om dat 'nu', dit moment, deze eigenste seconde, op het toneel te verbeelden. Wel, ik denk dat het theater daar in het algemeen niet goed in is. Onze middelen zijn, in vergelijking met televisie of andere technische media, nogal schamel. Onze ambities zijn nogal bescheiden. In tegenstelling tot sommige oorlogsfotografen sneuvelt geen enkele acteur echt op de bühne. Theatermakers hoeven zich niet te laten dicteren door welke externe roep, welke agenda of welke drukkingsgroep dan ook. Theatermakers moeten vooral persoonlijk zijn. Hun verhalen en voorstellingen moeten de vrucht zijn van hun eigenzinnige geest, hun dwarse gedachten.'

9/11 zette de kunst opzij als gepriegel in de rand

Misschien is dat wel de belangrijkste impact geweest: na 9/11 moesten kunstenaars zich plots dwingender verhouden tot de wereldse werkelijkheid. Die had zich met geweld in hun ateliers, studio's en repetitiezalen geboord, en bleek een stuk straffer dan de materiële fictie die ze – als 'de diepere waarheid' – zelf vorm aan het geven waren. De aanslag op de Twin Towers bracht niet alleen de stabiele hegemonie van de westerse beurseconomie voorgoed  aan het wankelen, en hij smeerde niet alleen de anti-islamitische motor die het rechtse populisme in Europa opstuwde. Neen, ik geloof dat 9/11 in de eerste plaats een draai gaf aan de toen al complexe verhouding tussen fictie en werkelijkheid. Ik heb het niet over die eeuwige boutade dat 9/11 'een kunstwerk’ was, of aanvoelde als Hollywood in reality. Wel over de schermen waarop de rest van de wereld het geweld bekeek. Wat New York verloor, wonnen de media definitief: het alleenrecht op het 'hier en nu'. Was dat niet altijd de unique selling proposition van theater geweest?

9/11 zette de kunst opzij als gepriegel in de rand. Waar ging het eigenlijk nog om? Het echte drama, de echte confrontatie bleek zich buiten af te spelen, als één groot mediagebeuren. Brak met 9/11 niet het decennium van de ‘virtualiteit’ aan? Het scherm, de mediapresentatie zelf, werd de werkelijkheid. In één klap werd iedereen 'publiek'. Misschien werden precies daarom ‘echtheid’ en ‘authenticiteit’ de nieuwe buzz words in de kunst. Zo conceptueel onbegrijpelijk als het geweld van Osama was, zo onmiddellijk en toegankelijk diende de kunst te worden. De kunst trok naar buiten – tussen en met de mensen, het verloren publiek. De kunst streefde naar binnen – in de mensen, inspelend op hun lijf. Zintuiglijk theater, documentaire literatuur, relational art: de werkelijkheid diende heroverd te worden. Die van de straat, het publiek, de mensen, hun buik. Noodgedwongen ging de kunst in het nieuwe millennium op zoek naar een nieuw soort verbeelding, een nieuw vruchtbaar plekje buiten de grijpgrage armen van de media. Was dat niet het grootste effect van 9/11 op de kunst? Of wat zijn voor jullie die kunstwerken die de jongste tien jaar typeren?

Van: bert.vanraemdonck@rektoverso.be

Onderwerp: R****e: Kunst na 9/11

Datum: 24 juli 2011 18:03:33 GMT+02:00

Aan: redactie@rektoverso.be

Een van de vervelende gevolgen van 9/11 is dat het weer bon ton is geworden om overal een antwoord op te kennen. Een postideologische tijd, de onze? Geen grote verhalen meer? God, dood? Mijn voeten. Terwijl ik dit schrijf, praten ze op de radio over ‘een fundamentalistische christen’ die Oslo eerst letterlijk op zijn grondvesten heeft doen schudden (met een bom), dan figuurlijk (door tientallen jongeren af te knallen), en dan allebei tegelijk (door de angst die hij in Noorwegen en daarbuiten heeft gezaaid). Diezelfde man publiceerde eerder blijkbaar een manifest van 1500 pagina's met als titel 2083. A European Declaration of Independance. Een gek, zeggen we dan gauw ... Omdat hij wél van een ideologie doordrongen was?

Nee, dat de Belgische onderhandelaars aan tafel niet tot een akkoord komen, kan toch alleen maar een symptoom zijn van een clash van compleet verharde ideologische verschillen? Ik stoor me in dit complexe tijdperk aan de stelligheid van ons denken en spreken, aan het lukraak afvuren van Antwoorden en Meningen, aan het feit dat er bij wijze van Oplossing voortdurend Verandering en Vernieuwing wordt bepleit en dat daar dan altijd wel iemand meteen een Trend in wil zien. En dat terwijl we ons naar mijn gevoel vooral te pletter aan het zoeken en ‘uitproberen’ zijn, en de dingen zelden zo vluchtig zijn geweest als nu. We gaan de ondraaglijke lichtheid van ons bestaan te lijf door er alle dagen een loodzwaar stuk Oplossing op te gooien, maar al dat lood maakt onze put alleen maar dieper.

Ik hou erg veel van The Edukators, de film van Hans Weingartner

Ook in de kunsten zie ik dat vaak gebeuren. Het is waar: we hebben de voorbije tien jaar in de kunsten al die genoemde tendensen zien passeren, en misschien zijn ze wel rechtstreekse of (vooral) onrechtstreekse reacties op 9/11, maar tegelijk passeerden nog honderd andere trends waaruit je compleet andere conclusies kan trekken. De kunstwerken en stromingen waarin nadrukkelijk het warm water weer wordt uitgevonden, vind ik soms ergerlijk banaal. De cd's, boeken, schilderijen en films die onze tijd het best ‘doorgrondelijk’ maken, demonstreren volgens mij zowel onze totale ontreddering als onze geflipte, doorgedraaide, naar extremen hunkerende reacties op die ontreddering.

Ik hou daarom erg veel van The Edukators, de film van Hans Weingartner die het verband tussen goede bedoelingen en slechte gevolgen ongelofelijk slim zichtbaar maakt, terwijl het onderscheid tussen daad en misdaad en tussen dader en slachtoffer troebel wordt. Datzelfde thema trof ik recent ook zeer nadrukkelijk aan in Menens van Marc Reugebrink, bij Juli Zeh, en op de een of andere manier ook in alle romans en verhalen van Peter Terrin, die bijzonder intrigerend de verstikkende, gekmakende en dus agressie oproepende stress van de alledaagse schijnnormaliteit oproept. Terrin spreekt in die zin meer tot mijn verbeelding dan – de nochtans bijna geniale – Michel Houellebecq, omdat zijn werk minder verpletterend, maar wel meer ontredderend is. Ik zoek in boeken, toneel en film naar een ‘effect’, naar ‘impact’. En die dingen komen bij mij maar zelden ‘hier’ en ‘nu’, hoe gangbaar het idee ook is dat dat juist wél zo gaat. Misschien blijft L'étranger van Camus wel daarom mijn lievelingsroman.

Van: david.verdeure@rektoverso.be

Onderwerp: Re: Kunst na 9/11

Datum: 25 juli 2011 16:11:30 GMT+02:00

Aan:   redactie@rektoverso.be

Waar was je op 9/11?Het is een variant op eerdere, gelijkaardige vragen. Waar was je toen JFK neergekogeld werd? Toen de Berlijnse Muur viel? Toen Diana …, toen Dutroux …? Het lijkt wel alsof alleen geweld – onverklaarbaar, onvoorspelbaar, onvoorstelbaar geweld – de kapstok biedt waaraan we onze levens ophangen.

De voorbije tien jaar hebben we onze levens meer dan ooit aan geweld opgehangen, zo lijkt het. Of toch aan de mógelijkheid van geweld, aan de angst voor angst. Het resultaat was dat we ons met zijn allen terugtrokken in de versterkte vestingen van oude zekerheden, achter muren van onaantastbare meningen. Dat is ook de trend die Bert noemt, denk ik. 'De inval in Irak heeft alleen méér terroristen gekweekt', hoor je vaak. Maar hetzelfde geldt voor onszelf: de aanval op de torens heeft ook onze overtuigingen gestaald tot onbuigzame axioma's.

De aanval op de torens heeft ook onze overtuigingen gestaald tot onbuigzame axioma's

Ik hoorde het nieuws toen ik net een tv-spotje had gefilmd voor HETPALEIS, kinder- en jongerentheater. Het contrast kon nauwelijks groter: van de onschuld in de apocalyps. Het was een trailer voor De winter onder de tafel, waarin een asielzoeker onder een tafel schuilt, in de flat van een sympathieke vertaalster: de vluchtelingenproblematiek op kindermaat. Er zouden de maanden en jaren daarop veel vluchtelingen bij komen – aan ondervragingstafels, op marteltafels. De realiteit joeg ook de theatermakers en andere kunstenaars vanonder hun knusse tafels. Hoe goedbedoeld De winter onder de tafel ook was, het was ook veilig theater. Een bevattelijke verbeelding van een volkoren problematiek: die hapt makkelijk weg, en belooft instant catharsis. De aanslag op NY was instant karma, een vuurbal die dat soort knusse kunst ridiculiseerde. Nu, tien jaar later, trekt HETPALEIS naar buiten. Een rondrijdende bus brengt de voorstelling De Grote Reis tot bij die kinderen die normaal niet in de pluche zetels zitten. Het is een kleine stap richting de torens, weg van de eigen ivoren toren. Ik zag de kunst de afgelopen tien jaar wel meer dergelijke kleine stapjes zetten. Weg van veilige havens (zowel fysieke plekken als inhoudelijke thema's). Weg van bevattelijke verhalen, naar een niet te duiden, verbeeld onbehagen. Alsof de kunst een antwoord zocht in onzekerheid, terwijl de rest van de maatschappij de tegenovergestelde richting koos. (Even waarschijnlijk is echter dat ook die kunst het even niet meer wist). Jammer genoeg leken het me vaak achterhoedegevechten. Een groot artistiek gebaar, zoals het dadaïsme na de Eerste Wereldoorlog: dat ontbreekt.

Ik hoopte dat 9/11 zou werken als een reset button voor het opbod van geweld in de populaire kunsten. Dat de inflatie van het irreële geweld zou worden afgetroefd door het reële geweld. Maar er is nog altijd veel gratuit geweld op onze film- en tv-schermen. Wel merk ik sinds kort een schoorvoetende terugkeer van kleinschalig geweld in de bioscoop. Misschien heeft de uitschakeling van Bin Laden een punt gezet achter een decennium van planetaire angst, en komt er weer wat aandacht voor huiselijk, familiaal geweld: geweld opnieuw op mensenmaat. Geweld waar we ook zelf toe in staat zijn, dat we plegen in plaats van ondergaan.

Van: peter.van.goethem@rektoverso.be

Onderwerp: Re: Kunst na 9/11

Datum: 25 juli 2011 21:39:12 GMT+02:00

Aan: redactie@rektoverso.be

Op zoek naar kunstwerken die zich verhouden tot dat onmogelijke evenement 9/11, kom ik merkwaardig genoeg uit bij een film van vlak na de Tweede Wereldoorlog: Germania anno zero (1948) van Roberto Rossellini. Toen ik de film zag, was 9/11 plots erg aanwezig in beeld en gevoel.We bevinden ons in Duitsland, in het jaar 0 – 1945 dus: alles moet opnieuw opgebouwd worden. Het had net zo goed_New York 9/11_ kunnen zijn. Een momentopname in tijd en ruimte waarna niks nog hetzelfde is.

Germania anno zero speelt zich af in een platgeschoten en desolaat Berlijn, waar de jonge Edmund zich na het verlies van nazi-Duitsland geconfronteerd ziet met de bittere waarheid van de realiteit. De nazi-ideologie die hij aanbad, blijkt plots een lege doos. Hij doolt rond in een stad die hem volstrekt vreemd geworden is, een wereld van radeloosheid, verwarring en verlies. Ook na de aanslag op de WTC-torens leken de mensen door een postapocalyptisch landschap te dwalen. Daar stonden ze dan, van hun stuk gebracht, met lege handen in het hier en nu, zich afvragend hoe het verder moest.

Geweld legt de realiteit bloot en stelt de vraag naar de humaniteit van de mens

Dan ontmoet Edmund een ex-leraar die het nazigedachtegoed nog steeds genegen is.Diens ideeën leiden ertoe dat hij zijn zieke vader vermoordt, en uiteindelijk ook de hand aan zichzelf slaat. De Amerikaanse staat reageerde na 9/11 net zo: met nieuw geweld, met een oorlog die op niks is uitgedraaid.Het is omdat Germania anno zero dat verlies aan menselijkheid toont – de onmogelijkheid om nog te handelen vanuit een eigen denken – dat 9/11 door je geest flitst.

Tegelijk laat de film zien dat geweld een ervaring is die betrokken maakt.Daarom ‘hou’ ik wel van geweld, zonder het genegen te zijn: het legt de realiteit bloot en stelt de vraag naar de humaniteit van de mens.Daarom geloof ik in een fysieke aanwezigheid in conflictzones: op die bepaalde plek met zijn specifieke beperkingen wordt die vraag een appel.Ik heb het niet enkel over oorlog. Ook Lampedusa of een mijndorp in China scheppen condities voor een humanisme bij buitenstaanders die op zo’n plek belanden.

Zo bezoekt in Alexandra (2007) van Alexander Sokurov een oude Russische vrouw haar kleinzoon aan het Tsjetsjeense front, nabij Grozny. Ik wil geloven dat Sokurovs keuze om die confrontatie tussen menselijkheid en vijandigheid net daar te filmen – op de plek van het onheil – een keuze is om zichzelf te durven uitdagen om antwoorden te vinden. Om in de ontheemding zichzelf opnieuw uit te vinden.

Nergens in de film komt de oorlog zelf in beeld. Het geweldis afwezig, lijkt binnengehaald in de personages zelf. Je ziet enkel soldaten die zich vervelen, de tijd moeten doden. Toch kiest Sokurov om op locatie te filmen. Zijn spanning zoekt zich niet alleen een weg in een aparte beeldtaal. Hij toont ook hoe de grootmoeder warmere contacten zal leggen met de plaatselijke bevolking dan met haar eigen kleinzoon.Dat is het mooie aan de film: hoe de grootmoeder zich blootstelt en daardoor, ondanks de ellende van die plek, geloof opwekt bij de anderen.Haar aanwezigheid is een gebaar, een menselijke reactie op het omringende geweld.

Van: wouter.hillaert@rektoverso.be

Onderwerp: Re: Kunst na 9/11

Datum: 28 juli 2011 13:29:47 GMT+02:00

Aan:   redactie@rektoverso.be

Zo geloof ik dat oorlog en geweld, of hoe zij in kunst verbeeld worden, in essentie altijd een evenwichtsoefening zijn tussen afstand en nabijheid, tussen af- en aanwezigheid. Het is een ethische oefening: hoe dicht willen we ons betrokken voelen? En het is een geografische oefening: wat brengen we in beeld, en voor wie, en waar bevindt dat publiek zich? De media zoomen van nature in op de acute uitbraak van geweld, zij zetten de norm. De kunsten, zelfs filmdocumentaires, zijn altijd 'post'. Dat bouwt al een afstand in. Is kunst over geweld dan niet altijd een vorm van rouwverwerking, omdat ze na het hier en nu komt? Wat doen kunstenaars met die positie, met die evenwichtsoefening?

Het komt me voor dat de kunsten sinds 9/11 minder (beschouwelijke) afstand nemen tot geweld. Het lijkt te dichtbij gekomen. Neem een stilistisch wapen als ironie. Romans als Catch 22 of films als Apocalypse Now, die oorlog vervreemden met absurde of surreële humor, worden die nog gemaakt? De post 9/11-rouwverwerkingskunst lijkt veeleer die van het betrokken, ‘kleinmenselijke’ verhaal. De docuromans van Dave Eggers over kindsoldaten en New Orleans na Katrina. Die film van Sokurov, blijkbaar. Zelf zag ik over Tsjetsjenië de voorstelling Une Guerre Personnelle van het Russische KnAM, naar Arkady Babtchnko’s getuigenisroman De kleur van de oorlog. Ook die stelde het geweld zelf (en de beschouwing erover) afwezig, om de menselijke impact ervan meer nabij te stellen. We zijn nu allen potentiële slachtoffers, lijkt de suggestie van die tendens. Uit de seizoenen na 9/11 herinner ik me minstens een paar theaterproducties die zo luid bommengeweld lieten horen, dat je stoel ervan trilde. Haal in theater de fictie weg, en je krijgt vanzelf geweld.

Of neem cartoons rond 9/11. Ik heb er na lang surfen geen enkele gevonden die doet wat een cartoon normaal doet: via scherpe humor kritiek uiten, afstand bewerkstelligen tegenover het geldende discours. Bekijk deze:

48_beforeafter.jpgJe zou denken: een kritiek op het Amerikaanse nationalisme. Maar hij is net bedoeld als een patriottische bevestiging. Ironie en geweld: het lijkt een moeilijker huwelijk geworden.

Van: bert.vanraemdonck@rektoverso.be

Onderwerp: Re: Kunst na 9/11

Datum: 28 juli 2011 14:21:32 GMT+02:00

Aan: redactie@rektoverso.be

Over cartoons gesproken: er is een hele aflevering van South Park over 9/11. Ik weet dat ik in herhaling verval, maar als er op tv iets te zien is wat subversief is, dan is het South Park. Geniaal hoe die reeks altijd twee dingen tegelijk te kakken zet: het mainstreamidee over zowat alles, maar ook (en vooral) de vaak geformatteerde tegencultuur: ook de linkse rebellen en de rechtse zeurpieten zijn maar marionetten in één grote kolder.

Van: david.verdeure@rektoverso.be

Van: wouter.hillaert@rektoverso.be

Onderwerp: Re: Kunst na 9/11

Datum: 30 juli 2011 23:14:43 GMT+02:00

Aan:   redactie@rektoverso.be

Ik zat nog te lezen in Now is the time – kunst en theorie in de 21e eeuw (2009). ‘De aanslag van 9/11 heeft ook het voortschrijdende proces van globalisering op de agenda gezet. Het thema was al langer een populair onderwerp in de kunstwereld, maar heeft aan urgentie gewonnen doordat haar paradoxale alter ego’s, zoals de niet kleiner wordende kloof tussen arm en rijk, de toenemende commercialisering en privatisering van de publieke ruimte en het ontstaan van lokale en geopolitieke brandhaarden, als nooit tevoren het mondiale politieke debat op scherp hebben gesteld.’

De wereld is inderdaad kleiner geworden, meer nabij. De aanslag op de WTC-torens werd uiteindelijk de iconische keldering van de westerse suprematie. Het Westen reageerde met nationalisme. De rest van de wereld kwam op de kaart, ook in de kunsten. De kunstwerken die voor mij de 21e eeuw typeren, zijn films als Cidade de deus en nu Viva Riva, theater als dat van de Zuid-Afrikaan Paul Grootboom: ver weg van de wereldcamera's openbaren ze het geweld in de slums van exploderende wereldsteden in het Zuiden. Ze stellen verborgen geweld aanwezig, vanuit hun eigen betrokken blik. Ook los daarvan lijkt niet-westerse kunst een stuk scherper geworden dan de kunst van hier.

Maak deze correspondentie mee af via je commentaar hieronder.