De Indonesische stilte doorbroken, deel 2

Door Sarah Skoric, op Sat Jun 20 2015 23:59:40 GMT+0000

Dat hij te veel focuste op de daders en de historische context verwaarloosde. Dat hij van misdadigers sterren maakte door hen een podium te geven. Dat hij als buitenstaander oude zaken oprakelde, zonder dat de betrokkenen er zelf om vroegen. Het zijn maar enkele verwijten die de Deens-Amerikaanse filmregisseur Joshua Oppenheimer te verduren kreeg na The Act of Killing in 2012. In The Look of Silence countert hij de kritiek.

67_skoric_Look of Silence.jpgIn de veelbekroonde (o.a. BAFTA, Berlijn Film Festival, European Film Awards) en Oscar-genomineerde documentaire The Act of Killing toont Oppenheimer hoe enkele huurmoordenaars hun daden naspelen in een film die ze over zichzelf maken. Daarin verheerlijken ze de Indonesische genocide van halfweg de jaren 1960, waarin ruim anderhalf miljoen vermeende communisten gevangen genomen werden en tussen de 500.000 en één miljoen mensen werden afgeslacht. Voor het Indonesische leger en enkele burgermilities golden ze als aanhangers van communistische groeperingen die een staatsgreep zouden plannen, en dus moesten deze linkse ‘onruststokers’ eraan. De massamoorden werden niet enkel doodgezwegen in Indonesië, de daders werden nooit bestraft. Liet Oppenheimer in The Act of Killing nog de daders aan het woord, in The Look of Silence portretteert hij vooral de slachtoffers. Dat doet hij via de zoektocht van Adi, een opticien-aan-huis die na de uitroeiingen geboren werd. In zijn huishouden wordt nog steeds gerouwd om zijn broer Ramli, één van de vele slachtoffers van de plaatselijke doodseskaders. Met behulp van Oppenheimer en via gesprekken die hij voert met de daders, wil Adi uitzoeken wat er exact gebeurd is met Ramli.

‘Ik wil dat het publiek kijkt en luistert naar de stilte die volgt op gewelddaden, en dan specifiek wanneer er geen gerechtigheid is’, zo vertelde de regisseur vorig jaar op het Filmfestival van Venetië, waar The Look of Silence viermaal in de prijzen viel. ‘De film gaat over een stilte die geboren is uit angst.’ Oppenheimer schotelt Adi zijn documentatiebeelden voor van de interviews met de daders die hij ontmoette tussen 2002 en 2005, en dus nog voor hij Angwar Congo – de roemruchte protagonist van The Act of Killing – sprak. Hoe gruwelijk die getuigenissen ook zijn, Adi kijkt haast onbewogen toe. ‘Misschien tonen die beelden net dat ze zich schuldig voelen’, oppert hij. Het is schokkend hoe nederig en haast respectvol hij de moordenaars van zijn broer tegemoet treedt. ‘Ik wil niets fout zeggen over jullie’, leidt hij zijn vragen steeds verontschuldigend en nog steeds angstig in.

Had The Act of Killing het over het actieve uitmoorden, dan gaat The Look of Silence over het grote zwijgen erna.

‘Beide films zijn interventies’, legt Oppenheimer uit. ‘Het zijn interventies in de performances van nationale mythes en verhalen.’ The Look of Silence lijkt dan ook haast fictie, mede door de strak gekadreerde beelden, de zorgvuldig gekozen camerastandpunten en de gestileerde scènes zoals die waarin vlinders in hun cocon rondspringen alvorens te ontpoppen. De beelden uit The Look of Silence zijn net zo sterk en dwingend als de boodschap van de film. Meer nog dan in _The Act of Killing _wordt er gealludeerd op de betrokkenheid van het leger en de overheid. Via één personage en één familie wordt een groter systeem bekritiseerd. Had The Act of Killing het over het actieve uitmoorden, dan gaat The Look of Silence over de stilte, het grote zwijgen erna.

Eyeopener

Wat opvalt, is de wrevel en de dreiging wanneer Adi te ver doorvraagt. ‘Als je problemen blijft zoeken’, klinkt het bij een dader, ‘dan zal het allemaal geheid weer gebeuren.’ Laat dat nu net het punt zijn dat The Look of Silence wil maken: er moet iets veranderen. En als de angst er in Indonesië zelf nog goed in zit, dan is het aan een buitenstaander zoals Oppenheimer om zich ermee te bemoeienen zijn film aan te wenden als ‘een eyeopener voor de Indonesische genocide’. Er is immers niet enkel het stilzwijgen in Indonesië zelf – toen en nu – maar ook in de rest van de wereld. En niet enkel in dat zwijgen is het Westen schuldig. ‘The West's best news for years in Asia’, blokletterde The Times in de nasleep van de massamoorden. Vooral in Amerika werd het Indonesische regime openlijk gesteund. Toen Suharto aan de macht kwam, zagen US News and World Report zelfs ‘Hope... where there was once none’. In The Look of Silence vertelt een Suharto-moordenaar nu onomwonden: ‘Het was Amerika dat ons leerde dat we communisten moesten doden.’ Die Amerikaanse steun vertaalde zich niet enkel logistiek – Suharto’s teams werden bevoorraad met wapens en walkietalkies uit de VS – maar ook operationeel. Een dodenlijst met namen van 5000 Indonesische communisten werd door de Amerikaanse ambassade in Jakarta opgesteld en overhandigd aan het Indonesische leger.

67_skoric_thelookofsilence22.jpg

Sinds de Oscarnominatie van _The Act of Killing _in 2014 lijkt er in Indonesië eindelijk iets te bewegen. De overheid verklaarde dat ze ‘weet dat wat er gebeurd is in 1965 fout is en dat rechtvaardigheid, verzoening en waarheid wel zullen komen, op hun tijd.’ Het is een kleine stap in de goede richting voor een land waar de genocide tot op vandaag als heroïsch en patriottisch wordt verdedigd. The Look of Silence is een portret van drie generaties Indonesië die met die realiteit moeten omgaan. Er is de moeder van Adi die nog steeds rouwt, boos maar vooral angstig is, en die Adi meermaals aanraadt voorzichtig te zijn. Er is Adi’s zoon die op school nog steeds leert dat de communisten andere mensen uitmoordden en dus geen slachtoffers waren. En ten slotte is er Adi zelf, die op eigen houtje, via het filmproject The Look of Silence, spijt of minstens menselijkheid tracht te vinden bij de daders. In al zijn gesprekken, zowel met daders als met slachtoffers, botst Adi steeds weer op uitspraken als ‘gedane zaken nemen geen keer’ en ‘het is zinloos om alles op te rakelen’. Het is duidelijk dat niet iedereen verandering genegen is. Of om het met de woorden van Oppenheimer zelf te zeggen: ‘What really needs to happen now, is a struggle in Indonesia.’ Het is de verdienste van Oppenheimer dat hij alvast de kat de bel aanbindt en de stilte openbreekt.

Sarah Skoric verzorgt de eindredactie en de coördinatie van Filmmagie en kortfilm.be.

**_The Look of Silence _**wordt in België verdeeld door Dalton Distributie en is vanaf 20 mei 2015 te zien in o.m. Sphinx Cinema (Gent), Cinema Zuid (Antwerpen) en The Roxy Theatre (Koersel - Beringen).