Brussel als landschap: 'Our City'

Door Ruben Demasure, op Mon Nov 16 2015 20:57:14 GMT+0000

‘1, 2, 3, Brussel!’ In Our City van Maria Tarantino spelen kinderen een variant op verstoppertje, alsof ze zich bewust zijn van de vele culturen die zich schuilhouden in onze hoofdstad. Maar wat betekent onze? De verschillende gemeenschappen lijken elkaar niet te kunnen vinden in deze gedeelde ruimte. Tarantino’s mozaïek van personages, situaties en stadslandschappen is daarom ook voor de kijker een zoektocht naar verbanden.

‘Waarom opnieuw naar het buitenland trekken? Waarom geen film maken over de stad waar ik nu bijna 20 jaar woon?’ vroeg Maria Tarantino zich af. Voor haar debuut over een Noord-Italiaanse gevangenis, Recht Averecht (2009), keerde de van oorsprong Milanese journaliste nog terug naar haar geboorteland. Haar tweede film Kubita (2011), over een Burundese bajes, vloeide daar op natuurlijke wijze uit voort. In de Canvas-reeks De Wereld van Tarantino (2004-2006) presenteerde ze buitenlandse reportages van jonge filmmakers om dan nu, in haar jongste documentaire Our City, de dichte wereld rondom haar te verkennen.

68_demasure_our_city_7.jpgDie hernieuwde blik op de eigen stedelijke omgeving en de wijde wereld die er te vinden is, herkende Tarantino in Amsterdam Global Village (1996) van Johan van der Keuken. Na jaren in het buitenland te filmen, besliste ook de Nederlandse grootmeester van de documentaire zijn veranderde thuisstad te herontdekken. Gefascineerd door dit labyrintische portret van zowel het wereldse als het dorpse Amsterdam besloot Tarantino Pieter van Huystee op te zoeken, producer van Van der Keukens late documentaires waaronder Amsterdam Global Village. Ze overtuigde hem om als coproducent mee zijn schouders onder Our City te zetten. Ook Van der Keukens co-monteur, Menno Boerema, werkte in een vroege fase op de film. Daarnaast inspireerde Amsterdam Global Village de structuur van de film. ‘Mijn film is iets anders opgebouwd, maar verbindt scènes en ideeën ook via visuele associaties. Ik ben opgeleid als filosofe en heb vooral affiniteit met ideeën en concepten, maar voel tegelijk de behoefte om die te visualiseren. Anders zou ik een boek schrijven of leerkracht worden.’ Our City steunt daarom op een associatieve montage, eerder dan op een voice-over of klassieke interviews. Personen of locaties worden niet of nauwelijks geduid. ‘Ik wil geen verhaal vertellen. De film volgt geen hoofdpersonage en heeft geen centrum. Identiteit is ook niet lineair en ik adresseer bovendien een complexe stad en tijd.’

EEN VLIEGEND TAPIJT MET VELE KLEUREN

De tocht door Brussel zit vol ontmoetingen, zoals deze met een Nigeriaanse juwelenmaakster. Ze vertelt over de grote ring aan haar vinger. Het sieraad bestaat uit een golvend vlak en is gebaseerd op een traditioneel Touareg-motief. Ze zegt er het vliegend tapijt in te zien dat haar hierheen bracht en maakt daarbij met haar hand een golvende beweging in de lucht. De anekdote kan gelden als een vehikel voor de gehele film. Alle mensen in de film, of hun voorouders, zijn vanuit verschillende windstreken in Brussel geland. Tarantino deelt hun perspectief. ‘Ik kan geen Belgische of Brusselse film over Brussel maken, maar alleen kijken vanuit het standpunt van een “vreemdeling”.’

Dat kijken gebeurt vaak vanop grote hoogtes of laagtes. De camera zweeft boven de stad in een vliegende carrousel of beweegt mee omhoog met een container op de werf van het nieuwe hoofdkwartier van de Europese Raad. Er worden duikvluchten genomen in tunnels en in ondergrondse bouwschachten tijdens schafttijd. De film opent met een neerwaartse roetsjbeweging en eindigt in een boomkruin. ‘We hebben beslist om mee te bewegen met de personen en voorwerpen in beweging. Het is een les die ik meekreeg van cinéma vérité-pionier Jean Rouch en films als Soy Cuba (1964) en The Seasons (1972). Die laatste film over de harmonie tussen mens en land van de Armeense montagevernieuwer Artavazd Pelechian bekeek ik samen met mijn cameraman, Klaas Boelen. Onze film probeert om te glijden, te vliegen en niet neergedrukt te worden door de zwaartekracht.’

68_demasure_zeinabu-diori.jpg

De wisselende standpunten en uiteenlopende personages maken Our City tot een landschapsfilm. ‘Anders dan “land”, creëert de mens het landschap dat zijn gevoel van identiteit en plaats beïnvloedt en reflecteert’, zo stelt fotografiehistorica Liz Wells in de documentaire. De groep nieuwe ketjes eigent zich publieke ruimtes toe en transformeert ze door middel van hun spelletjes tot hun hoogsteigen landschap. Anders dan de meeste personages doorkruist een Iraanse taxichauffeur verschillende ruimtes en stadsdelen. Hij declameert een gedicht over vrijheid in de gangen van het Europees parlement en duikt vervolgens terug op tijdens een Occupy-betoging. De taxichauffeur spreekt in Farsi over de kleurenpracht van de stad, maar de film heeft evenzeer oog voor haar weeffouten zoals de uitdijende klad kantoren en de bureaucratie waardoor mensen zonder papieren jarenlang tussen de plooien kunnen vallen.

Het is half _Alice in Wonderland _en half Assepoester.

_Our City _benadert Brussel als een lappendeken waarvan de stukjes elkaar nauwelijks overlappen: een Turks trouwfeest, een Indiaas cricketspel, een Pools en een Russisch bal, een Grieks café, Iraans nieuwjaar… Alle deeltjes worden filmisch aan elkaar gehecht met behulp van de magie die montage heet. Zo leidt op het jaarlijks bal van de Poolse gemeenschap een deur in de keuken naar de voornoemde bouwwerf. De jazzmuziek van de balzaal speelt verder terwijl een arbeider er ‘s nachts kettingen optrekt. Het volgende moment hijsen toneelknechten een monumentale gouden toegangspoort omhoog in operahuis De Munt. ‘Deze sequentie was er vanaf het allereerste begin. Het is half Alice in Wonderland met vreemde doorgangen naar kleinere of grotere kamers en half Assepoester, wanneer om middernacht de receptie en de betovering voorbij zijn en duidelijk wordt dat iemand al het harde werk doet.’ De film brengt op nog een andere manier een snuifje magie als weefmiddel. In een fictieve zangtaal verzorgt accordeonist Matthieu Ha het begin, het einde en het intermezzo van deze stadssymfonie. De bard van Brussel dacht zelf lang Chinees te zijn, maar is een in Vietnam geboren en in Frankrijk getogen artiest die nu in onze hoofdstad woont.

IN HET LICHT VAN DE ACTUALITEIT

De Iraanse taxichauffeur mijmert hoe de vele vergadergebouwen de energie uit de stad zuigen terwijl de kijker door de voorruit in een grote glaspartij de reflectie van kantoortorens ziet. Daarna cut de film naar de poetsploeg die een bureau stofzuigt en passeert er door het venster een trein in de verre achtergrond. Vervolgens bevindt de camera zich bij een trein. Achter de raampjes worden duttende pendelaars opgeslokt door het donker, dat daarna de Portugese gastarbeiders weerspiegelt die de nieuwe metrolijn onder het Schumanstation aanleggen. De langere sequentie in de ondergrond eindigt terug in een luxueus kantoorpand waar een makelaar de elektrische rolluiken opent en licht schept in de duisternis. Tarantino omschrijft deze montageketen als ‘een traject van licht.’ ‘Het is een traject van een oog dat zich concentreert op details en zo in staat is snel door een ruimte te reizen. De stad is overal terzelfdertijd, maar je kan beslissen om hier te kijken en meteen daarna je blikveld of kijkhoek te verleggen.’ Tarantino vervolgt: ‘Alle verschillende mensen in een stad zijn allemaal projecties, met hun eigen achtergrond en huidige situatie. Ik ben als het ware rondgegaan met een glasplaat of een spiegel om hun films te vangen, hoewel je soms niet weet welke kant ze uitschieten.’

68_demasure_our_city_6.jpgOur City reist al een jaar langs filmfestivals (o.m. IDFA, Docville, Kunstenfestival-desarts en Filmer à Tout Prix), maar nu lijkt door de vluchtelingenkwestie en de noodopvang dat ene aspect het felst te weerkaatsen. De film opent met beelden vanaf het dak van de WTC-torens. Tarantino filmde de wachtrij voor de Dienst Vreemdelingenzaken meer dan een jaar geleden en liet een aantal onder hen hun verhaal doen in de film. ‘Our City heeft veel facetten en nu is het misschien het vluchtelingenaspect dat eruit gepikt wordt. Ik weet niet hoe de film over 10 of 15 jaar zal resoneren of welke dingen dan zullen worden uitvergroot. Ik geloof dat een film latente lagen bevat die misschien ooit wakker worden. Maar als je een film wil maken over vluchtelingen is het laatste wat je moet doen een film maken over vluchtelingen, omdat dan vooraf al iets gedefinieerd en in een vakje gestopt wordt dat behoort tot een groter plaatje met een ruimere context en connecties.’

Welk beeld van Brussel drijft uiteindelijk naar boven? Tarantino kijkt niet zonder liefde naar haar stadsgenoten, maar de film is geen ode noch een politiek pamflet. ‘Ik maak geen films om antwoorden te bieden of mijn opinie te poneren, al zit die natuurlijk verwerkt in mijn filmstijl.’ Wat Tarantino toont is niet echt verrassend, wel hoe ze het toont. Al gaat de soms te bedachtzame constructie van de collage van culturen deels ten koste van het rafelige karakter van de stad en is de ene metafoor of tegenstelling al subtieler dan de andere. De Franse cineast Jacques Rivette stelde de titel van zijn debuut, Paris Nous Appartient (1961), meteen in vraag met een openingscitaat van de schrijver Charles Péguy:‘Paris n'appartient à personne.’ Hetzelfde geldt misschien voor het Brussel in Our City. Philippe Samyn, de architect van het nieuwe gebouw voor de Europese Raad, presenteert zijn creatie in de film als ‘het kloppende hart in de hoofdstad van Europa’ en als een uitdrukking van ‘eenheid in diversiteit’. De woorden klinken hol. Tarantino vindt de stadsgeest niet in de institutionele infrastructuur boven de hoofden, maar met de voeten in het menselijke landschap.

Our City speelt in december nog in Cinema Aventure in Brussel en Sphinx Cinema in Gent. Maria Tarantino is in beide gevallen aanwezig op de eerste vertoning. In Cinema Aventure gaat ze in gesprek met stedenbouwkundige David Dooghe. Op 1 december introduceert Tarantino de film in De Roma in Antwerpen. Op 12 december speelt de film in de KVS in Brussel in het kader van de filmweek ‘Drie keer Brussel door de ogen van een vrouw’.