Die Nerven: blootsvoets door de scherven

Door Sebastian Roth, op Mon May 16 2016 08:45:28 GMT+0000

Als angst de ziekte van deze tijd is, is er geen band relevanter dan de Duitse postpunkband Die Nerven. Eind vorig jaar bracht het drietal uit Stuttgart de plaat Out uit, nadat het ook in Fun al uiting gaf aan alle bevreesde afstomping onder de alledaagsheid. Verder zijn ze gewoon verdomd goed.

Max Rieger (zang, gitaar), Julian Knoth (zang, bas) en Kevin Kuhn (drum) maken al enige tijd furore in het Duitse muzieklandschap. Na een paar demo’s, wat samplers, twee platen in 2012 – Asoziale Medien en Fluidum – werd Fun twee jaar terug in Der Spiegel uitgeroepen tot een van de belangrijkste platen van dat jaar. Hoewel die omschrijving knipoogde naar de zin ‘wat we ook doen, het is zeker onbelangrijk’ in openingssong ‘Albtraum’, was die vermelding in het jaaroverzicht van 2014 volkomen terecht. Want Die Nerven raken een snaar in het huidige angstklimaat, ook op hun laatste plaat Out.

71_Roth_dienerven41_700.jpg

Waar ze hun inspiratie halen? Stuttgart is kut. Een veredeld Hauptbahnhof met autofabrieken, bouwwerven en een veel te kleine alternatieve muziekscene. Voor de rest is Stuttgart gewoon zoals de rest van de wereld. In de ban van Donald Trump en IS. Onder het juk van een asociale besparingspolitiek, terwijl de EU rechtse scheuren vertoont. Met zwembad- of voederverboden voor vluchtelingen, en ‘gewoon bezorgde’ Wir Sind Das Volk-burgertjes die genoeg hebben van Mutti Merkel. Een beknopte samenvatting van dat moderne pessimisme viel onlangs te lezen in Knack Focus, van de hand van Paul Baeten Gronda. ‘Het klimaat is naar de zak. Kaiser Chiefs komt dat ene nummer nog eens spelen op Werchter. Parmezaanse kaas blijkt gewoon hout te zijn. Jan Verheyen. Klote.’ In zijn laatste roman Wanderland schrijft Gronda ook:

‘Toen ik mensen vroeg of ze ook iets merkten, zeiden ze, vaak fluisterend of op samenzweerderige toon: “Eindelijk iemand die het ook gezien heeft.” Vervolgens beschreven ze hoe de wereld spoedig aan haar einde zou komen door de schuld van de Koran, boring naar natuurlijk gas of de overconsumptie van suiker. (…) Niemand kwam echter tot hetgeen nu al duizend dagen zo klaar en duidelijk bleek. Namelijk dat het stilaan donkerder werd.’

Het mag geen wonder heten dat volgens een recente enquête van het Gesellschaft für Konsumforschung meer dan de helft van de Duitse bevolking aangeeft bang te zijn voor de toekomst. Daar blijken nu ook twee keer zoveel jongeren tussen te zitten als bij dezelfde bevraging twee jaar geleden. In België kampen dan weer één op drie Belgische jongeren met psychische problemen – angststoornissen en depressies op kop. Objectief gezien is het leven beter geworden dan pakweg honderd jaar geleden. Objectief gezien zouden we nog steeds vooruitgangsoptimisten moeten zijn. Maar de tijdgeest is er niet naar.

Collectief stockholmsyndroom

Wegzinken in een lange analyse over de huidige sociaaleconomische realiteit en haar weerslag op de politiek en de (sociale) media, doorgeprojecteerd op het individu: dat is niet nodig. Leg gewoon een plaat van Die Nerven op. Dat is dan ook de kracht van de Duitse band. Elke strakke postpunkbas, elke jagende drum, elke Sonic Youth-achtige gitaar laat horen hoe jonge en mogelijk andersdenkende generaties gegijzeld worden door een repressieve kleinburgermaatschappij met angst, passiviteit, zelfcensuur, escapisme en isolatie als symptomen van een schijnbaar collectief stockholmsyndroom. Elke noise-uitbarsting, maar ook elke stilte schreeuwt dat onze samenleving verhardt en verstart in een paniekerig of pessimistisch ‘nee’, met dito effecten op het individu. Met andere woorden: we geven toe. ‘Alles is naar de klote, vergeet alle plannen.’

Objectief gezien zouden we nog steeds vooruitgangsoptimisten moeten zijn. Maar de tijdgeest is er niet naar

Intelligent en doortastend, zonder de pretentie een oplossing te kunnen bieden, maar tenminste met veel lawaai, schudt het trio uit Stuttgart je wakker op Fun en Out. Op het eerste album doet het dat met directere agressie en sloganeske teksten, op het tweede is de punkattitude in de muziek wat minder expliciet en zijn de teksten poëtischer. Maar dat Die Nerven hun eigen angst, woede en weltschmerz als motor gebruiken in een strijd tegen de status-quo, is een constante.

In de openers op Fun en Out – ‘Albtraum’ en ‘Die Unschuld in Person’– ensceneren Die Nerven zich als anonieme en richtingloze outsiderschimmen in een repressieve en overweldigende Biedermeier-tijd. ‘Wie we zijn, is niet belangrijk’, klinkt het in de eerste song. ‘Wat we ook doen, het maakt niet uit (egal). Wat we ook doen, het is waarschijnlijk illegaal.’ In de tweede song heeft de ik-persoon – een ‘schaduw op de straten’ en ‘een dissonante toon’ – ‘geen pas of sleutel’ bij zich. En nadat hij schreeuwend over een slepende en noisy gitaarriff de hand heeft uitgestoken naar anderen die hem ‘uit het licht [moeten] wegtrekken’ naar ‘dagen die vervagen’, verdwijnt hij weer voor altijd.

Net na ‘Albtraum’ schept ‘Eine Minute schweben’ een gelijkaardig beeld. Cyclisch nachtleven.  Doelloos door de straten dwalen. Iemand die ‘niet belangrijk is, zolang hij maar met rust gelaten wordt’ en ‘een minuutje mag zweven’. In ‘Blaue Flecken’, ook op Fun, vraagt zanger Max Rieger om hem onzichtbaar te maken. Maar de meest nihilistische song op Fun is ‘Ich erwarte nichts mehr’,en niet alleen door de hamerende drums en de krakende treinramp-noisebom aan het slot. Ook de tekst draagt daartoe bij: een outsider zonder verwachtingen ziet zichzelf achtervolgd door een onzichtbare en anonieme mensenmassa. ‘Dreck’, het _Out-_nummer waarvoor Thurston Moore van Sonic Youth Die Nerven tot RAF-partyband kroonde, schetst dan weer een figuur die dit keer niet paranoïde, maar wel nog steeds negatief reageert op zichzelf en zijn omgeving, gewoon overdag op straat. Zowel zijn kapsel, zijn jeukende huid als eigenlijk de hele stad storen hem.

71_Roth_Die Nerven (c) Douwe Dijkstra_700.jpg

Verloochende jeugd zonder geld

Die enscenering als anonieme, achtervolgde en geïrriteerde outsiders komt niet uit de lucht vallen. Als een profetisch pamflet van een hele generatie schuift ‘Jugend Ohne Geld’ je oren in op Out. Het is een omineuze en meesleurende tripper, die plots stilvalt in feedbackgetril. ‘Verloochen de jeugd zonder geld. We drijven iedereen langzaam tot waanzin’, fluistert Rieger theatraal. ‘Het geluk is weg, de vijanden niet. We are the last men dancing.’ Even later barst de song opnieuw volledig open in een wirwar van laag brommende bassen, manische cymbalen en dito gitaargepiep. De mensen die buiten met een doel rondlopen, hebben zich hopeloos vergist, schreeuwt Rieger als een priester van de Apocalyps. ‘Wij zullen allemaal de hulp van de ouderen zoeken. En nog altijd falen.’

De mensen die buiten met een doel rondlopen, hebben zich hopeloos vergist

Dat alles kan – en dat willen Die Nerven het liefst – op heel wat situaties van toepassing zijn. Maar best relevant is dat de heren Knoth, Kuhn en Rieger bij het schrijven van ‘Jugend Ohne Geld’ dachten aan de periode na het afstuderen. ‘Een tijd waarin de adolescentie almaar verlengd wordt’, liet Kuhn optekenen. Alleszins, hier spreekt de jeugd zonder geld. Amper op eigen benen en gevangen in de wachtrij tussen droom en daad. Gedesillusioneerd, gedesoriënteerd, geënerveerd, geïsoleerd en onbegrepen. Die Nerven spelen op een gevoel tussen de angst om niets te betekenen en de angst dat elke poging om toch een verschil te maken, eigenlijk nergens toe zou dienen. Een gevoel dat ook voor andere generaties herkenbaar blijft.

Aan de bron van die frustratie en woedende weltschmerz liggen volgens de song ‘Den Tag vergessen’ ‘mensen die een probleem hebben met mensen die gelijk hebben’, ‘mensen die een probleem hebben met mensen met problemen’ en ‘uiteindelijk mensen die een probleem hebben met problemen.’ Dat kan net zo goed verwijzen naar een of andere rechtse neokapitalistische regering als naar de racistische onderbuikuitspraken van die oudere dame laatst op de trein. U weet wel.

Maar ook de luisteraar wordt met de vinger gewezen: ‘Waarom laat je je gevoelloos maken en je in een cocon terugdringen door het angstklimaat?’ Die vraag stroomt uit elke porie van Fun en Out. Voor enkele antwoorden kan je terecht bij ‘Angst’ – zeg maar de hit op Fun. Daar vraagt een persoon in wiens hoofd zich ‘dingen afspelen die niemand begrijpt en begrijpen kan’, of het publiek zich verstopt of weggedraaid heeft. Ook ‘Wüste’– een van de nummers op Out die naar T.S. Eliots The Waste Land kunnen verwijzen – ademt dezelfde verlatenheid. Een figuur met een onvruchtbare innerlijke leegte, ‘een woestijn’, verstopt zich achter gesloten gordijnen. De grootse plannen en ideeën van gisteren blijken vandaag bullshit_._ ‘Hoe je vliegt, ben je verleerd’, blijven Die Nerven aandringen. We hebben ons blijkbaar aan de grond laten nagelen.

Kater én Dafalgan

Dit is postpunk die het vastroesten van de ‘jeugd zonder geld’ in escapisme of afwijzing benoemt én bekritiseert. Van vluchten in onmondigheid en zelfcensuur richt Die Nerven zijn pijlen ook op zwakte, verstarring en navelstaarderij als effect van het (faal)angstklimaat. Dat Rieger tegen het slot van ‘Hast du was gesagt?’ een slepende patattenzak van een nummer –compleet over de rooie gaat met ‘ik weet nooit wat je denkt’, daarin kunt u gerust een echo horen van de bekende schaakspelscène van The Waste Land uit 1922_._ Ook dat was een epische noiserocksong, geschreven in een repressief na- en tussenoorlogs angstklimaat, over verval, verstarring en intellectuele en emotionele onkunde.

Voortdurend laat de Duitse band angst zien en voelen als oorzaak en gevolg van culturele verstarring

Vandaag hebben we daar de sociale media voor. Van ‘Iphone’, het nummer waarnaar de _Out-cover verwijst, maakt Die Nerven een zelfbewuste aanklacht tegen een verslavende en faalangstige zelfprofilering op Facebook, Instagram of Twitter, waar we laf bevestiging zoeken als barrière tegen het echte leven, en ge_liket worden en succesvol zijn een sociale verplichting is. Want over dingen praten die niet in emoji’s te vatten zijn, is niet nodig als je trending kan zijn. Tegelijk gaat ‘Iphone’ ook over zoveel meer dan alleen sociale media. Zoals alle andere songs op Out schreeuwt en weent ook deze ons fake faalangstplastic aan flarden. Het is een afwijzing van emotionele afvlakking, van ons onvermogen nog over echte gevoelens te kunnen praten. Op ‘Girlanden’, samen met ‘Nie Wieder Scheitern’ het sluitstuk op Fun, beloven een akoestische gitaar en een stem die trilt van wanhoop en opgekropte frustratie, zich los te breken van de alledaagse automatismen die het angstklimaat in stand houden.

En zo danst Die Nerven op Fun en Out blootsvoets door het gefragmenteerde wasteland van een al gefragmenteerde samenleving. Voortdurend laat de Duitse band angst zien en voelen als oorzaak en gevolg van culturele verstarring: de kater na een dronken nacht vol grootse rebelse toekomstplannen, maar ook de Dafalgan. Vooral is Die Nerven een kritieke en kritische schreeuw, aangedreven door voor iedereen herkenbare angst, soms nihilistische woede en algemene onvrede als motor voor kunst, dynamiek en individuele verandering. En gooi maatschappelijke transformatie daar ook maar bij. Fun en Out: dwingende platen voor de niet-meer-neen-zeggers, ja.

Sebastian Roth schrijft voor Knack Focus.