De welvaartsstaat: de antithese van kunst?

Door op Sun Jul 26 2015 02:59:27 GMT+0000

Is ze er nog, of zijn we ze onherroepelijk kwijt? Heeft ze ons ontvoogd, of juist passief gemaakt? Steevast wordt de welvaartsstaat bediscussieerd als een louter sociaaleconomisch fenomeen, als een constructie van lusten en lasten. Maar de afdruk van de welvaartsstaat op ons bestaan gaat veel dieper en breder, leert de zomertentoonstelling van M HKA. De welvaartsstaat legt van het westerse verzorgingsmodel ook de paradoxen bloot.

Als een onzichtbare hand stuurt de welvaartsstaat ons leven. De eindeloos lijkende files die zich de voorbije weken vormden op weg naar de kust of de Franse Côte d’Azur vormen er een symptoom van. Om gezondheidsredenen verplicht het systeem ons om vakantie te nemen. Velen gaan reizen, zelfs al zijn ze vaak eerder huisdieren dan trekvogels. Waarom? Vaak onbewust weegt een vast stramien op ons door. Er zijn verworvenheden aan verbonden die dat wel beschouwd misschien veel minder zijn dan ze lijken. Hoe de discussie rond de welvaartsstaat breder opentrekken?

67_crabbé_welfare_state.jpgOpgegroeid in de Zweedse welvaartsstaat, had Anders Kreuger – curator van De welvaartsstaat in het M HKA – al van bij aanvang een streepje voor. In Zweden bouwde een onafgebroken sociaaldemocratische meerderheid van 1946 tot 1976 een sociaal model uit met wereldwijde uitstraling, dat in het Zweeds benoemd wordt als ‘folkhemmet’: de natie als een volkshuis. Alleen wilde Kreuger niet nostalgisch terugblikken op wat die welvaartsstaat was, namelijk het naoorlogse West-Europa waarbij elke nieuwe generatie nog met een zekerheid in staat was om te zeggen: _‘_De meesten onder ons hebben het nog nooit zo goed gehad’. Een zoektocht naar verschillende invullingen van de welvaartsstaat leek Kreuger een meer billijke benadering.

Op papier zijn vele insteken mogelijk. Terwijl culturele kringen vaak de nadruk leggen op cultuur, erfgoed en subsidies als een cruciaal onderdeel van de welvaartsstaat, hanteren academici – niet onterecht – een minder utopische invalshoek. Zij geven de voorkeur aan een definitie rond sociaal beleid in de strikte zin: belastingen, transfers, arbeidsmarkt, regelgeving en andere tastbare aspecten van social engineering. In zijn boek _De architectuur van de Welvaartsstaat _(1992) stelt wijlen Herman Deleeck, Vlaams econoom, jurist en politicus, dan weer dat ‘de welvaartsstaat niet enkel een sociaal systeem of een instelling is, maar net zo goed een ethiek.’ Vandaag is het vergaren van kennis en cultuur een sociaal recht van alle burgers.

Vlaamsch gezinsgeluk

Bij aanvang van de M HKA-tentoonstelling krijgt de bezoeker eerst een interpretatie door de vier culturele archieven in Vlaanderen: Amsab en het Liberaal Archief in Gent, KADOC in Leuven en ADVN in Antwerpen. Hun definiëring van de welvaartstaat doet denken aan de basisbehoeften van de mens zoals geformuleerd door de Amerikaanse psycholoog Maslow: de lichamelijke behoeften (eten, drinken, onderdak), veiligheid en zekerheid, de behoefte om erbij te horen, erkenning en waardering, en zelfrealisatie. Maar deze archieven brengen ook thema’s aan als onderwijs, algemeen sociaal beleid, het milieu, antimilitarisme en solidariteit met de derde wereld. Idyllische verkiezingsaffiches van bijna perfect gelukkige gezinnen wisselen af met archiefbeelden van kamperende middenklassers aan de Belgische kust in de jaren 1950 en videobeelden van syndicale acties.

67_crabbé_vrijetijd.jpgDeze beeldcultuur helpt ons niet zozeer de maatschappij beter te begrijpen, maar bevestigt vooral ons vaste denkbeeld van de welvaartsstaat. Dat is concreet, lokaal verankerd in Vlaanderen en in zekere zin nostalgisch naar het naoorlogse optimisme. Dit beeld zal eerder beperkt en zelfs atypisch blijken tegenover het abstracte, meer internationaal georiënteerde werk van acht hedendaagse kunstenaars dat verder in de tentoonstelling volgt.

Hun aparte blik op maatschappelijke thema’s die relevant zijn in de wereld van vandaag, maakt De welvaartsstaat pas echt interessant. Kreuger inviteerde zeven buitenlandse kunstenaars en Anne-Mie Van Kerckhoven, en zocht daarbij een balans in geografische afkomst, leeftijd en gender. Hun werk laat niet alleen verrassende, grotendeels lokaal gewortelde invalshoeken zien, maar bevraagt van onze exclusieve verzorgingsstaat ook de onderbelichte schaduwkanten. Ten koste van wie hebben wij ze kunnen opbouwen? Zo werd de expo op 29 mei geopend met een intrigerende performance van Donna Kukama. De Zuid-Afrikaanse kunstenares nam plaats achter een aftands bureautje en confronteerde de bezoeker met archiefbeelden van ons koloniale verleden en onze sociaalpolitieke verhalen van weleer. Die verstrengeling met het kolonialisme laat een wrange nasmaak achter. De ene zijn welvaart, is de andere zijn uitbuiting.

Ongelijke kansen

Ook van de welvaartsstaat anno 2015 belicht veel werk de negatieve kanten, gaande van archiefbeelden van onschuldige vakantiestress, tot de subtiel obsessieve en droog humoristische films van Josef Dabernig. Zijn figuranten fitnessen met een sérieux alsof hun leven ervan afhangt. Achter een computerscherm zit een regisseur die het script van seconde tot seconde opvolgt. Een documentaire film van Kajsa Dahlberg drukt ons al even hard met de neus op de feiten. Dahlberg brengt precaire arbeiders in beeld, maar focust vooral op het volledige arbeidsproces dat nodig was om de film te maken. Alle apparatuur die bij de productie van pas kwam, zoals de camera’s en de iPhones, werd ontleed op zijn afkomst en de vaak erbarmelijke omstandigheden waarin het vervaardigd werd. Ten koste van wie worden al die artistieke films gedraaid? Het verdienstelijke werk van Dabernig en Dahlberg past volledig binnen het concept van de expo.

67_Crabbé_Josef_Dabernig_excursus_on_fitness_(2010)_17.jpg

_De welvaartsstaat _gaat het soms ook verder van huis zoeken. De twee werken die Artūras Raila presenteert, refereren slechts impliciet aan de welvaartsstaat. Het ene werk toont een fictief, absurd ‘libretto’ (een muurtekst en een reeks animatiefilms) over gezag en activisme. Raila schreef de tekst voor het gecontesteerde operahuis dat de steenrijke en controversiële scheepvaartmagnaat Mærsk Mc-Kinney Møller liet bouwen als geschenk voor de stad Kopenhagen. Op de tegenoverliggende muur ziet het publiek een video met de leiding van de verboden rechtse Nationale Democratische Partij in Noordwest-Litouwen. De leiding geeft extreemrechtse commentaar op videobeelden van Raila’s bezoek in Oostenrijk. Het merendeel van het publiek ervaart het werk als aanstootgevend.

67_crabbé_Railas.jpgArtūras Raila’s werk past misschien niet direct binnen een reflectie over de welvaartsstaat, maar doet ons wel nadenken over de opkomst en bloei van extremistische bewegingen in het hart ervan. Heeft ze die zelf mee gecreëerd, die krachten die allesbehalve begaan zijn met het in stand houden van de vreedzame status quo die elke democratische welvaartsstaat in zich draagt? Welke strategieën hanteren regeringen in Europa tegenover die opkomst van extreemrechts? Geef je ze een platform, of ga je er toch beter niet van uit dat het publiek slim genoeg is om er zelf een mening over te vormen? Hoe dan ook hangt het wezen van de welvaartsstaat vandaag onherroepelijk samen met haar dreigende afbouw of zelfs haar einde. De idee ‘gelijke kansen’ heeft niet langer het gelijk aan zijn kant.

Doe de welvaartsstaat

Toch weet de tentoonstelling ook positieve dynamieken aan te wakkeren. Zo wordt het publiek actief uitgenodigd om deel te nemen aan projecten. Het meest tot de verbeelding sprekende initiatief is wellicht de laagdrempelige open source website fulltopia.com. Kunstenaar Francisco Camacho Herrera zal in augustus samen met de gebruikers van de website verder op zoek gaan naar hoe je in je eigen buurt als vrijwilliger anderen van dienst kan zijn. De site zal worden beheerd door de gebruikers die willen samenwerken. Herrera wil met fulltopia.com voeding geven aan de collectieve wens om de monetaire economie te omzeilen met de uitwisseling van diensten voor andere diensten. De site zal een handig instrument zijn voor het identificeren en lokaliseren van verlangens en noden bij lokale gemeenschappen in Antwerpen. Dat kan gaan van een vraag naar nachtzorg voor kwetsbare ouderen tot een oproep aan muziekbands om een optreden te komen geven in een woonzorgcentrum. Via dit sociale platform zullen gebruikers hun tijd, kennis en vaardigheden kunnen delen.

Een ander lovenswaardig project voltrekt zich in de grote ronde zaal van het M HKA, waar twee eenvoudige prototypes staan voor noodhuisvesting, gebouwd met de goedkoopste lokale materialen. Kunstenares Róza El-Hassan leerde deze oude constructietechnieken aan de lokale bevolking aan. In de zomer blijven de constructies koel, en in de winter hoeven ze niet te worden geïsoleerd. Een ironische knipoog rond de vele daklozen die de verzorgingsstaat nog altijd moet dulden? Nee, veeleer wil El-Hassan een structurele oplossing aanreiken voor het huisvestingsprobleem van samenlevingen waar het idee van de welvaartsstaat nog altijd een verre utopie is, zoals voor Syrië en zijn omringende landen, met hun grote aantal vluchtelingen.

67_crabbé_2015_the_walfare_state_vexhibition_view_photo_M_HKAclinckx30.jpgOok de bezoeker die van experiment houdt, komt in deze tentoonstelling aan zijn trekken. De installaties van ouderdomsdeken Stephen Willats spannen hier de kroon. Zijn Meta Filter is een bevreemdende ‘oercomputer’ uit 1973-1975, ingekast in een vrij grote console. Het ding vormt een anachronistische sculptuur in de expo, én wordt drie keer per week geactiveerd. Dan kunnen twee deelnemers plaatsnemen aan weerszijden van de metafilter, als in een ware science fiction film. Via sociologische probleemstellingen over individuen en groepen, in een anachronistische woordenschat, treden ze met elkaar in interactie, en komen al dan niet tot een overeenkomst. Meer recent werk is Willats’ Oxford Community Data Stream, waarvoor hij twee heel uiteenlopende ‘gesloten’ gemeenschappen vroeg om een vast parcours in hun leefomgeving te volgen. Op die wandeling filmde elk individu een welbepaald thema, zoals ‘verbinding’ of ‘energie’. Het resultaat vormt een grote installatie met een lange wand aan stills uit de afgelegde trajecten. Het kost het publiek weinig moeite om te achterhalen wie uit de rijke klasse en wie uit de volksbuurt afkomstig is. ‘Twee maten en twee gewichten’ is nu eenmaal een idee dat de welvaartsstaat veeleer geïncorporeerd dan overwonnen heeft. In zijn assemblageprints brengt Willats beide sociaaleconomische niveaus samen door het beeldmateriaal vernuftig te mixen.

Dreigende hoofdverpleegster

De welvaartstaat werkt met regelgevingen, rechten en verplichtingen die voor iedereen gelden. Is het dan niet ironisch dat ook kunstenaars, die zich doorgaans met alle macht als individu willen manifesteren en zich onttrekken aan opgelegde structuren en regels, zich ook als lid van de samenleving dienen te identificeren? De vraagstelling of de welvaartstaat de antithese is van kunst, loopt als een rode draad door de tentoonstelling.

67_crabbé_Anne-Mie_Van_Kerckhoven_Atman_wombman1988.jpgZo speelt Anne-Mie Van Kerckhoven met het spanningsveld tussen het innerlijke welzijn en de sociale verwachtingen. Hoe (ver)vormt de maatschappij mij? Boezemt Atman wombman, een afbeelding van een hoofdverpleegster, niet in de eerste plaats autoriteit en angst in, ondanks haar zorgende persoonlijkheid? De welvaartstaat heeft een emancipatorisch doel, maar is tegelijk ook ontstaan vanuit een antirevolutionaire achtergrond. Men wilde het ongebreidelde socialisme en marxisme immers indammen door met mondjesmaat toegevingen te doen aan de revolutie.

Met deze tentoonstelling toont het M HKA hoe sterk het is in vernieuwende, internationale en duurzame samenwerkingsmodellen. De expo valt onder de paraplu van de internationale museumconfederatie l’Internationale, een vijf jaar durende diepgaande samenwerking tussen zes toonaangevende kunstinstellingen voor moderne en hedendaagse kunst in Europa. Via digitale onderzoeksprojecten, rondreizende collecties, uitwisselingen van personeel, en onlineplatformen worden 59.000 kunstwerken bij bijna vier miljoen bezoekers gebracht. Zo willen de musea de Europese (kunst)geschiedenis herdefiniëren, hun eigen relevantie verhogen en opboksen tegen grote kleppers als het Tate Modern en het Louvre.

Het is een moedige keuze van het M HKA om een expo te wijden aan zo’n onsexy thema als de welvaartstaat. Grote wachtrijen zal je er als museum niet mee aantrekken. Vele werken blijven nochtans nazinderen, vooral wanneer ze onze collectieve neuroses en onwetendheid aanraken. Alleen gebeurt dat niet vanzelf, maar via een hoge mate aan abstractie. Soms moet je er als bezoeker zelf de link met de welvaartsstaat bij verzinnen. Je zou willen dat de getoonde kunstwerken nog meer de persoonlijke comfortzone weten binnen te dringen. Nu blijft het vooral een afstandelijke observatie, waardoor je het M HKA verlaat zonder de huidige toestand van de welvaartsstaat echt gevoeld te hebben.

De Welvaartsstaat loopt tot 27 september in M HKA, Antwerpen.

Sofie Crabbé studeerde af als master Kunstwetenschappen aan de Universiteit van Gent, en als master Photographic Studies aan de Universiteit van Leiden. Ze schrijft voor diverse media, zoals ART en Metropolis M.

Bibliografie

DELEECK H., De architectuur van de Welvaartsstaat, Leuven/Amersfoort, Acco, 1992.

KREUGER A., ‘Introductie’, in: De welvaartsstaat [tentoonstellingscatalogus], Antwerpen, M HKA, pp. 1-35.

VAN HECKE P. [interview door Sofie Crabbé], 11 juni 2015.