Code 37 of de onderbuik van Vlaanderen

Door Marc Holthof, op Fri May 10 2013 20:36:19 GMT+0000

Productiehuis Menuet produceerde voor VTM drie reeksen van Code 37, de televisieserie met actrice Veerle Baetens in de hoofdrol. In 2010 werd Code 37 genomineerd als beste dramaserie op het Festival de Télévision de Monte-Carlo. En in 2011 kreeg het de ‘Vlaamse Televisiester’ als beste dramaserie. Maar behalve dat het een goede politieserie is, toont Code 37 vooral de angsten én de zekerheden van het Vlaanderen van vandaag.

Code 37 haalde de eerste twee seizoenen rond de 850.000 kijkers. Dat zijn, tenminste voor VTM, goede kijkcijfers (populaire series op de VRT halen wel eens het dubbele aantal). Vanwege het succes verschenen er een tiental korte romans en een speelfilm. Code 37 droeg ook bij tot het imago en de reputatie van Veerle Baetens – wat ze verzilverde met haar hoofdrol in The Broken Circle Breakdown (2012).

Code 37 draait rond hoofdinspecteur Hannah Maes (Veerle Baetens) en haar ‘cowboys’, een onconventioneel speurdersteam van de Gentse zedenpolitie. Dat zijn de oude getrouwe Charles (Marc Lauwrys), de macho Bob (Michael Pas) en de jonge Kevin (Gilles De Schryver). Dat viertal blijkt een even divers als hecht team te zijn. De vertolkingen van vooral Baetens en Lauwrys (die ver uitstijgt boven de komische rollen die hij gewoonlijk toebedeeld krijgt) droegen zeker bij tot het succes van de reeks. Code 37 wordt gekenmerkt door spitse, vaak platte en geïmproviseerd aandoende dialogen (in verkavelings-Antwerps), een wat al té opvallende sponsoring van automerk Mercedes en door fraai, vaak nerveus camerawerk dat de kijker in het centrum van de actie plaatst.

Perversies

De titel Code 37 is ontleend aan het codenummer dat wordt gebruikt voor de tenlastelegging van zedendelicten in het Belgische strafwetboek. Anders dan het brave, burgerlijke beeld dat de doorsnee tv-reeks van Vlaanderen ophangt, komt hier een ándere wereld aan bod. Alleen al in de eerste dertien afleveringen wordt een heuse staalkaart van seksuele perversies getoond: wurgseks, vrouwenmishandeling, verkrachting, kindermisbruik, homo-bashing, kinderporno, castratie van een overspelige man, brutale verminking van prostituees … In de volgende twee reeksen komen daar onder meer verkrachting van maagden, snuffmovies, moedermoord door een incestueus samenlevend broederzusterpaar, en porno met zwangere vrouwen bij. De reeks, gesponsord door de stad Gent, confronteert ons met een ronduit dantesk beeld van alle mogelijk vormen van seksuele criminaliteit.

Eén thema dringt zich al vlug op als de rode lijn door alle afleveringen heen, namelijk verkrachting. Bovendien is verkrachting, meer bepaald de verkrachting van haar moeder, de grote drijfveer van inspecteur Hannah Maes. Tussen het onderzoek van al die zedenfeiten door, voert ze een privéonderzoek naar een overval in 2001 bij haar thuis, waarbij haar moeder voor haar ogen en die van haar vader verkracht werd. Die backstory wordt aanvankelijk in korte flashes verteld en moet Hannahs onconventionele gedrag verklaren. Geleidelijk aan krijgt dat achtergrondverhaal meer belang, zonder dat het de afzonderlijke verhalen van elke aflevering overneemt.

Cold cases bestaan niet, alleen flikken die niet lang genoeg zoeken’ is Hannahs motto. Met verbetenheid probeert ze 39 afleveringen lang die tien jaar oude zaak te ontrafelen. Ook haar vader (Carry Goossens) en haar halfbroer, en zelfs haar directe overste Mark Vermaelen (Ben Segers), blijken betrokken in die zaak. Al vlug krijgt de backstory een samenzweringskarakter waarbij machtige industriëlen (en zelfs de Israëlische inlichtingendienst Mossad) betrokken lijken. En dat is een beetje jammer. Want wat de meeste afleveringen van Code 37 nu precies interessant maakt, is dat de verantwoordelijkheid níét wordt afgeschoven op één of andere grote samenzwering (à la de VRT-reeks Salamander) waarvan wij allemaal het slachtoffer zouden zijn. Integendeel, er wordt op de persoonlijke verantwoordelijkheid van de personages gewezen – zelfs als ze zelf slachtoffer zijn.

Slachtoffer

Eén van de interessantste afleveringen wat dat betreft, is zeker ‘Slaap zacht’, naar een scenario van Dirk Nielandt. Die aflevering opende de tweede reeks van Code 37 en haalde 950.448 kijkers toen ze op 3 maart 2011 werd uitgezonden: de op één na grootste kijkdichtheid (33,63%) van de hele reeks.

Het decor is vrij onverwacht: een rustige buurt met keurige chaletjes waar vooral eenzame dames op leeftijd wonen. Een wijkagente tipt Hannah en haar team dat de eenzame, 74-jarige Magda Reyniers (Lut Tomsin) het slachtoffer werd van een verkrachting. Maar de vrouw ontkent in alle talen – al klinkt ze niet echt geloofwaardig. De aandacht verschuift naar haar buurvrouw Mimi (Janine Bischops), die er een minnaar op na houdt: een jonge, seksueel onzekere man die haar rode rozen brengt. Ten tijde van de verkrachting was Mimi op vakantie. Haar minnaar, zo blijkt uit het onderzoek, heeft dan maar haar buurvrouw opgezocht. In de slotscène vindt Hannah de jonge man terug in de slaapkamer van Magda, die hem met een schaar ontmand heeft. De dader is slachtoffer, het slachtoffer dader geworden. ‘En het is zo’n goede jongen’, zucht buurvrouw Mimi.

Het scenario speelt met het thema van de ‘goede dader', de ‘goede verkrachter’, die zelf het slachtoffer wordt van een (meestal nog gruwelijker) misdaad. Die aandacht voor de grijstinten, voor het feit dat niemand helemaal (on)schuldig is, is een interessant en verrassend gegeven in tijden waarin al te vaak in zwart-wittermen gedacht wordt over misdaden. Nogal wat afleveringen eindigen dan ook ‘met gemengde gevoelens’: omdat Hannah en haar team verdachten moeten straffen of vrijlaten die in feite het tegenovergestelde verdienen.

Labiel kreng

_Code 37_moet de eerste en enige Vlaamse televisieserie zijn met een vrouwelijke inspecteur in de hoofdrol. Het hoofd van de Federale Politie mag een vrouw zijn, in televisieseries is men daar blijkbaar nog niet aan toe. Er zijn wel vrouwelijke hoofdcommissarissen, onder meer in Witse, maar nooit in een hoofdrol. In Code 37 blijkt Hannah echter géén probleemloos hoofdpersonage te zijn. Ze is geen kantoorflik die gewoon op haar strepen staat. Ze is geen equivalent van de vrouwelijke eerste minister uit de Deense serie Borgen. Hannah is integendeel een door een verkrachtingstrauma geobsedeerde, ietwat labiele en vaak ver over de schreef gaande flik. Af en toe laat Hannah – zelfs gewelddadig – haar ontstemming blijken over ‘les innocents aux mains sales’ die ze moet laten lopen.

En dat is precies wat het Vlaanderen van vandaag het allerliefste doet: zich wentelen in een slachtofferrol

Hannah is dan ook een ‘flik met ballen’, zoals blijkt uit deze dialoog tussen haar teamleden. Charles: ‘Ook al heeft ze geen kloten, ze rammelt wel met die van ons.’ Bob: ‘Ben je zeker dat ze geen kloten heeft?’ Op einde van de eerste reeks – nadat ze op een potsierlijke manier (met een graafmachine op Campo Santo in Sint-Amandsberg!) het graf van een verdachte uit haar privéonderzoek heeft opgegraven – krijgt Hannah dan ook last met de dienst Interne Zaken van de politie. En ze krijgt een (piepjonge) psychiater toegewezen: Vicky Renders (Clara Cleymans). In een latere aflevering schrijft die: ‘Hannah Maes is eigenzinnig tot koppig tot obsessief, gedreven en gefocust.’ En in haar dictafoon voegt ze eraan toe: ‘En een arrogant kreng.’

Hannahs trauma maakt haar niet alleen dwars en onvoorspelbaar, en dus dramatisch interessant, het lijkt bovendien het excuus om haar aanvaardbaar te maken voor het grote publiek als vrouwelijk hoofdpersonage. Het trauma dat haar al vanaf de eerste aflevering in flashes teistert, maakt van Hannah een slachtoffer. En dat is precies wat het Vlaanderen van vandaag het allerliefste doet: zich wentelen in een slachtofferrol. Het slachtoffer Hannah is ‘een van ons’.

Maagd

In haar strijd tegen het kwaad gedraagt Hannah zich als een heuse maagd van Orléans en wijst ze kordaat alle avances af. Twee seizoenen lang is haar enige ‘partner’ … het konijn Marvin. Slechts in het derde seizoen gaat ze eindelijk van bil. In de eerste twee afleveringen met een vroegere bewonderaar, nu met een louche discohouder. En vervolgens met Koen Verberk (Geert Van Rampelberg), de buurman die haar al dertig afleveringen lang het hof maakt.

57_Holthof_Code37_2_380.jpgDe nieuwe Hannah ‘leert genieten’ (zoals haar vader haar al dertig afleveringen aanraadt). Maar daardoor komt ze ietwat te menselijk en te ontspannen over voor haar finale eindstrijd met het kwaad, dat in de derde reeks het gezicht krijgt van bankier Struelens (Herman Gilis). En vooral van zijn griezelige pythonslang die in Hannahs nachtmerries haar brave konijntje opvreet. Het wordt helemaal freudiaans als Struelens de vader van Hannahs halfbroer blijkt te zijn. Een halfbroer die, als hij eindelijk in de allerlaatste aflevering opduikt, helemaal niet zo braaf blijkt te zijn als in Hannahs jeugdherinneringen.

Wellicht prefereerden de kijkers toch de onbuigzame, onverschrokken Jeanne d’Arc uit de eerste twee seizoenen van Code 37. Toen had Hannah nog geen quasi-incestueuze banden met het kwaad. Toen was ze nog een slachtoffer zonder meer. De kijkcijfers daalden tijdens het derde seizoen in elk geval snel: van rond de 650.000 voor de best bekeken afleveringen tot 444.000 voor de laatste aflevering met de ontknoping van Hannahs familiedrama. Was de visie van Code 37 op het kwaad ietwat te subtiel?

Tijdsgewricht

De drie reeksen van Code 37 werden gemaakt en vertoond tijdens een cruciale periode in onze recente geschiedenis: tussen 2008 en 2012. Ter herinnering: in september 2008 kreeg de bankencrisis wereldwijde dimensies. Bij de Vlaamse verkiezingen in juni 2009 brak de N-VA door. En in oktober 2012 behaalde ze haar grootste overwinning tot nu toe bij de gemeenteraadsverkiezingen en werd Bart De Wever burgemeester van Antwerpen. Kortom, in een periode uit de Vlaamse parlementaire geschiedenis waarin ‘fatsoenlijk’ rechts een onstuitbare opmars naar de macht maakte. Het zo vastgeroest lijkende Vlaamse politieke landschap werd op zijn kop gezet.

Wordt die machtsgreep van de N-VA, die ruk naar rechts, op een of andere manier weerspiegeld in Code 37? Helemaal niet. Het is integendeel opvallend dat Hannah Maes nauwelijks te maken krijgt met het Gentse stadsbestuur of de Gentse burgemeester. En dat politiek en politici in de verhalen zo goed als afwezig zijn. Maar dat neemt niet weg dat Code 37 en de opmars van de N-VA in hetzelfde tijdsgewricht thuishoren. En dat ze van dezelfde premissen vertrekken, dezelfde zekerheden hebben. Bij het succes van beiden, op de achtergrond, maar niettemin onmiskenbaar aanwezig, speelt dezelfde boeman de hoofdrol: Marc Dutroux.

Boeman

Dutroux wordt in alle 39 afleveringen van Code 37 slechts één keer expliciet genoemd: als in aflevering 24 de uitgetreden priester (Frank Dingenen) uitroept: ‘Sinds Dutroux wordt elke man die een beetje lief omgaat met een kind aangezien voor pedofiel.’ Maar de geest van Dutroux waart door de hele reeks. De verkrachtingsdrug rohypnol duikt een aantal keren op. En ook de cliché-uitdrukkingen uit het Dutrouxtijdperk: ‘tot op het bot gaan’, ‘de onderste steen boven halen’ en ‘doofpotoperaties’ ontbreken niet.

Soms zijn de ontleningen expliciet, zoals de geheime kelder waarin een ex-psychiater-sekteleider (Marc Van Eeghem) zijn snuffmovies opneemt. Of de manier waarop de pedofiel Pelckmans ‘zijn droommeisje’ opsluit. Pelckmans lijkt een kruising van Dutroux en Priklopil – de ontvoerder van Natascha Kampusch. Typerend voor Code 37 is dat echter niet hij, maar zijn ‘onschuldige’ slachtoffer de moordenares blijkt te zijn die mogelijke rivalen uit de weg ruimt.

Meestal hangt de schaduw van Dutroux impliciet over Code 37. Er is de fixatie op verkrachting, pedofilie en andere seksuele misdaden. Zelfs incest – millennia lang het seksuele taboe bij uitstek – moet het in de aflevering ‘Natuurlijke dwang’ afleggen tegen kindermisbruik: een oude hoer wordt vermoord door haar kinderen, die ze in het verleden liet misbruiken en die nu als man en vrouw samenleven. Verhalen uit de X-dossiers duiken dan weer op in de laatste twee afleveringen van de reeks, waarin de hoer Lilly constant zwanger gehouden wordt door haar pooier, zodat hij seks met zwangere vrouwen kan aanbieden. Het zijn maar een paar elementen die tonen dat zonder de zaak Dutroux Code 37 gewoon ondenkbaar is.

‘Drie jaar Zeden: wat doet dat met een mens?’, vraagt de stem van haar overste (Luk De Koninck) aan Hannah, die net ontslag genomen heeft bij de zedenpolitie, op het einde van het derde en laatste seizoen. ‘Ik heb geleerd wat belangrijk is in het leven’, antwoordt ze. In de laatste scène zien we haar met Koen in de tuin van de ouderlijke villa, spelend met haar dochter, zwanger van haar tweede kind. Family values troef dus. Maar daar arriveert een kaartje – uiteraard van het monster dat niet dood is. Dat niet dood kan. En vooral: dat niet dood mág.

Het gezicht van het kwaad

Het kan verrassend lijken dat een recente televisiereeks als Code 37 teruggrijpt op de misdaden van Dutroux uit het begin van de jaren 1990. Tom Naegels merkte in De Standaard van 9 februari 2013 op dat de figuur van Marc Dutroux ons blijft fascineren (naar aanleiding van de mediaheisa rond Dutrouxs verzoek om voorlopige vrijlating). En hij riep terecht op om de man los te laten ‘als icoon van het Kwaad, als gat in ons hart dat aldoor open moet blijven omdat het harteloos zou overkomen om niet telkens dezelfde smart en boosheid te voelen als zeventien jaar geleden’.

Naegels’ oproep is volstrekt voorbarig. In de ogen van de media, de deelnemers aan de Witte Mars, en het overgrote deel van de Belgische (en misschien vooral Vlaamse) bevolking was en is Marc Dutroux geen marginale ‘foefelaar’, crimineel, pedofiel, verkrachter en moordenaar uit Henegouwen. Nee, hij is een symbool. Een maandenlange mediahysterie rond verdwenen meisjes en witte bestelwagens, de mijnschachten van Jumet en de aan goedkope horrorfilms ontleende fantasieën van de X-getuigen, maakten van Dutroux niets meer of minder dan ‘het gezicht van het kwaad’.

‘Het gezicht van het kwaad’ is een theologische term die in het christendom enkel op de duivel, op Lucifer zelf, van toepassing is. Een crimineel als Dutroux bestempelen als ‘het gezicht van het kwaad’ is een aanfluiting van elk soort verlichtingsidee. Verlichtingsfilosofen als Kant hebben steeds benadrukt dat het ‘absolute kwaad’ (of ‘goed’) niet bestaat. En zeker geen gezicht heeft.

Het is Code 37 dat als enige Vlaamse tv-serie die grote angst van Vlaanderen toont: overmand worden door zijn eigen onderbewuste, zijn eigen seksualiteit

Maar ik ben even naïef als Tom Naegels als ik Kant en de verlichting te berde breng bij de zaak-Dutroux. Het gaat hier immers om iets heel anders. Om een primaire emotie die als vijandbeeld voor een hele maatschappij dient. Angst is het sociale cement in deze maatschappij. Maar die angst is niet abstract, niet existentieel, maar heel concreet: zij wordt verpersoonlijkt door bekende seriemisdadigers als Dutroux, Fourniret, Priklopil of Van Temsche en De Gelder. En het is precies _Code 37 _dat als enige Vlaamse televisiereeks (of film, of roman, of welke fictievorm ook) die grote angst van Vlaanderen toont: overmand worden door zijn eigen onderbewuste, zijn eigen primaire angsten, zijn eigen onderbuik, zijn eigen seksualiteit. Kortom, door alles wat het gerecht zo keurig oplijst onder ‘Code 37’.

Nihilisme

‘Niets heeft in zichzelf een sacrale, allesoverstijgende waarde’, beweerde Bart De Wever in een omstreden column in De Standaard van 22 december 2012. En daarom – orakelde hij op het einde van zijn preek – is er iets ‘wat we weer moeten leren: waarde hechten’. De Antwerpse burgemeester vindt zo op miraculeuze wijze de oude waarden opnieuw uit die hij een paar paragrafen eerder, zogenaamd, verworpen heeft. Erg overtuigend is dat niet als ‘morele herbewapening’. De Wever lijkt wel baron Von Münchausen, die zichzelf aan zijn schoenveters de lucht in trekt.

Misschien moet De Wever eens te rade gaan bij Friedrich Heinrich Jacobi (1743-1819). Jacobi is vandaag zo goed als vergeten, maar ooit was hij de steen des aanstoots voor verlichtingsfilosofen als Mendelssohn, Kant, Fichte, Schelling én Hegel. Een niet onaardig kwintet om tegen zich in het harnas te jagen, zeker voor een amateur-filosoof. Ook in de ogen van Jacobi hadden de filosofen van de verlichting de wereld van zijn religieuze waarde, zin en betekenis ontdaan, en er hun eigen ego voor in de plaats gezet. Jacobi noemde dat verlichtingsdenken zonder omwegen ‘nihilisme’.

En Jacobi had een punt, want de verlichtingsfilosofen zijn er nooit in geslaagd het oude religieuze fundament van de maatschappij te vervangen door iets wat even overtuigend en onmisbaar is. Zelfs Kants ‘categorische imperatief’ (waar Bart De Wever en Etienne Vermeersch begin februari 2013 zo beleefd over keuvelden in Reyers laat) is niet meer dan een lapmiddel als basis voor ethisch handelen. Met ‘doe niet aan anderen wat je niet wil dat je zelf overkomt’ of Kants ‘handel volgens principes waarvan u zou willen dat het algemene wetten waren’, komt men er niet. Niet alleen ontbreekt het elke misdadiger aan de nodige dosis ‘goede wil’ om dat te doen, maar bovendien zijn wij helemaal geen rationele wezens. Zoals uit zowat elke aflevering van Code 37 blijkt.

Een wereld van zekerheid

Jacobi en De Wever hebben nochtans gelijk: zonder waarden, zonder zekerheden dreigt een maatschappij te versnipperen en uit mekaar te vallen, en elke zin voor moraal te verliezen. Met de zaak-Dutroux als kwalijk voorbeeld van wat er dan zou kunnen gebeuren (in die zin ligt de angst voor Dutroux mee aan de basis van het succes van de N-VA).

Vlaanderen gelooft in een alles overstijgende, absolute waarde. Het gelooft in Marc Dutroux.

Niet te vlug! Een maatschappij die uiteen dreigt te vallen? Over welke maatschappij hebben het dan? Over het België van 1996, toen de misdaden van Dutroux ontdekt werden? Of over het Vlaanderen vandaag? Want als er vandaag zo’n morele ontreddering heerst, hoe kan het dan dat in nauwelijks vier, vijf jaar een volkspartij is ontstaan die de oude CVP naar de kroon steekt en droomt van 40 percent van de stemmen bij de volgende verkiezingen? Hoe kan het dan dat de N-VA zijn agenda aan het hele land oplegt? Hoe kan het dan dat er een loden deken van inburgeringsdwang en – excusez le français – pensée unique over Vlaanderen is gegleden? Hoe kan het – áls alles relatief is en er geen enkele zekerheid zou zijn – dat iedereen hetzelfde denkt?

De werkelijkheid is natuurlijk dat Vlaanderen helemaal niet in de greep is van het postmoderne relativisme en van een moreel anything goes. Wel integendeel, Vlaanderen anno 2013 heeft vástere grond onder de voeten dan ooit tevoren. Wij moeten helemaal niet leren om opnieuw waarde te hechten aan De Wevers oubollige idealen. Wij hébben onbetwistbare waarden en zekerheden. Vlaanderen gelooft wéér, zoals vanouds. Even sterk, of misschien veel sterker, dan het eerder deed in God, kerk en religie. Vlaanderen gelooft in een alles overstijgende, absolute waarde. Het gelooft in Marc Dutroux.