Fuck Buttons: ‘Brainfreeze’

Door Johannes De Breuker, op Wed Nov 27 2013 20:13:20 GMT+0000

Voor gitaarliefhebbers is het de jongste jaren lijdzaam toekijken hoe elektronische muziek steeds meer terrein wint. Vroeger kon je indruk maken met zes snaren en wat muzikaal gevoel. Vandaag moet je een knoppendirigent zijn die tijdens het lezen van de handleiding van zijn drumcomputer als een rasechte gear slut in tranen uitbarst. In ‘Brainfreeze’ gaat het Britse duo Fuck Buttons gelukkig de tranen voorbij, recht naar het onderbewuste.

Het is vreemd en onorthodox om tijdens het luisteren naar Fuck Buttons een vitale Iggy Pop voor het geestesoog te toveren. Wat heeft het vleesgeworden power-akkoord nu verloren in de (knoppen)speeltuin van Fuck Buttons? Allemaal symptomen van de laatste weerstand van een gitaaradept – ‘plaatjes draaien, dat noem ik geen muziek maken’ – die overstag gaat voor elektronische muziek. Met Fuck Buttons staan we dan ook mijlenver af van het ‘plaatjes draaien’. Het elektronische noise-duo uit Bristol, Andrew Hung en Benjamin Power, verhoudt zich tot dj’en zoals de klassieke keuken zich verhoudt tot de moleculaire gastronomie. Zij zijn laboranten die muziek uit geluid destilleren.

Fuck Buttons zijn laboranten die muziek uit geluid destilleren

In 2004 begon het tweetal te experimenteren met noise in hun met Fisher Price-piano’s en Casio-keyboards overladen labo. Terwijl ze aanvankelijk muziek wilden maken die echt pijn deed, vond in 2008 uiteindelijk een unieke combinatie van strakke drums, distorted synths en eindeloze herhalingen zijn weg naar Street Horrrsing, een plaat die bij elke luisterbeurt aan intensiteit lijkt te winnen. Van die emotionele crescendo heeft het duo intussen zijn handelsmerk gemaakt, zowel op plaat als live. Op Tarot Sport uit 2009 gaan ze vrolijk verder op dat elan, en met succes. De apocalyptische single van het album, ‘Surf Solar’, mocht zelfs de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Londen mee opluisteren.

Wat de electronoise van Fuck Buttons zo goed maakt, is niet uit te leggen in de woordenschat van de traditionele kunstkritiek. Is hun muziek mooi? Neen. Velen zullen na één nummer – gemiddelde duur zo’n tien minuten – ofwel gillend beschutting zoeken, ofwel hun auto tegen de muur parkeren. Is Fuck Buttons dan zo vernieuwend? Ook niet. Hun muziek valt nog het best te begrijpen als een combinatie van industrial, postrock en Aphex Twin. Wat Fuck Buttons dan wel zo interessant maakt, is dat waarin ook ‘Search and Destroy’ van The Stooges excelleert: het primitieve kietelen met brute kracht. Een kracht die soms menselijk, dan weer industrieel lijkt. Wil je over zo’n muziek een kwaliteitsoordeel vellen, dan heb je een boksbal nodig. Bij Fuck Buttons’ derde album Slow Focus valt die test bijzonder gunstig uit.

‘Brainfreeze’ is zo’n indringer die het brein op pauze zet, en al de rest op play

Terwijl er op de vorige twee platen van Fuck Buttons al weinig menselijkheid te bespeuren viel, klinkt Slow Focus nog desolater. Zelfs de makers worden door de strakke productie aan de kant gezet. De muziek zelf neemt het over. Geleidelijk baant haar eigengereide samenspel tussen primitieve ritmes en hightech noise zich een weg naar je primaire instinct, een plek waar naast voelen en horen ook verbeelding en realiteit hand in hand gaan. De opener en toonzetter van Slow Focus, ‘Brainfreeze’,is precies zo’n indringer die het brein op pauze zet, en al de rest op play.

0’00”: De natuurlijk klinkende drums trekken het nummer op gang. Moker na moker, op of naast de tel, neemt het vermoeden toe dat het de tweetaktmotor van Starship Enterprise is die ik hoor aanslaan.

0’26”: Een lage, zoemende bas benadert vervaarlijk dicht de brown note, maar terwijl ik de billen dichtknijp, zet de hypnagogische schok zich in en tol ik in het luchtledige. De zwevende synth-golven bieden geen houvast.

1’10”: De synth-golven worden wolkjes en die beginnen de vorm van Captain Kirk en Iggy Pop aan te nemen. Iggy kauwt op een microfoonkabel.

1’19”: Captain Kirk wijst naar het opflikkerende fasten your seatbelts-teken. Hij zet de warp drive-modus aan. Ik begin te spinnen.

1’20”: Het onverwachte en knoertharde vreugdegeroffel van de ruimtegoden zorgt alsnog voor een brown note. Wie heeft het licht uitgedaan?

1’42”: Ik verdrink in een kabbelende longitudinale golf. In de verte stoot een vuurtoren geluid uit met een dopplereffect erop.

2’10”: Ik zie sterretjes. Of zijn het vogeltjes die gezellig kwetteren in de echokamer?

2’43”: Als het vogels zijn, zijn het vogels die al veel te vaak tegen een venster gevlogen zijn.

3’15”: Ian Curtis haalt zijn keyboard boven. Exit Iggy Pop.

3’55”: In de verte horen we de ronkende tweetakt van de Starship Enterprise opnieuw prominenter worden.

4’09”: Ons ruimtetuig heeft zich blijkbaar van golf vergist, want het begint te spookreizen. Opgelet! Het vertraagt, maar kan niet verhinderen dat er obstakels tegen het schip kletteren. Een ongemakkelijk en lang aangehouden geluid, dat nog het meest doet denken aan een overstuurd kerkorgel (met spacy-lesliespeaker), begint alles te overheersen. Wie bestuurt dit ding?

4’25”: Het gillend en lang aangehouden akkoord begint nu wel heel ongemakkelijk te worden.

4’35”: De bestuurder lijkt niet te weten waar hij heen wil. Naar beneden?

4’38”: Nog lager?

4’42”: Of toch wat hoger?

4’45”: Geen gps-signaal. De tonen blijven watertrappelen in een zee van mist.

5’01”: Aan de einder doemt nu een lichtpunt op dat zich bijna verontschuldigend een plaats toe-eigent in ons droombeeld.

5’13”: Het licht wordt duidelijker. De watertrappelende tonen worden steeds meer naar het achterplan verdreven.

5’41”: De bassen vallen weg. Het hoge register wordt aangeblazen met helium.

5’54”: De primitieve, allesoverheersende ritmesectie zorgt ervoor dat het schip weer in cadans komt.

6’20”: Het ruimteschip drijft mee op de zonnewind. Vermogen: maximaal.

7’41”: Enter: atmosfeer aarde.

8’00”: Zwevend in een heldere nachthemel, voelen we hoe de zwaartekracht ons steeds beter in zijn greep krijgt.

8’05”: Bij het horen van natuurgeluiden en een sissende ritmesectie zetten onze zintuigen zich weer op scherp. Wie heeft het licht aangedaan?

8’20”: Bij het openen van de ogen, beginnen ze te tranen. Het is wennen aan het licht. Unpause.

Johannes De Breuker studeerde filmstudies aan de UA en is freelancejournalist.